En zo gaat hij verder

?Ik zie een collectie als een grote kleerkast waarin de verschillende modellen, stoffen en kleuren onderling combineerbaar zijn. Werken in thema’s vind ik zo beperkend.? Rudi Deboyser stelt Etcetera winter 97 voor. ?De collectie waar ik nu echt mee naar buiten wil komen.?

Trui Moerkerke

R udi Deboyser pakt de zaken het liefst geleidelijk aan. Hij studeerde in 88 af aan de Antwerpse modeacademie ?mooie jaren, je kan er zonder enige commerciële beperking je gang gaan? en kreeg meteen een aanbieding van de firma Gilmar om voor Iceberg te werken. Daarna was Deboyser een hele tijd freelance ontwerper voor Mer du Nord en Sowa. In 1993 startte hij met zijn eigen collectie : Etcetera, eerst ?na de uren?, nu houdt hij zich er fulltime mee bezig. Want uiteindelijk ging het toch vrij snel : Etcetera heeft nu 70 verkooppunten, waarvan 25 in België. De productie gebeurt volledig in België.

?Etcetera is al geëvolueerd sinds het begin. Een collectie kan volgens mij nooit van de eerste keer helemaal zijn wat je ervan verwacht. Maar nu alles mooi in elkaar valt, wil ik Etcetera enthousiast aan iedereen voorstellen.?

Lange, losse silhouetten, vaak in laagjes boven elkaar gedragen, getemperde kleuren en natuurlijke stoffen zijn de kernwoorden. ?De kleuren en stoffen maken al voor de helft de collectie. Dat gegeven is mijn vertrekpunt?, aldus Rudi Deboyser. ?Ik probeer zoveel mogelijk natuurlijke stoffen aan te kopen. De kleuren komen daar het mooist in uit en die stukken gaan het langst mee.?

Pruimenkleur is een basistint. ?Het is een dankbare kleur om te combineren. Ik werk eigenlijk nooit met felle kleuren. Ik hou het meest van afgewassen, matte kleuren.?

Etcetera biedt ook een systeem waarin stoffen en kleuren onderling makkelijk combineerbaar zijn. Deboyser : ?Een rok bijvoorbeeld stel ik voor in 5 verschillende stoffen, in 10 verschillende kleuren. Dus kom je al tot 50 versies. Bij dat model rok kunnen dan X aantal jasjes gekozen worden, alweer in verschillende stoffen. Aanvankelijk was dat vrij moeilijk voor de winkels. Maar nu kennen ze het systeem en spelen ze ermee. Ik beschouw de collectie als een grote kleerkast. Niet als een verzameling van afgelijnde thema’s. Dat lijkt me te beperkend.?

Door die manier van werken kan elke winkel een eigen beeld van Etcetera neerzetten. ?Dat is net het interessante?, zegt Rudi. ?Je hoort shoppers vaak klagen. Gaan ze in Brussel, Antwerpen of Gent winkelen : overal vinden ze hetzelfde aanbod. Dat is niet zo bij Etcetera. In de boetieks hangt de collectie telkens op een andere manier gecombineerd.? Etcetera betekent ook letterlijk dat de ene collectie een logisch vervolg is op de vorige. ?Natuurlijk heb je de trends. Maar ik vind dat de breuk nooit zo groot mag zijn dat je om het halfjaar je kleerkast volledig moet vervangen. Trouwens, welke consument is daar nog toe bereid ??

Etcetera ligt in boetieks als L’Apostrophe in Wilrijk en L’Heroïne in Brugge. Vaak naast collecties die eveneens een losse stijl hebben. ?Ik weet niet of er echt een type is dat Etcetera draagt, het gaat vrij breed. Maar laten we zeggen : zeker niet de afgeborstelde tailleurmadame. Evenmin de vrouw die graag al haar vormen benadrukt ziet. Etcetera heeft een aparte stijl. Vrouwen met een artistieke look voelen zich er vaak toe aangetrokken.?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content