Een lust voor het oog
Een prozaïsche kweekplaats voor groenten en fruit werd op nauwelijks drie decennia tijd omgevormd tot een van de meest geraffineerde tuinen van ons land.
Tekst en foto’s : Jean-Pierre Gabriel
Begin de jaren ’60. Een jong paar, op zoek naar een nest, laat zijn oog vallen op een oud gebouw vlak naast de moestuin van een groot familiedomein. Het gebouw was toen een rechthoek van 60 meter lang en slechts 4 meter breed, oorspronkelijk een oranjerie, een schuur en een varkensstal die in het begin van de eeuw werden omgebouwd tot woning voor de hoofdtuinier. De man kon dus vanuit zijn woning zijn werkplaats overschouwen : drie tuinen met bijbehorende serres (waarvan één voor druiven), die de familie het hele jaar door voorzagen van groenten en fruit. De tuinen waren elk afzonderlijk omringd door een hoge, bakstenen muur. In het begin van de jaren ’50 kwam daar verandering in. Tenminste in het uitzicht. Twee muren werden afgebroken, maar de functie van de tuinen bleef dezelfde. Er werden nog altijd groenten, aardappelen en fruit gekweekt. En snijbloemen.
De jongste drie decennia is dit louter functionele stuk grond omgevormd tot een van de meest geraffineerde tuinen van ons land.
De eerste werken waren verbouwingen aan het huis. Er werd een stuk bijgebouwd en de opslagruimte voor stookolie en het kippenhok werden geïntegreerd in de woonruimte. In 1983 deed het echtpaar voor het eerst een beroep op tuinarchitect Jacques Wirtz. Hij begon rechts van de oranjerie, en creëerde een samenhang tussen de muur rond de moestuin en een oude serre, zodat de bouwsels als het ware opgaan in het groen. Langs een lage buxushaag plaatste hij grote Toscaanse aarden potten met citroenboompjes, zoals op de terrassen in de Italiaanse Renaissance.
Links legde hij een halfgesloten geheel van taxushagen aan, met daarin een ronde waterpartij en een gloriëtte van rozelaars. Het zijn sterke elementen die het landschap markeren, en die tegelijk ook perspectieven creëren die loodrecht op elkaar staan. Meer dan tien jaar later zal één daarvan de plaats aangeven voor een nieuwe doorgang tussen de tuin en het zwembad.
Jacques Wirtz ontwierp dus twee symmetrische tuinen, maar liet ter hoogte van het terras het blikveld vrij. Het familiedomein is groot. Het omvat uitgestrekte grasvelden die tot aan de einder reiken, met daarin enkele eeuwenoude bomen en een prachtige klassieke tempel, omringd door zuilen in de vorm van een rotonde zoals in Stowe, Buckinghamshire.
Er restte dan ten westen, langs de grachten die de grote waterpartij van het domein bevoorraden, nog een kleine, vierkante, ingesloten ruimte rond een zeshoekig paviljoen. Met het water zo dichtbij, moest niet naar een thema gezocht worden. In 1987 krijgt het ontwerp van Jacques Wirtz definitief gestalte : een geheel van veertien bakstenen waterbekkens, gedeeltelijk verzonken en met kleine hoogteverschillen. Ze vormen een onvoltooide cirkelboog in een ongelijk ritme dat aansluit bij het zingende geluid van het water dat de bekkens één voor één bevloeit.
Al die schitterende verfraaiingen dienen uiteindelijk ? pour le plaisir des yeux?, zegt de vrouw des huizes wat ondeugend, en parafraseert hiermee de gekende uitdrukking van Marokkaanse marktkramers die hun waren aan de man brengen.
De hele tuin is inderdaad een lust voor het oog, te beginnen met de prachtige beelden die er hun plaatsje hebben gekregen. Ze werden niet lukraak gekozen, eenheid van materie was een belangrijk criterium : brons (dat grijsgroen verkleurt) voor de tuin en wit marmer in de omgeving van het zwembad.
Een van de jongste aanwinsten, met het patina van een eeuw in weer en wind, is een beeldenpaar dat de bezoekers verwelkomt bij de toegangspoort tot de tuin. Het zijn Hendrik IV en de Hertog van Sully, zeer mooi afgewerkte modellen van Bosio uit het begin van de 19de eeuw. Elders staat een jongetje met een vis, als de kleine prins van het waterparadijs. Hoewel het beeld slechts van 1930 dateert, heeft het een schitterende patina doordat het een halve eeuw lang het waterbekken van een fontein heeft besproeid.
