Pierre Darge
Pierre Darge Freelancejournalist

Hoewel Opel altijd op massaproductie heeft gemikt, ging het nooit de lancering van coupés uit de weg. Dat zijn van uiteraard hapjes voor fijnproevers, die een mooie lijn en sportieve prestaties verkiezen boven nuchtere functionaliteit. De jongste jaren werden de operaties in die marktniche met succes bekroond, daarvan getuigen zowel de Calibra als de Tigra.

Met de Opel Astra coupé zijn de ontwerpers wat te dicht bij het uiterlijk van de Astra berline gebleven, waardoor de wagen een beetje braaf uitvalt. Toch spreekt de constructeur van “een verleidelijk profiel dat zowel elegantie, kracht als snelheid uitstraalt”. Zo hadden we het zelf niet meteen gezien.

Aan dat profiel worden drie Ecotec-motoren toegevoegd, alle met vier kleppen: een 1,8 liter (115 pk), de gloednieuwe aluminium 2,2 liter, die we meenamen voor een test, en een 2 liter turbo die met zijn 190 pk ook de meest veeleisende rijder moet bekoren. Die drie motoren zijn aan een zelfstabiliserend DSA-sportchassis gekoppeld en het geheel is nog eens twee centimeter lager afgesteld dan de berline, terwijl zowel de vering vooraan, de antirolstangen als de schokdempers een aanpassing kregen. Dat DSA-chassis corrigeert automatisch elke neiging tot uitbreken (bijvoorbeeld bij een bruusk remmaneuver) door de spoorhoek van het wiel met de beste grip te verhogen.

Met de 2,2 liter, die straks ook in de Speedster te vinden zal zijn, was het al na een paar honderd meter duidelijk dat de ontwerpers niet over één nacht ijs zijn gegaan. Die indruk werd gedurende de 700 km lange testrit alleen maar versterkt. De Astra coupé trekt niet alleen stevig op, hij laat zich in de bochten geen moment van streek brengen, ook niet als je hem enthousiast de sporen geeft. Zijn pittige karakter en direct reagerende besturing vragen eigenlijk een beetje enthousiasme. Kortom: straalde het uiterlijk evenveel pit uit, we zouden deze coupé meteen op onze verlanglijstje plaatsen.

De nieuwe Astra coupé wordt al in zijn basisversie uitgerust met actieve hoofdsteunen op de voorstoelen, frontale en zijdelingse airbags voor rijder en passagier voorin, ABS en TC-Plus-tractiecontrole en Opels gepatenteerde pedal release system (dat laat de pedalen bij een zware botsing afbreken, waardoor kwetsuren aan de voeten en ledematen vermeden worden). Het TC-Plus-systeem grijpt bij een dreigend verlies van tractie zowel in op de motor als op de remmen. Vanaf de herfst komt daar nog als optie het elektronische stabiliteitsprogramma ESP bij, zodat de rijder met temperament van een optimale bijstand voorzien is. De coupé werd uitgerust met vier schijfremmen waarvan de twee voorste geventileerd zijn.

Door de typische lijn van de coupé is de zitruimte achterin wat beperkt, maar de ervaring wijst ook uit dat gezinnen zelden of nooit voor dit type opteren. Een coupé is de favoriet van alleenstaanden en van echtparen wier kinderen het huis uit zijn.

Bij de 2,2 liter valt het verbruik mee (8,4 liter), er is de doorroestgarantie van maar liefst twaalf jaar en een redelijke prijs van 789.000 fr. Coupérijders vinden bovendien een zeer ruime koffer van 460 liter. Ondanks al die kwaliteiten blijft het de vraag of de Belgische koper, die zeer statusgevoelig is, de merknaam Opel niet al te zeer associeert met een massaproduct. Dat zou kortzichtig zijn, want op het karakter van deze enthousiaste coupé valt nauwelijks wat aan te merken.

PIERRE DARGE

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content