Zal ik een voorspelling doen? Als de kranten het nu weer niet te bont maken met het schapenvlees en de geitenkaas, waarover de eerste alarmerende geruchten al verspreid zijn (ze zouden vol bse zitten), dan ebt dat hele gekkekoeienalarm na verloop van tijd ook weer weg. Dan eten we over vier, vijf maanden weer biefstuk en wordt de toast cannibale in ere hersteld.

Met de dioxinekippen ging het net zo. Billen en borsten verdwenen uit de winkelrekken, suikerwafels, pannenkoeken en andere eierproducten werden vernietigd. Of verhuisden via een zwart circuit naar landen waar de bevolking dioxine-onkundig werd gehouden – want zo zijn we dan ook wel weer. Maar een paar maanden later maakte alleen een leverlijder zich nog zorgen over de consumptie van meer dan Ć©Ć©n ei per week.

De filosofie komt hierop neer: je moet al keiharde argumenten hebben om een mens te overtuigen van zijn sterfelijkheid. Doodgaan? Dat is voor de anderen. Kanker van de barbecue? De eerste zomer na die mededeling werden de pikante saucijsjes misschien weer op het gewone keukenfornuis gebakken. Maar wel opgegeten in de tuin uit kartonnen borden, om het afwasvoordeel van de barbecue niet zomaar overboord te gooien. Maar al gauw stond vader weer met zijn blaasbalgje bij de rokende houtskool en brachten genodigden vreemde, zelfgemaakte sauzen mee, voor bij de licht geblakerde lendestukken.

Die waarschuwingen klonken in eerste instantie misschien wel zwaar overdreven. Enige sensatiezucht is geen enkel medium vreemd, nuanceringen duren te lang en verkopen niet. Maar ook als de gevaren duidelijk te becijferen en onweerlegbaar bewezen zijn, volhardt de mens in roekeloos gedrag.

Zo staat het vast dat je van te snel rijden dood gaat. Uzelf misschien niet, maar toch jaarlijks zo’n 1400 anderen. En toch willen we niet trager en daar zijn duizend en Ć©Ć©n excuses voor. Zelfs de politica die langzaam verkeer aan de scholen wil, gaf in een uitzending van De Zevende Dag grif toe dat ze al eens de maximaal toegelaten snelheden overtrad. Hoe gaat dat: late vergadering in Brussel, en ’s anderendaags moet je er vroeg weer uit, even doortrappen op het gaspedaal betekent misschien een kwartier extra slaap.

Voor anderen zijn snelheidsbeperkingen gewoon een exorbitante overheidsbemoeienis. Een beetje scheuren moet toch kunnen? Zeker op de snelweg en als het nacht is, vindt een Belgische senator. Al hoeft het niet eens nacht te zijn, gewoon buiten de werkuren kan ook al.

Een kleine maand geleden werd op een zondagmiddag ergens in de buurt van Mol-Postel op de E34 een man geflitst die 245 kilometer per uur reed. Automobilisten die zich toen op de snelweg bevonden, riskeerden al een whiplash door die voorbijschietende kanonskogel met de ogen te volgen. En, zo vermeldt het krantenartikel, de bestuurder in kwestie vertelde de politie dat hij nog harder kon. Nochtans, het risico is niet gering dat bijvoorbeeld een vreemd voorwerp op het wegdek zijn pijlsnelle bolide uit koers zou gooien, een wending met bijna zeker een fatale afloop.

De irrationele roekeloosheid van onze man in Postel mag dan verbazing wekken, nog vreemder is het eigenlijk dat de industrie voertuigen maakt die zulke onwaarschijnlijke snelheden halen. Zeker als je weet dat 130 km per uur zowat de hoogst toegelaten snelheid is in heel Europa. De topsnelheid van de gewone gezinsauto ligt daar al een heel eind boven. Krachtiger modellen, zoals dat van onze man uit Postel, kunnen tot 310 per uur.

Ziet u plots ook de vreemde parallel tussen sigarettenfabrikanten met hun longkankerdoden, en de auto-industrie met haar verkeersdoden? Hoeveel miljard hebben de sigarettenfabrikanten onlangs van een Amerikaanse rechter moeten afdokken voor het produceren van dodelijke en verslavende producten? Zit hier geen ideetje in voor een advocatenbureau op zoek naar een interessante zaak?

FRIEDA VAN WIJCK

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content