Wat verder, helemaal omringd door een taxushaag, een bacchante die op haar sokkel om haar as draait. Een schitterend staaltje van verloren-wastechniek. Op het beeld zijn nog sporen van was en vingerafdrukken terug te vinden. Nog andere bronzen beelden staan midden in een waterbekken of bovenop een zuil, maar overbevolkt is de tuin zeker niet.
De nieuwe doorgang in de hoge muur vormt de poort tot een andere waterwereld. Daar bevindt zich namelijk het zwembad, dat zich moeiteloos in de omgeving integreert. Het is strakker en hedendaagser van opvatting, met arduin en baksteen twee typisch Belgische materialen en een reling in roestvrij staal. Toch oogt het geenszins koel. De hele omgeving heeft zelfs iets moors : de architectuur in het algemeen, de kleuren, het latwerk, de banken, de hammam en de douches lijken geïnspireerd op een droompaleis dat wellicht vorm kreeg tijdens talrijke reizen naar Marrakech en andere plekjes in Noord-Afrika.
De begroeiing werd doelbewust sober gehouden : ?Ik wilde hier niet te veel bloemen, geen rozen, geen wanorde, maar veeleer kalme golfbewegingen. Daarom koos ik voor planten met grijsgroene bladeren die goed combineren en die men eventueel kan snoeien. Ik wilde hier ook geen klimplanten in het latwerk. Dit gedeelte van de tuin moet rust uitstralen.?
Een weelderige plantengroei vind je wel aan de andere kant van de poort, in het gedeelte van de tuin waarop je uitkijkt vanaf het terras en waarin je de hele evolutie van de natuur, van de eerste dagen van de lente tot in het late najaar, kan volgen. Klimrozen met Kifsgate, Seagull en Wedding Day voorop storten zich met veel enthousiasme op de muren van de oude oranjerie en mengen zich met het blauw van Ceanothus. Aan hun voeten groeien massaal doorlevende planten, van de wilde en inheemse Chelidonium, tot Senecio en Phlomis fructicosa. Her en der rijzen zeer mooie stokrozen op, met enkele of dubbele bloemen.
Niet ver daarvandaan, tussen de gloriëtte en de watertuin, bevindt zich de siermoestuin geïnspireerd op die van Villandry. Ingesloten door een latwerk in teak een houtsoort die mooi veroudert verschijnen hier tussen lage buxushagen, die het geheel in driehoeken en ruiten verdelen, artisjokken met hun grote bloemstengels, postelein, raketsla en basilicum, afgewisseld met onder meer witte Schneewittchen-rozen.
Overal in de tuin is die passie voor rozen trouwens terug te vinden. Een lijst van de soorten die er werden aangeplant beslaat drie grote bladzijden. Zelfs in de ommuurde moestuin staan massa’s rozen, sommige speciaal voor boeketten, zoals de theehybriden met grote bloemen Pink Panther, Gravin d’Alcantara, Peace of Michelle Meillan. Ook al zien de bewoners de bloemen het liefst in hun natuurlijke omgeving, een ruiker rozen in een mooie vaas zorgt voor kleur en geur in huis. In de tuin zelf worden geparfumeerde rozen geplukt om van de bloemblaadjes een heerlijke stroop te maken die smaakt naar Turks fruit. Geen betere plek om daarvan te proeven dan het terras van de oude oranjerie, waar de zon zo lekker schijnt, en waar je een groot stuk van het jaar kan genieten van alle heerlijkheden die de natuur hier te bieden heeft.
In het concept van tuinarchitect Jacques Wirtz komen zowel de rijke plantenkennis als de mooie beeldencollectie van de eigenaars tot hun recht.
Verschillende werelden in één tuin : boven, de kweektuin à la Villandry, links de waterbekkens, rechts het open grasveld met klassieke tempel.
Overal merk je de passie voor rozen. Sommige zijn speciaal aangeplant om boeketten te maken. In dit sfeervolle hoekje hebben de tuinstoelen vooral een decoratieve functie.
Voor het zwembad, dat perfect integreert in de omgeving, werd Henegouwse blauwe steen gebruikt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier