Op het autosalon leek de elektrische toekomst voor de auto een feit. Tenminste wat het aanbod betrof. Peugeot, Citroën, Mitsubishi en zelfs Ford en Saab toonden een elektrische auto, maar leken niet echt overtuigd. Renault en Nissan geloven vast in een mentaliteitsommekeer en willen de nieuwerwetse klanten dit jaar op hun wenken bedienen. Toch zijn de obstakels niet van de minste. Er is de forse meerprijs, die voorlopig wat verzacht wordt door overheidspremies. Voor een Nissan Leaf zou de klant uiteindelijk netto 29.000 euro moeten afdokken. Daarvoor krijgt hij 3 jaar garantie op de auto en vijf jaar op de batterijen en het elektrisch systeem.
Renault hanteert een andere aanpak met de Fluence. Na aftrek van allerhande premies betaalt de klant 26.620 euro. Daar komt een maandelijkse huur bij voor de batterijen van 79 euro. Een snelle rekensom leert dat voor wie de auto vijf jaar houdt, het prijskaartje op 31.360 euro komt. ‘Tanken’ wordt daarbij wel een stuk goedkoper. Met de huidige prijs van elektriciteit komt een ’tankbeurt’ op twee euro en daarmee geraken auto en bestuurder zo’n 160 kilometer ver. Of aanschouwelijker voorgesteld : een kilometer kost slechts één dikke eurocent.
Klinkt veelbelovend.
De voornaamste hindernis voor de geëlektrificeerde automobilist zit in zijn hoofd en heeft al een naam, range anxiety of de angst om plat te vallen. Helemaal denkbeeldig is die angst niet, want korte tests links en rechts leren dat de theoretische autonomie slechts in ideale omstandigheden gehaald wordt. Als het vriest of als het te warm is (airco !), wordt het maximale bereik flink wat korter. Alleen weet niemand hoeveel korter precies.
“Geen nood”, zegt Marie-Louise Vandyck van Nissan Belgium. “Uit cijfers blijkt dat 90 % van de Belgen minder dan 100 km per dag rijden. En om de eerste klanten over de streep te trekken, geven we ze één jaar lang een gratis pick-upgarantie.”
Klinkt realistisch.
Bedrijven die een juiste kijk hebben op de afstand die hun voertuigen dagelijks afleggen, zullen de eerste afnemers zijn. Voor de individuele automobilist, die nog last heeft van range anxiety, stond een geruststellender oplossing op het salon : de Opel Ampera. Een elektrische auto met een hulpmotor om de batterijen op te laden, waardoor de autonomie te vergelijken valt met die van een klassieke auto. We rijden er volgende week mee. Intussen kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat de elektrische toekomst ook het gevolg is van veel lobbywerk, waarin zowel gehaaide managers als onschuldige groenen (ongewild) meedraaien. Dat een elektrisch aangedreven auto het voorbeeld zou zijn van een groen voertuig is natuurlijk een te grove vereenvoudiging. De overheid speelt het wat dubbelzinnig : ze zwaait met subsidies maar ‘vergeet’ intussen wel de oplaadinfrastructuur neer te zetten.
Klinkt heel hypocriet.
Door Pierre Darge
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
