FASCINEREND

Wie in de ban geraakte van “Exotica” mag zeker de beperkte bioskoop-release van een vorige film van Atom Egoyan, de Canadees van Armeense origine, niet missen. Eind vorig jaar publiceerde het weekblad “Time” een lijst van de honderd mensen die elk in hun domein de leidende figuren van de toekomst zullen zijn. Egoyan was de enige westerse filmmaker die deze Top-100 haalde.

Wie “Speaking Parts” (1989) ziet, zal begrijpen waarom. Dit is een eindeloos fascinerende bespiegeling over relatieproblemen in het tijdperk van de videotechnologie. De personages wonen of werken in een hotel ; video en televisie speelt een overheersende rol in hun bestaan. Egoyan gebruikt deze technologie als een dramatisch instrument dat zowel onthult als verhult, dat zowel tot zelfexpressie als tot aliĆ«natie leidt. Video dient niet alleen om konferenties te geven of om herinneringen te registreren, maar ook om te rouwen en om seks te hebben.

“Speaking Parts” is een unicum in de huidige cinema : een film boordevol vernieuwende, stimulerende ideeĆ«n die in een volstrekt originele en eigenzinnige audiovisuele taal worden verdedigd en ter diskussie gesteld.

* * * * “Speaking Parts” van Atom Egoyan, met Michael McManus, ArsinĆ©e Khanjian, Gabrielle Rose, Tony Nardi.

RAUW

Harvey Keitel speelt in de half geĆÆmprovizeerde film-in-de-film “Snake Eyes” het alter ego van regisseur Abel Ferrara. Hij is een Newyorkse regisseur die in Los Angeles arriveert om er een psychodrama te draaien over een huwelijk dat uit elkaar valt. In semi-dokumentaire scĆØnes toont Ferrara hoe deze Eddie Israel uit zijn twee akteurs (Madonna en James Russo) zo veel mogelijk rauwe emoties probeert los te weken. Geen inspanning is hem te veel om de naakte waarheid uit zijn akteurs te kloppen. Als Russo zich desondanks niet volledig geeft, verwijt Keitel hem dat hij ofwel te veel ofwel te weinig drugs en drank genomen heeft. (Waarschijnlijk ook het dilemma van Ferrara in een notedop.) Waarna Russo zich herpakt en Madonna steviger aanpakt dan haar lief is.

Terwijl de akteurs ook off-screen met elkaar in de clinch liggen, ziet Keitel de mislukking van zijn huwelijk onder ogen. Zijn stelselmatig bedrogen vrouw wordt gespeeld door Nancy Ferrara, vrouw van de regisseur nog een bijkomende indikatie van hoe gefolterd persoonlijk het allemaal is.

Waarheid en verzinsel, dokument en fiktie, wat gespeeld is en wat echt is, het loopt allemaal flink door elkaar en zorgt voor een aantal desoriĆ«nterende echo- en spiegeleffekten. Het ziet er allemaal bedrieglijk slordig uit, het exhibitionisme dreigt soms uit de hand te lopen en de kristelijke tematiek van verlossing komt geforceerd over. Ferrara (“The Bad Lieutenant”, “Body Snatchers”) voelt het filmmedium echter zo goed aan dat hij hoe dan ook orde schept in de emotionele en stilistischechaos.

– “Snake Eyes” van Abel Ferrara, met Harvey Keitel, Madonna, James Russo, Nancy Ferrara.

ANAKRONISTISCH

In de hopeloos ouderwetse familiesaga “Legends of the Fall” (vraag niet wat de titel betekent) gaat het om een anakronistische clan die zich stevig vastklampt aan de life style van het Wilde Westen, dit terwijl de moderne tijd gestaag oprukt (wat ons een uitstapje verschaft naar de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog en later wat rommelige aktie rond dranksmokkel tijdens de Drooglegging).

Julia Ormond is de vrouw die het zondig noodlot inkarneert en een wig drijft tussen de drie broers die op haar verliefd zijn. Henry Thomas is de benjamin, de jonge idealist die snel mag sneuvelen. Aidan Quinn is de onbuigzame stijfkop die alles volgens het boekje doet en later in de politiek gaat. Brad Pitt is de onbesuisde broer, de wildebras die zijn eigen weg gaat, met een grizzlybeer worstelt, zich insmeert met het bloed van zijn vijanden, met James Dean-achtig verdrietig narcisme in de lens staart en maar zelden een bad neemt. Anthony Hopkins is de pater familias, een verbitterde op rust gestelde kavalerie-officier en dikke vriend van nobele Indianen die maar moeilijk het skalperen kunnen laten.

“Legends of the Fall” is het soort film waarin de decennia traag voorbij schuiven, zonder dat iemand merkelijk veroudert. De tijd heeft zeker geen vat op Brad Pitt die heroĆÆsch wordt gefotografeerd als een nonchalante jonge blonde god uit een jeans-commercial. De enige die een serieuze coup de vieux krijgt, is Hopkins : als hij door een beroerte wordt geveld, is hij ook op slag grijs, zijn gezicht voor de helft verlamd en niet in staat nog langer de potsierlijke dialogen uit te kramen. Een gĆŖnant nummertje waarbij Hopkins zich voor de allereerste keer in zijn carriĆØre belachelijk maakt.

