Het begon aan de keukentafel met een briljant idee. Maar toen werd die inval plots een miljoenenbusiness met een klantenbestand waar de meeste bedrijven enkel van kunnen dromen. Wij spraken met de stichters van drie succesvolle start-ups.
Jesse Wynants en Gijs Nelissen richtten zo’n tien jaar geleden Prezly op, dat klanten met de gepaste software helpt om hun content te verbinden met de juiste stakeholders. Ze hebben een twintigtal werknemers, verspreid over de hele wereld, en draaien een omzet van zeven cijfers.
Met klanten als Deliveroo, Cathay Pacific, Ikea en Volkswagen mogen ze zich intussen tot de grote jongens in hun vakgebied rekenen. Toch was Prezly tot 2013 nog een zijproject, tot ze besloten om er fulltime voor te gaan.
Jesse: “We hebben er altijd voor gekozen om met eigen kapitaal te werken, wat uiteraard een impact heeft gehad op onze groei. In het begin deden we bij wijze van spreken alles zelf. De laatste twee jaar hebben we onszelf ter discussie gesteld omdat het niet kan dat het bedrijf alleen op twee mensen berust.”
Gijs: “We zijn rustig maar gestaag gegroeid. De eerste jaren moest de omzet voortdurend groeien omdat we mensen begonnen aan te nemen. Makkelijk was dat niet: de beginjaren noemen ze niet voor niets de valley of death. We zijn daarom altijd heel voorzichtig geweest. Soms was het geld op op het einde van de maand, maar we wisten dat we goed zaten. Nu hebben we de nodige reserves opgebouwd en moeten we onszelf forceren om in de toekomst te investeren.”
Jesse: “We hebben nooit een externe investeerder gewild. Een investeerder pompt geld in twintig bedrijven en hoopt dat er twee gigantische winst gaan boeken. Ze pushen je bijgevolg richting hyper growth, wat niet altijd kan omdat de markt er niet rijp voor is. Dat wilden we niet. Nu zijn onze klanten onze enige investeerders en zijn we er maniakaal mee bezig zodat zij tevreden zijn.”
Gijs: “Trouwens, wat is succes? Duizend man en kantoren in New York? Wij zien succes als iets waar we trots op zijn en waarmee we problemen oplossen en mensen verder helpen.”
Jesse: “Toen we fulltime gingen werken voor Prezly, vielen we van een hoog loon als consultant naar een zo goed als onbestaand salaris. Dat was wennen, maar je doet dat gewoon omdat het moet. We hebben intussen een enorme poel van talent waaruit we kunnen putten. Op onze laatste vacature kregen we maar liefst achthonderd reacties. Dat is fijn, zeker. We zien er ook heel erg op toe dat er een teamsfeer is: elke drie maanden vliegen we iedereen in en één keer per jaar gaan we ergens op retreat met de hele ploeg.”
Gijs: “We zijn klaar om van 500 naar 50.000 klanten te gaan, ons product is daar matuur genoeg voor. En we willen een rol spelen in alles wat journalistiek aangaat. Hoe zorgen we ervoor dat er objectief gepubliceerd wordt? Dat houdt ons bezig.”
Jesse: “We krijgen geregeld mails van geïnteresseerde partijen, maar voorlopig houden we de boot ( voor een overname, red.) af. Iets moois maken en elke dag bijleren, daar gaat het ons om. En dan zien we wel wat er nog op ons afkomt.”
Heidi Rakels – je kent haar misschien nog als een van onze judotoppers – richtte samen met haar partner Guardsquare op, dat software produceert om mobiele apps te beschermen tegen hackers en in 75 landen actief is.
Het is een pracht van een landschapskantoor waarin Heidi Rakels me verwelkomt. Na haar sportcarrière werkte ze als freelance software-ingenieur. Toen haar partner een programma schreef dat een instant hit werd, besloten ze om samen een bedrijfje op te richten. Vijf jaar later hebben ze bijna zeventig werknemers in dienst en beschikken ze naast hun hoofdzetel in Leuven ook over kantoren in San Francisco en Boston. Hun verhaal leest als de blauwdruk van een successtory. Rakels: “Het is inderdaad snel gegaan: na een jaar hadden we al 400 klanten. Toch groeiden we tot vorig jaar niet zo snel als we konden omdat we er simpelweg de mensen niet voor hadden. We hebben onlangs een grote Amerikaanse investeerder binnengehaald ( die 29 miljoen euro inbracht, red.). Dat extra geld was nodig om verdere stappen te kunnen zetten.
