Een excellente Luxemburger
De Luxemburgse wijnbouwers zijn vrij recent met het kwaliteitswerk begonnen. Maar het resultaat mag er wezen : ze presenteren een excellente riesling.
HERWIG VAN HOVE
De Luxemburgse Moezelwijn (1345 hectaren, 850 wijnboeren) komt van ver terug. Honderden jaren lang vormden de Duitse en de Luxemburgse Moezel, stroomopwaarts van Trier, een enkel wijngebied. Na de Eerste Wereldoorlog ging elk een eigen weg op. Tot dan toe was Luxemburg met Duitsland verenigd in een douane-unie en de grote Duitse wijnhandelaars stimuleerden en kochten vooral zure ebling om er schuimwijn van te maken of om de zoeterige Palatinat-wijnen van toen wat reliëf te geven. Na de oorlog viel deze bestemming plots weg en de Luxemburgse wijnbouw tienmaal kleiner dan die van de Elzas stond voor enorme problemen. Vanaf de jaren ’20 echter zou de economische unie met België opnieuw uitkomst bieden, maar nu in de richting van grotere kwaliteit. Gaandeweg werd de zure ebling-aanplant vervangen door edeler druivensoorten zoals riesling, pinot gris en Gewürztraminer en werd de productie gerationaliseerd. Er werden vijf coöperaties opgericht, nu verenigd onder de grote koepel Vinsmoselle (70 procent van de totale productie), en de Marque Nationale werd op gang gebracht.
Deze Marque Nationale is een zeer eigen appellationsysteem waarbij door proefcommissies de vermeldingen vin classé, premier cru of grand premier cru worden toegekend zonder dat er een relatie is met de bodem. In Luxemburg verwijst een vermelding als premier cru dus niet naar een perceelclassificatie en kan van jaar tot jaar, al dan niet worden toegekend aan dezelfde wijn.
Veel wijnboeren presenteren hun wijnen niet aan de proefcommissies omdat ze niet akkoord gaan met die cru-vermeldingen zonder achterliggende wijngaardreferentie. De kwaliteitskring Domaine et Tradition waarin 7 van de beste individuele wijnbouwers (Caves Thill Frères, Caves Sunnen-Hoffmann, Caves Gales, Domaine Bastian, Clos Mon Vieux Moulin, Domaine Mme A. Duhr et Fils en Clos des Rochers) sinds 1989 de verbintenis aangingen om hun hectare-rendementen te beperken tot 85 hektoliter, blijft ver weg van deze ?ijle” cru-vermeldingen en wil ?de consument aanzetten om het product dat hij wil kopen te proeven en zo zelf een oordeel te vormen over de kwaliteit van de wijn in kwestie.” Niet verwonderlijk dat de relaties tussen de kwaliteitskring en de administratie van de Marque Nationale wat stekelig zijn.
In principe zijn de Luxemburgse wijnen droog en friszuur. Nochtans ligt de Duitse Saarvallei, beroemd om haar spätlese en auslese wijnen, slechts op een kwartiertje van de grens. Sinds 1992 zijn er ook in Luxemburg discrete experimenten met zoetere wijntypes. Dat sommige Luxemburgse wijnen wat parelen komt door de koele gisting ten tijde van de oogst kan het er al zeer koud zijn waardoor het gevormde koolzuur veel beter in oplossing blijft.
Er blijven nog altijd 220 hectaren ebling over, met de gekende zure wijn van laag alcoholgehalte als resultaat. De ebling werd destijds vooral vervangen door wat men rivaner noemt : een kruising tussen riesling en sylvaner (Duits : Müller-Thurgau) die in de jaren ’80 praktisch de helft van de Luxemburgse wijngaarden uitmaakte. Haar voornaamste kenmerk is het groot rendement dat gemakkelijk kan oplopen tot een duizelingwekkende 150 hectoliter per hectare. Begrijpelijk dus de leden van de Domaine et Tradition hun onderling opgelegde rendement van 85 hektoliter per hectare bij notariële akte lieten deponeren : het ligt, naar lokale normen, onwaarschijnlijk laag.
Alleen riesling combineert een hoog zoetgehalte met een hoog zuurgehalte en wordt daarom in de streek ?de druivensoort van de kenners” genoemd. Ebling en rivaner nemen samen bijna twee derde van de totale productie voor hun rekening.
Sinds 1993 is er onder druk van de Europese Commissie een begin van reglementering : rivaner en ebling zijn beperkt tot 140 hectoliter per hectare en de andere soorten tot 120. In zone A, de meest noordelijke, moeten de wijnen een natuurlijk alcoholgehalte halen van 6, wat overeenkomt met 100 g suiker per liter most en mag er maximum 3,5 graden gechaptaliseerd worden. In de zone A werkt de suikerbiet in het wijnglas voor een derde !
Voor 65 procent drinken de Luxemburgers hun wijn zelf, 30 procent komt naar België en de rest gaat nog altijd hoofdzakelijk naar Duitsland.
IN HET GLAS
Het proefpanel van Weekend Knack vergadert rond een kleine selectie Luxemburgse rieslingwijnen, alle uit de kwaliteitsgroep Domaine et Tradition. Het panel wordt versterkt door de Nederlander Lieuwe Ribbens, finalist bij de 1995 Prosper Montagné-prijs voor wijnschenkers ; Dieter Bohrmann vervangt Antoon Segaert.
Deze Luxemburgse kwaliteitswijnen zijn in België slechts uiterst sporadisch te koop, maar zijn in Luxemburg zelf makkelijk te verkrijgen.
Bij de drie rieslingwijnen van 1994 haalt deze van A. Duhr ?neutraal” als kwotering : te zuur dominant in de finale (Harry De Schepper) en ook deze van Bernard Massard krijgt ?neutraal” als beoordeling : prikkelend zuur en iets bitter maar met structuur (Dieter Bohrmann).
De 1993 riesling van Mathis Bastian echter, haalt unaniem ?positief” : mooi heldere lichtgroene kleur met een neus van rijpe vruchten, minerale toetsen en exotisch fruit, een mondvol frisheid en fruit (Lieuwe Ribbens). Of nog : krachtige neus met grote diepte en rijpheid, volmondige goede evenwichtige smaak met wat restzoet, type spätlese (Jim Bruyndonx).
Bij de vier 1993 rieslingwijnen haalt deze van Sunnen-Hoffmann unaniem ?neutraal” als beoordeling : flauw in de neus en streng stroef appelzuur in de mond (Herwig Van Hove). De drie andere zijn uitgesproken positief.
Riesling 1993 Gales, beoordeling : positief.
Zeer zuivere precieze en breed openwaaierende riesling-neus en een goed gevulde strakzure pittige smaak (H.D.S.). Volle smaak met goed gedekt zuur en struktuur (D.B.).
Riesling 1993 Clos de Rochers, beoordeling : positief.
Stro-gele kleur met groene nuance, neus van ananas en appel en een prikkelende smaak van rijp fruit met redelijk evenwicht en goede afdronk (L.R.). Gesloten lichtmoutige neus, wat vlakke maar goed gestoffeerde en gevulde smaak met rondheid, stijl en charme (J. Br.).
Riesling 1993 Caves Thill, beoordeling : positief.
Karakteristieke riesling-neus en een smaak met levendig complex appelzuur en blijvende frisheid (D.B.). Mooie zuivere neus, duidelijk riesling met versmolten minerale toetsen, volle rijpe en brede smaak met een goede balans tussen zoet en zuur (L.R.).
De kwaliteitskring Domaine et Tradition biedt een uitstekende selectie rieslingwijnen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier