Het maken van visuele inhoud boeit me. Ik werk het liefst op een wat ambachtelijke manier. Als een meubelmaker die nu eens een bed maakt, dan een kast en ze ook gaat verkopen. Alles achter de camera boeit me : het bedenken van de film, het financieren, het regisseren, het organiseren…

‘Plus est en vous’ is een van mijn motto’s : ik geloof dat je jezelf in moeilijke momenten makkelijk kunt overstijgen door niet weg te kruipen. Veel mensen hebben de neiging om zich snel ergens bij neer te leggen, maar eigenlijk is het heel eenvoudig om dingen te veranderen.

Ik zie een zeer vage evolutie in mijn werk. Ik weet dat ik met mijn volgende film losser zal omgaan, minder zal willen bewijzen dat ik een verhaal kan vertellen, dat ik weet hoe ik moet regisseren. Maar dat is het lot van de cineast in België : je kunt te weinig films maken om echt te evolueren. Mijn wereld stort niet in als ik morgen nooit meer zou kunnen filmen. Er zijn wel duizend dingen die ik nog graag zou doen.

Mediocriteit heeft voor mij geen negatieve bijklank. Ik voel me een vrij middelmatig mens, en daar voel ik me goed bij. Vanuit dat perspectief kun je perfect af en toe iets heel knaps verwezenlijken, door een kleine sprong te maken.

Ik word nerveus als ik enkele maanden niet buiten Europa ben geweest. Op reis valt het me op dat we in Vlaanderen vrij zelfingenomen zijn : die wanhopige strijd om onze identiteit telkens opnieuw bevestigd te zien, terwijl dat elders vanzelfsprekend is.

Dagelijks spiegelen de media ons een wereldbeeld voor vol ellende, slechte mensen en terrorisme. Toch ontmoet ik vooral aangename mensen op mijn reizen. Er is weinig nodig om van een zeer gezonde situatie een crisissituatie te maken.

Het is eigen aan onze tijd om alles in termen van grootste, beste, slimste op te delen. Daar heb je niets aan in de praktijk. Het klasseren van ideeën en die toetsen aan dé norm, daar heb ik het lastig mee : dé norm bestaat niet, net zoals goede of slechte smaak niet bestaat. Daarom erger ik me mateloos aan sterretjes bij filmkritieken.

Vrijheid is zeer belangrijk voor mij. De filmset zie ik eerder als een werkplateau waar acteurs hun ding kunnen doen, dan dat ik als regisseur ga zeggen wat ze exact moeten doen. Film is een medium dat veel samenwerking met mensen vergt. Als je alleen je eigen ideeën geconcretiseerd wil zien, ben je fout bezig, dan moet je gedichten gaan schrijven of zo. Vrijheid bestaat alleen binnen beperkingen.

Ik zie reclame als een vorm van entertainment. Vakmanschap is daar zeer belangrijk : als Willem Elsschot een gedicht schrijft als reclame voor mosterd van Tierenteyn, dan blijft dat een Elsschotgedicht. Zo wil ik zelf ook reclame maken.

Muziek en literatuur zijn, samen met eten, van de weinige zintuiglijke ervaringendie mij kalmeren. Ik lees steeds meer non-fictie. Bij fictie zit er toch altijd in je achterhoofd een bepaalde scène of scenario klaar. In tegenstelling tot veel ci- neasten zie ik niet meteen de film voor me, wanneer ik een script lees. Waarom zou ik de film nog maken als ik hem toch al gezien heb ?

Door Sofie Albrecht / Foto Charlie De Keersmaecker

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content