FLUXUS

De meest radikale en experimentele kunstbeweging van de jaren zestig heette Fluxus. Ze ontstond in de Verenigde Staten en Duitsland en verzamelde een bonte bende van kunstenaars, performers, komponisten, schrijvers en kineasten die zich afzetten tegen het conformisme in de kunst en multimediaal werkten. De eerste die de naam ‘Fluxus’ gebruikte, was George Maciunas ; de eerste echte performances vonden plaats in Duitsland en Engeland. In galerie Parnass in Wuppertal bijvoorbeeld gaf Maciunas in juni 1962 een lezing en speelde Benjamin Patterson op de bas met wasspelden, een hamer, paperclips en een plumeau. In datzelfde jaar organizeerde Gallery One in Londen het ‘Festival of Misfits’, met onder meer werk van Daniel Spoerri, Ben Vautier, Robert Filliou en Emmett Williams. Nog andere kunstenaars werden elk op hun eigen manier bekend met hun Fluxus-inbreng : Joseph Beuys, Yoko Ono, Nam June Paik, Claes Oldenburg. Ook New York en later Amsterdam zouden hun deel van de Fluxus-aktiviteiten opeisen, de hele beweging zorgde voor een schokeffekt in de toenmalige hedendaagse kunst. Zoals een andere Fluxus-artiest, Wolf Vostell het uitdrukte : “Duchamp has qualified the object into art, I have qualified life into art. ” Fluxus ging dus een stap verder dan het grote voorbeeld Marcel Duchamp, ook de totaal nieuwe muzikale opvattingen van John Cage waren een lichtend voorbeeld. Kunst werd veranderlijk en vergankelijk, de verschillende disciplines schoven moeiteloos in elkaar.

Het Walker Art Center in Minneapolis maakte een schitterende tentoonstelling rond Fluxus, die nu te zien is in het Antwerpse Hessenhuis. Zelfs de moeilijke ruimte van dat historische gebouw krijgt deze tentoonstelling niet kapot. Een must.

– Fluxus in het Hessenhuis, Falconrui in Antwerpen, tot 28 januari. tel. (03) 232.84.28.

HOLLANDO-BELGES

Vanaf 1850 zat de schilderkunst in Nederland muurvast : de landschapschilders kwamen niet verder meer dan het imiteren van de 17de-eeuwse meesters. Parijs, met Gustave Courbet en de School van Barbizon, was toen de toonaangevende kunststad en lokte talloze Nederlandse schilders, die het Hollandse provincialisme wilden ontvluchten. Maar eenmaal op reis bleven de meesten steken in Brussel, ‘halverwege Parijs’. En zo werd Brussel de bakermat voor de Haagse School, de beweging in de schilderkunst die in de periode 1870 tot 1890 in Nederland floreerde en gold als voorloper van modernisten als Vincent Van Gogh en Jan Toorop. Dat is de stelling van kunsthistorica Saskia de Bodt in haar proefschrift Halverwege Parijs, Willem Roelofs en de Nederlandse schilderskolonie in Brussel. Dit proefschrift werd het uitgangspunt voor een opmerkelijke tentoonstelling in het Brusselse Museum voor Moderne Kunst rond de Hollandse kunstenaarskolonie die zich in de tweede helft van vorige eeuw in Brussel manifesteerde.

Sleutelfiguur binnen die Hollando-Belges, zoals ze snel werden genoemd, was de landschapschilder Willem Roelofs, die samen met de dierenschilder Jan de Haas en de schilderende tweelingbroers David en Pieter Oyens veel bijval zou krijgen in België, maar ook een grote invloed ging uitoefenen op de vakgenoten in Nederland. De tentoonstelling Brussel Kunstenaarskolonie, Nederlandse schilders 1850-1890 toont het werk van al die Nederlandse Belgen. De schilderijen, akwarellen en tekeningen zijn meer dan verdienstelijk, maar met uitzondering van Jan Toorop is het duidelijk dat de Hollando-Belges de echte vernieuwing niet aandurfden. Toch is de herontdekking van bijvoorbeeld de gebroeders David en Pieter Oyens, die in een levendig-naturalistische stijl het moderne Brusselse leven schilderden, een verrassing.

– “Brussel Kunstenaarskolonie” in het Museum voor Moderne Kunst, Koningsplein 1-2 in Brussel, tot 10 december. tel. (02) 508.32.11.

DESSAUVAGE

De Westvlaamse keramist Tjok Dessauvage (1948) maakt sinds een tiental jaren internationaal naam met zijn intrigerende potstrukturen. Basisvormen zijn de kom, de kegel en de cilinder. Het zijn archetypische vormen die Dessauvage niet graag potten noemt, omdat die te sterk naar de traditionele funktie van keramiek verwijzen. Hij heeft het liever over potstrukturen en werkt met gesloten vormen, waarbij het platte bovenvlak het toneel is waarop het essentiële gebeurt : enkele ingekraste lijnen, een afdruk, een reliëf geven elk werk betekenis en inhoud. Een mooi voorbeeld is de bekende potstruktuur “Dagboek van een houtworm” : Dessauvage maakte een afdruk van de sporen die een houtworm in een stuk hout naliet en bracht die over op het vlakke bovendeel van de pot. Alle bewegingen van de houtworm staan op die manier geregistreerd en vertellen letterlijk zijn hele leven. Dat streeft Dessauvage na : geen krachtige of kleurige beelden, maar zichzelf relativerende vormen die sterk geabstraheerd worden, de pot wordt als informatiedrager gesublimeerd. Werk van Dessauvage is momenteel te zien in het Kortrijkse Atelier De Gryse, samen met schilderijen-reliëfs van de Bask Luis Salazar.

– Tjok Dessauvage en Luis Salazar in Atelier De Gryse, Gentsesteenweg 41 in Kortrijk, tot 17 november. tel. (056) 22.41.87.

VIRTUELE TAMTAM

Van tamtam tot virtuele realiteit luidt de titel van een boeiende tentoonstelling over de telekommunikatie in opmars, die in de Leuvense Predikherenkerk (Onze-Lieve-Vrouwstraat) te zien is. Ze biedt een overzicht van de manier waarop de telekommunikatie in de menselijke geschiedenis geëvolueerd is. Daarbij werd zelfs een vleugje humor niet geschuwd, want ook de biechtstoelen in de kerk werden mee ingeschakeld in het parkoers. ‘Van tamtam tot virtuele realiteit’ toont de hele ontwikkeling, van telegrafie en telefonie over draadloze kommunikatie naar de poort op de toekomst, de digitalizering. Vanzelfsprekend krijgen de computer en de interaktieve multimedia de grootste aandacht, waarbij de bezoeker aktief aan diverse hyperaktuele toepassingen kan meewerken. Tot 3 december, tel. (016) 22.45.64.

MARC RUYTERS

“Fluxus”, overdonderend aanwezig in het Antwerpse Hessenhuis.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content