De kombinatie van broederlijke liefde en haat, macho-mystiek en wildernis-nostalgie levert een would-be epos op dat ondanks de weidse hemels van Montana vooral op een eindeloze Marlboro-commercial gelijkt.

– “Legends of the Fall” van Edward Zwick, met Brad Pitt, Anthony Hopkins, Aidan Quinn, Julia Ormond, Henry Thomas.

ONUITSTAANBAAR

Nu hij veertien is, is Macaulay Culkin niet langer een onuitstaanbare Amerikaanse superkid. Hij is nu een zo mogelijk nog enerverender zelfvoldane adolescent. In “Richie Rich” speelt hij het rijkste jongetje ter wereld een wansmakelijke vorm van typecasting. In deze op een comic strip geĆÆnspireerde fabel moet de obsceen kapitaalkrachtige snotaap het familiefortuin verdedigen tegen een hebzuchtig, komplotten smedend personeelslid. Behalve de kinderachtige slapstick is er ook nog een boodschap : als kind ben je nooit echt rijk zolang je geen vriendjes hebt. Die misplaatste zedenles wordt ons geserveerd door explosieven-expert Joel Silver, de producer van de “Lethal Weapon”- en “Die Hard”-films. Je zit tevergeefs te wachten op het verlossende moment, waarop hij het extravagante kasteel van Richie Rich, met alles erop en eraan, de lucht in blaast.

– “Richie Rich” van Donald Petrie, met Macaulay Culkin, John Laroquette, Jonathan Hyde, Claudia Schiffer.

MEGALOMAAN

Vroeg of laat moest het er van komen, Claude Lelouch die zich vergrijpt aan Victor Hugo. Zijn megalomane, bijna drie uur lange versie van “Les MisĆ©rables” werd, hoe kan het ook anders, een ware “leloucherie”, met niet Ć©Ć©n maar een drietal Valjeans (ik was snel de tel kwijt) en waarin we van de negentiende eeuw ook naar de bezetting en de bevrijding worden gekatapulteerd.

Het is al grotesk vanaf de eerste scĆØnes, waarin de superarrogante Franse producer Daniel Toscan du Plantier zijn akteerdebuut maakt. Toscan speelt de graaf die ons de twintigste eeuw mag inwalsen, na een financieel schandaal op de vlucht slaat, maar (off screen) zelfmoord pleegt vĆ³Ć³r zijn chauffeur (BĆ©bĆ©l) hem over de grens kan smokkelen. Een film waarin Toscan de hand slaat aan zichzelf kan niet helemĆ Ć l slecht zijn, hoor ik cynische zielen al zeggen. Mij bleef de exit van Toscan de hele film bezighouden. Prezenteerde iemand hem misschien de rekening van zijn Gaumont-periode (toen hij het lolbroeken-huis aan de afgrond van het bankroet slingerde) ? Of trok de huidige voorzitter van het promotie-orgaan Unifrance eindelijk zijn lessen uit de onverkoopbaarheid van de Franse film in het buitenland ?

Mijn mijmeringen over Toscan moesten na een dik uur wijken voor het ongelofelijk nummertje van het verlepte duo Annie Girardot en Philippe LĆ©otard, als een zuipend echtpaar dat door Lelouch’s camera in al zijn hallucinante naturel werd betrapt. Zo mogelijk nog intrigerender is het verouderingsproces van Jean-Paul Belmondo : of hij nu vader, zoon, man van middelbare leeftijd of stokoude bompa speelt, zijn kop is altijd even doorgroefd, alleen zijn haar verandert : eerst wit, dan witter, dan nog witter het lijkt wel het uittesten van mirakuleus waspoeder.

Lelouch heeft altijd zijn levensgezellinnen met rollen in zijn film bedacht, tegenwoordig moeten we er ook zijn dochter bijnemen. De appel viel niet ver van de boom : het arme kind kan ook niet akteren.

Aan het eind van de beproeving zingt Patricia Kaas uit volle borst : “Tout le monde a Ć©tĆ© misĆ©rable. ” Zeer juist als ze daarmee het publiek in de zaal bedoelt.

“Les MisĆ©rables” van Claude Lelouch, met Jean-Paul Belmondo, Michel Boujenah, Alessandra Martines, Annie Girardot, Philippe LĆ©otard, Rufus, Jean Marais, Micheline Presle.

PATRICK DUYNSLAEGHER

“Speaking Parts” : stimulerende ideeĆ«n.

Madonna en Russo in “Snake Eyes” : gefolterd persoonlijk.

Pitt en Ormond in “Legends of the Fall” : ouderwetse familiesaga.

Belmondo in “Les MisĆ©rables” : quelle misĆØre.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content