De parel is een klassieker onder de juwelen. Als solitair in ringen en oorbellen of verwerkt in een snoer, getuigen ze van klasse en traditie. Ze waren nooit helemaal weg, maar nu zijn parels opnieuw ‘fashionable’.

De belangstelling voor parels is niet nieuw. Eeuwenlang waren ze de favorieten van de rijken der aarde – van Cleopatra en Queen Elizabeth I tot en met Jacky Kennedy en Diana, Princess of Wales. Maar na de grote Chanel-periode eind jaren vijftig, begin jaren zestig, verdwenen parels naar de achtergrond. En net op het moment dat je dacht dat grootmoeders collier definitief naar het verleden zou worden verwezen, zijn ze er weer: parels à volonté en in alle mogelijke variaties. In de mode zette Martin Margiela de toon toen hij vorig jaar het gebroken parelsnoer introduceerde als accessoire bij zijn wintercollectie 2000-2001. En enkele weken geleden, tijdens de defilés in Parijs en Milaan waar de nieuwe zomermode werd gepresenteerd, kon je er niet naast kijken: Watanabe tooide zijn mannequins met discrete colliers, Ralph Lauren toonde een pure en elegante vrouwencollectie waarin parels een prominente rol spelen, terwijl Lagerfeld de Chanel-modellen overladen met parelsnoeren op de catwalk stuurde en daarmee Madonna anno 1980 persifleerde. Parels dus, onmisbaar onderdeel van de nieuwe zomerlook.

Wat maakt dat parels na zovele honderden jaren nog zo’n grote aantrekkingskracht bezitten? Waarom kiezen jonge en onafhankelijke vrouwen opnieuw voor parels als onderdeel van hun outfit en imago? “Pearls have power“, schrijven Ki Hackney en Diana Edkins in het pas verschenen boek People & pearls. The Magic Endures, waarin ze de complexe relatie tussen de draagster en haar parels proberen bloot te leggen. Aan de basis daarvan liggen uiteraard de parels zelf. En eigenlijk zijn die niet veel meer dan een merkwaardige speling van de natuur. Hoe moet je anders het mechanisme noemen, waardoor weekdieren – sommige oester- en mosselsoorten – om zichzelf te beschermen elk vreemd element, dat in de schelp terechtkomt en ze niet kunnen uitbraken, inkapselen met parelmoer? Laag na laag, millimeter na millimeter leggen ze eromheen. En wat oorspronkelijk een irriterend element was, groeit langzaamaan tot een parel, die in het beste geval perfect rond is. Zuivere natuurparels – gevonden in wilde oesters en mossels – zijn altijd al zeldzaam geweest en ze worden hoe langer hoe zeldzamer. Dat laatste heeft te maken met de toenemende vervuiling en overbevissing; maar bedenk ook even dat één laagje parelmoer minder dan eentiende van een millimeter dik is. Een diameter van 8 millimeter? Daarvoor heeft de oester jàren nodig. Een kostbaar kleinood dus, quasi onbetaalbaar. Eeuwenlang al is de parel daarom een symbool van macht en rijkdom. Niet te verwonderen dat er ook imitaties op de markt zijn, en tegenwoordig zijn die dikwijls zeer moeilijk van de echte te onderscheiden. Niets mis mee: een mooi collier blijft een mooi collier. Uit de portretten die Hackney en Edkins in hun boek schetsen, blijkt dat zelfs de beroemdste pareldraagsters zowel natuurparels als imitaties dragen. Om diverse redenen: uit angst voor diefstal, omdat ze goedkoper zijn of omdat het praktisch is – als ze beschadigd of stuk zijn vervang je ze door nieuwe. Of gewoon omdat ze het leuk vinden. Coco Chanel is een mooi voorbeeld daarvan. Eigenzinnig en met gevoel voor flair en dramatiek, wist ze fantastische combinaties te maken van echt en vals, edelstenen en imitatieparels.

Wie niet van fake houdt, hoeft zich daarmee niet tevreden te stellen. Vandaag liggen echte parels binnen het bereik van steeds meer mensen. En dat heeft alles te maken met het feit dat men sedert het begin van de 20ste eeuw parels kan kweken: cultuurparels zijn noch natuurlijk, noch imitaties. Men houdt de oester voor de gek met een techniek die door de Japanner Mikimoto op punt werd gezet: via een kleine operatie wordt een wezensvreemde kern in de oester ingebracht. Die bedekt in een natuurlijke reflex het ding met parelmoer. Zo worden tegenwoordig honderdduizenden parels per jaar gekweekt. Van die grote oogst is echter slechts 10 procent geschikt voor het maken van juwelen. En hooguit 3 procent is perfect rond. Ze kunnen ei- of peervormig zijn, maar het merendeel van de parels hebben een grilliger structuur, en worden barokparels genoemd.

