Delicaat

De Britse krant The Independent heeft het onlangs aangedurfd een delicaat thema op serene wijze onder de aandacht te brengen. In de wekelijkse rubriek Next Week’s Dilemma beantwoordt Virginia Ironside vragen van lezers. Een van die vragen luidde als volgt:

“Beste Virginia. Deze brief gaat over een zeer netelig probleem maar ik heb ermee te maken. Zoals je zal begrijpen, kan ik mijn naam niet bekendmaken. Toen ik veertien was, kwam mijn broer wel eens op mijn kamer en na een poos hadden we seks met elkaar. Ik was te jong om er erg van te genieten maar het stoorde me niet, en toen hij na een jaar een liefje had stopte hij ermee. Als ik terugblik op mijn kinderjaren, stel ik vast dat er tal van zaken in voorkomen die vandaag als misbruik zouden worden bestempeld. Er was een exhibitionist toen ik acht was. Een handtastelijke oom die me kriebelde op plaatsen waar ik niet gekriebeld wou worden. En toch heb ik het gevoel onder dat alles niet geleden te hebben. Ik heb een goed huwelijk, een gelukkig seksleven en drie prachtige kinderen. Met andere woorden, ik maak me zorgen omdat ik me geen zorgen maak. Denk je dat al deze dingen me later nog in de problemen zullen brengen?”

Het lijdt geen twijfel dat deze vraag de voorbije jaren ook in Belgenland bij tal van vrouwen en mannen gerezen moet zijn, overspoeld als we werden door verhalen van mensen die wél geleden hebben onder seksueel misbruik en jarenlang door die ervaring achtervolgd werden. Er kan niet genoeg op gewezen worden en het kan niet genoeg herhaald worden dat kinderen en volwassenen die effectief lijden onder de gevolgen van seksueel misbruik, recht hebben op aandacht en erkenning voor hun al te lang toegedekt probleem. Maar wanneer mensen die zich goed voelen in hun vel zich beginnen af te vragen of ze zich niet slecht zouden moeten voelen, dan lijkt dat toch een beetje te veel eer voor de criminelen die aan de basis liggen van de huidige malaise.

Zo vraagt de anonieme briefschrijfster zich allicht af waarom ze geen schuldgevoelens heeft, zich niet schaamt of walgt wanneer ze terugdenkt aan wat er gebeurd is. Heeft ze alles verdrongen en zullen de nachtmerries ooit nog wel eens de kop opsteken? Of misschien is ze een ongevoelig wezen, een koele kikker. Of zou ze juist een ongelofelijk sterk karakter hebben, iemand zijn die uitzonderlijk goed de problemen des levens aankan?

Volgens Virginia Ironside is er met deze vrouw helemaal niks speciaals aan de hand, heeft ze evenveel veerkracht of incasseringsvermogen als de meeste andere vrouwen en heeft ze, ook zoals de meeste vrouwen, in haar tienerjaren een aantal onaangename ervaringen meegemaakt waar ze niks bijzonders heeft over gedacht. Ironside benadrukt dat kindermisbruik dat met geweld of penetratie gepaard gaat of zonder instemming gebeurt, in het latere leven angstaanjagende gevolgen kan hebben. Niet altijd, maar vaak. Maar de meeste kinderen die te maken krijgen met friemelende en handtastelijke mannen, houden daar volgens haar achteraf enkel gevoelens van walging en lichte huiver aan over.

Ze vertelt hoe ze zelf ooit vastgegrepen en gekust werd door een krantenverkoper. Haar vader had ermee gedreigd een emmer water over diens hoofd te gooien, maar toen ze merkte dat hij niet eens ruzie met de man maakte, was ze daar veel bozer om dan om het vervelende incident zelf. Op weg van school naar huis werd ze vaak gevolgd door engerds. Een vriend des huizes nodigde haar af en toe uit om ergens thee te gaan drinken, nam onder tafel haar hand vast en leidde dat naar zijn kruis. “Ook al was ik bang voor dat onderdeel van het uitje, ik genoot zo van het gesprek en de koekjes dat ik nog enkele maanden met hem meeging. In vergelijking met al de andere vreselijke dingen die we in ons leven meemaken, kan ik dit soort gebeurtenissen alleen maar vervelende rotzooi noemen.”

En ze besluit: “Wanneer naar bed gaan met haar broer, die haar blijkbaar nooit heeft bedreigd, het gruwelijkste en meest traumatiserende gebeuren is waar deze vrouw in haar kinderjaren onder te lijden had, dan heeft zij waarschijnlijk een gelukkiger jeugd gehad dan de meeste mensen, die gewoonlijk ten minste één huiveringwekkende maar niet-seksuele ervaring uit het verleden met zich meeslepen.”

Al wie uit de lectuur van het voorgaande meent begrepen te hebben dat er ongestoord met kinderen gescharreld kan worden, wordt dringend verzocht kranten en tijdschriften van de voorbije jaren nog eens door te nemen. Maar wie in bed lag te piekeren omdat de nachtmerries uitbleven, kan zich met een gerust geweten nog eens omdraaien en opnieuw van leukere dingen dromen.

Jo Blommaert / Tekening Sandra Schrevens

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content