Doordat er meer mensen verantwoordelijkheden hebben gekregen, is meteen een grote last van mijn schouders gevallen. Want ik heb lang heel veel taken op mij genomen waarin ik eigenlijk niet gespecialiseerd ben. People management bijvoorbeeld heb ik al doende moeten leren. Nu hebben we mensen in dienst die in hun ding beter zijn dan ik. Dat is fijn.
Ik heb destijds zowat al mijn eigen geld in het bedrijf gestoken en mijn partner en ik hebben onszelf vijf jaar lang een extreem laag loon uitgekeerd. Dat begon op den duur te wegen. Het was trouwens ook niet goed voor het bedrijf, omdat je dan weinig risico’s durft te nemen.
Het leukste aan dit werk is dat ik enorm veel bijleer. En ik ben tevreden dat zo veel mensen hier een goede job hebben. We zijn niet perfect, maar iedereen die bij ons werkt krijgt een mooi loon, de sfeer hier is aangenaam… Daar ben ik best trots op. Negentig procent van onze omzet komt trouwens uit het buitenland, dat vind ik ook erg mooi.
Een bedrijf hebben is problemen oplossen. Maar ik heb geleerd die als uitdagingen te zien. ( lacht) Want geloof me, hoe groter je bent, hoe vaker je met problemen geconfronteerd wordt. Ik besef bijvoorbeeld heel goed hoeveel geld we elke maand uitkeren aan lonen. Wat als er iets gebeurt met de markt, denk ik weleens. Daar moet je tegen bestand zijn en daarom moeten we blijven groeien. We zijn intussen wereldleider in ons marktgebied, maar we zijn volop bezig om onze producten uit te breiden, zodat we risico’s nog beter kunnen incalculeren.
Weet je, een bedrijf hebben is eigenlijk nooit mijn droom geweest, maar ik ben wel erg tevreden met wat ik bereikt heb. Maar eerlijk: al hebben we zelf goed gewerkt, we hebben ook veel geluk gehad omdat we een goeie markt bereiken. En dat vergeet ik echt niet.”
Steven Tielemans richtte samen met twee vennoten THEO Technologies op, dat mee de toekomst van video wil creëren. Ze maken het mogelijk om online video zo efficiënt mogelijk naar de gebruikers te brengen en dat met de best mogelijke gebruikerservaring. Hun klanten? Grote spelers als CNN en NBC. Ze draaien een omzet van enkele miljoenen per jaar.
Hij excuseert zich uitvoerig omdat het kantoor nog niet helemaal is zoals hij wil – de ploeg heeft er pas twee weken geleden haar intrek genomen. Hun vorige werkplek was na een paar jaar al te klein geworden. Het gaat dan ook hard voor THEO Technologies. Steven Tielemans: “We hebben ons bedrijf opgericht in 2012, toen er nog geen sprake was van onze videospeler. We hielpen bedrijven om hun content online te krijgen – zo hebben we onder andere gewerkt voor de Belgische Volleybal Liga. Door dat soort projecten zagen we dat er niet de juiste technologie voorhanden was. Uit een stukje frustratie en met de juiste visie hebben we dan de THEOplayer ontwikkeld. We hebben die voorgesteld aan een aantal grote Amerikaanse bedrijven als Facebook, Apple en Yahoo en kregen heel constructieve feedback. Begin 2015 is onze speler op de markt gekomen en toen zijn we heel snel gegroeid. Vandaag zijn we met ongeveer tachtig werknemers.
We hebben nooit extern kapitaal aangetrokken en dat maakt ons redelijk uniek. Dat was niet altijd even makkelijk, want je moet als founder erg hard werken en je kunt jezelf niet al te veel vergoeden, maar dat is niet erg – we hebben altijd eerst aan de groei van het bedrijf gedacht. Elke euro die hier binnenkomt, wordt weer geïnvesteerd. Het succes heeft me in ieder geval niet veranderd, ik ben alleen wat moeilijker bereikbaar geworden voor mijn vrienden. ( lacht)
Het leukste aan mijn job is dat ik iets kleins heb zien groeien. Dat geeft een heel speciaal gevoel. Er worden wereldwijd miljarden video’s per maand afgespeeld met ons product en enkele van de grootste mediabedrijven zijn klant van ons. Dat is ontzettend fijn. Op dit moment richten we een operationeel kantoor in New York op om nog een stap verder te kunnen gaan. In de toekomst willen we immers nog meer uitbreiden in de VS en vooral verder groeien. Ons plan is om hier volgend jaar met 150 werknemers te zitten, want we moeten blijven focussen op innovatie. Maar dat zit goed: we kunnen de grote mediabedrijven binnenwandelen als we iets nieuws op de markt brengen. En dat geeft heel veel voldoening.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