Meer dan andere edelstenen heeft de parel iets organisch. Meer dan andere edelstenen – zelfs meer dan de diamant- lijkt hij te leven. Een geschenk van het water, en ongetwijfeld schuilt hierin de magie van parels. “Als een vrouw parels draagt, is zij het die schittert”, schrijven Hackney en Edkins. En dat is anders met diamanten, die vaak alle aandacht naar zich toetrekken. “Parels worden een deel van de draagster”, gaan de auteurs verder. “Met hun natuurlijke gratie en verleidelijke allure, helpen ze een vrouw om te laten zien wie ze is, of wie ze wil zijn.” Of je nu een eenvoudig T-shirt en jeans draagt, een deux-pièces van Chanel of een cocktailjurk: parels kunnen altijd. Grace Kelly droeg ze zelfs op het strand. In elke omstandigheid stralen ze klasse uit. In nagenoeg elke periode van de geschiedenis ontmoet je vrouwen, die de parel tot een stijlicoon hebben gemaakt. Terugblikkend op de jongste decennia zijn Jacky Kennedy, Grace Kelly en Lady Diana zonder twijfel de ambassadrices van de parel te noemen. Ze droegen hun sieraden met een flair die andere vrouwen deed en nog steeds doet dromen. Zelden waren ze te zien zonder hun parels, zozeer maakten de parels deel uit van hun imago. Maar dat geldt ook voor andere vrouwen, met een totaal andere stijl: Hillary Clinton bijvoorbeeld, of Barbara Bush, die met haar drievoudige string of pearls vooral vertrouwen wil uitstralen. Of nog: Anna Wintour, hoofdredactrice van de Amerikaanse Vogue, die parels ziet als een all-purpose accessoire met een raadselachtige kracht.

Als je al deze vrouwen zou vragen waar die band met hun parels vandaan komt, wegen de sentimentele redenen het zwaarst door: herinneringen aan grootmoeders, moeders en tantes van wie ze de liefde voor parels erfden. Niet zelden is het eerste pareljuweel een geschenk, gekregen bij een bijzondere gelegenheid – verjaardag, verloving, huwelijk… – of van een geliefde. In het rijtje bekende pareldraagsters moeten we trouwens ook onze eigen Prinses Mathilde noemen, die haar openbare optredens vaak opluistert met parels. Dat ze daarbij niet uitsluitend kiest voor het klassieke snoer, getuigt van persoonlijkheid.

Want wie parels zegt, denkt bijna automatisch aan het traditionele collier met crèmekleurige parels. Logisch, want dat wordt het meest gedragen. In verschillende lengtes, al dan niet met elkaar gecombineerd, met parels van gelijke grootte of met een dik exemplaar in het midden en gradueel aflopend. Minder bekend is dat de toepassing van parels velerlei is. Werden ze in vroegere tijden verwerkt in diademen en amuletten, vandaag zoeken jonge ontwerpers pareljuwelen in een moderne beeldentaal, die soms heel nauw aansluit bij de tradities of soms verrassend nieuwe wegen bewandelt. De zusjes Vandevelde, Grety en Krista, zijn helemaal in de ban van Tahiti-parels – cultuurparels met een geweldig kleurenpalet: van roze tot auberginepaars, van lichtblauw tot diep zeegroen en zelfs zwart. Een collier van roze parels krijgt bij hen een apart roodgouden slot bezet met roze saffieren; een perfect gevormd groen exemplaar komt volledig apart tot zijn recht. Sabine Herman verkiest subtiliteit: een enkele parel aan een spiraalvormige oorbel of een ring die zowel onderaan als bovenaan een parel bevat. Dat parels niet altijd bovenop de ring moeten staan, bewijst ook het ontwerp van Angela Hübel.

Sophie Vermeulen en Daisy Verheyden hebben in hun collectie tamelijk brave variaties op het klassieke collier. Maar ook de speelse halsjuwelen van Karin Carmeliet verwijzen daarnaar. “Het klassieke geknoopte collier is zeker nog geliefd”, zegt Ilse De Keulenaer. “Maar hier krijg ik regelmatig ook een vraag naar bijzondere vormen: smarties bijvoorbeeld, of peanuts.” Vroeger kon je nooit voldoende parels met min of meer diezelfde vorm bij elkaar sparen. De nieuwe technieken en het kweken van parels maken dit wel mogelijk: door een plat schijfje in te planten, creëer je een smartie; door een kruisvormige kern in de oester te plaatsen, krijg je een parel met die vorm…

De variaties zijn oneindig en de fantasie van sommigen evengoed. Marie-Bénédicte de Schryver borduurt met haar zwarte halsjuweel met zwarte zoetwaterparels voort op het oerthema vruchtbaarheid, dat altijd al met parels in verband is gebracht. Maar wie zijn fantasie werkelijk de vrije loop laat, is Peter Vermandere die zich vooral laat insprireren door ongebruikelijke vormen. Hij verwerkt ze in humoristische sieraden, die veeleer creaturen zijn of vreemde wezentjes. Wat moet je anders denken van een broche die I’ve got worms heet?

Bron: ‘People & Pearls. The Magic Endures’ van Ki Hackney en Diana Edkins, Harper Collins Publishers.

Bij ‘Zijsprong’, de galerie van Daisy Verheyden en Peter Vermandere, loopt tot 7 januari de tentoonstelling ‘Peters Parel Paranoia’, met naast werk van henzelf ook dat van enkele collega-ontwerpers (Karin Carmeliet, Joke Quick, Claudia Liedtke, Christelle Deswysen, Geertje Bruyninckx). Zijsprong, Mechelsesteenweg 119B, 2018 Antwerpen.

Informatie over verkoopadressen vindt u op pagina 237.

Hilde Verbiest Foto’s Diane Hendrikx

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content