De wil om te winnen
Renault doet een beroep op een team discrete specialisten om zijn Formule-1-rijders Fernando Alonso en Jarno Trulli in optimale conditie aan de start te krijgen. Een blik achter de schermen.
Alles aan Formule 1 is buitenmaats. Teams spenderen makkelijk vijftig miljoen euro per seizoen om twee wagens raceklaar te krijgen. Die wa- gens halen een top van 350 km/uur en remmen dan zo hevig af dat het traanvocht van de rijders op het vizier wordt gekatapulteerd. Die rijders verdienen in het beste geval twintig miljoen euro per jaar, maar zitten tijdens hun arbeid als ratten in de val. In de zeer aërodynamische machines kunnen ze alleen hun armen en hun hoofd bewegen, ze zitten verpakt in een brandvrij pak en een helm die gedurende 45 seconden een temperatuur van achthonderd graden kan verdragen. Terwijl hun lichaam tijdens elke grand prix 1500 keer zeer wisselende G-krachten moet weerstaan. En ze moeten het hoofd koel houden om te sturen, gas te geven, te remmen en ook nog de zeventien knoppen op het stuurwiel te bedienen. Een normaal mens ligt in geen tijd buiten westen.
“We zullen het simpel houden”, zegt een ex-marinier én professioneel sportman die de gymzaal van het Renault F1 Performance Center in het Engelse Enstone leidt, hij wil absoluut anoniem blijven. “Een Formule-1-coureur moet de uithouding van een marathonloper, de flexibiliteit van een gymnast én de nekspieren van een rugbyspeler bezitten. Als basisconditie. Buitenstaanders kunnen nauwelijks begrijpen aan welke lichamelijke stress coureurs blootstaan. Bij het afremmen worden hun organen samengeperst en bij elke bump wordt de ruggengraat ineengedrukt omdat moderne raceauto’s nauwelijks nog over een vering beschikken, daarbovenop werken de F1-rijders vaak in onverkwikkelijk hoge temperaturen. Tijdens de Duitse grand prix was het vijftig graden in de zon en dan moet je weten dat de coureurs bij die hitte in dubbelwandige pakken zitten geperst, met een balaclava en een helm op. Terwijl ze een klus moeten volbrengen die met niets te vergelijken valt. Zet een andere topatleet in een raceauto, laat hem hetzelfde werk doen en de combinatie van G-krachten én inspanningen zorgt ervoor dat hij na vijf ronden het bewustzijn verliest.”
“Elke nieuwe rijder doorloopt een Renault-test, een soort persoonlijke check-up die zijn zwakten blootlegt. Daar speel ik op in met een gevarieerd oefenprogramma – mountainbiking, joggen en zwemmen – dat een zeer geleidelijke spieropbouw bewerkstelligt. Daarnaast zijn er oefeningen voor specifieke spieren en spelletjes om het reactievermogen te vergroten. Die voorbereiding heeft één bedoeling : het trio concentratie-reactie-fitness zo hoog mogelijk op te tillen. We spenderen miljarden aan technische innovaties, maar uiteindelijk ligt al dat geld in de handen van twee jongens die om de twee weken honderd minuten het beste van zichzelf geven. Dat betekent : werken met een hartritme van pakweg 170 slagen/minuut en intussen geconcentreerd blijven. Op het circuit is de ideale remzone niet groter dan een tennisracket. Wie met 300 km/uur buiten die zone remt, belandt in de zandbak. Wie ervoor remt, wordt ingehaald.”
“Het komt er dus op aan to keep the mind alive, de hele race. Dat heeft met conditie te maken, met motivatie, maar ook met het op peil houden van de waterhuishouding, want uitdroging is het eerste probleem dat opduikt. Bij beginnende uitdroging wordt het bloed dikker, en dat gaat trager naar de hersenen. Sommige rijders liggen tijdens de wedstrijd aan een waterlijn, maar wie pas drinkt als hij dorst krijgt, is te laat. Zoals het ook geen zin heeft om daags voordien veel te drinken, want dan sta je de halve dag in het toilet. Het is de kunst om wekenlang gedisciplineerd de hele dag door te drinken.”
Kan een doorsnee mens met zo’n training tot een F1-rijder uitgroeien ?
We beschikken allemaal over een reusachtig, onvermoed potentieel aan capaciteiten, en dat potentieel wordt eigenlijk alleen begrensd door hoeveel we echt willen. Noem het de wil om een vuist te maken, om te winnen. De bereidheid tot totale overgave. De hele opleiding hier helpt de jongens om sterker te worden, om ze te motiveren en ze te laten relaxen buiten het werk. De rest moet je zelf zien te klaren en dat betekent jezelf op een ander, hoger niveau tillen. Veel heeft met zelfvertrouwen te maken. Je kunt de sterkste en de snelste zijn op training, maar je moet het wel afmaken op race day en dat betekent dat je ook de controle houdt over jezelf. Mensen met onvoldoende zelfvertrouwen verliezen die controle, en dat is wel het laatste waaraan je behoefte hebt als je 83 meter per seconde aflegt.
Is een ernstig ongeval dodelijk voor het zelfvertrouwen ?
Dat hoeft niet. Toen wereldkampioen Colin McRae in Corsica met zijn rallywagen crashte en 45 minuten gekneld zat, stond hij op vijftien minuten van dood. Toen de dokter hem erdoor haalde, wist ik dat het de opdracht was hem opnieuw dat zelfvertrouwen te geven, ook al hadden verscheidene dokters al uitgemaakt dat hij nooit meer zou racen. We brachten hem zo snel mogelijk naar zijn thuis in Schotland, omdat de hoogte nu eenmaal het herstel bevordert. De man, die onder meer met gebroken oogkassen en vele fracturen uit de wagen werd gehaald, zat drie weken later weer achter het stuur van een rally voor het wereldkampioenschap.
Phil is de fysiotherapeut van de ploeg, maar in de praktijk is hij veel meer. Hij is de vertrouwenspersoon en de engelbewaarder die de rijders op alle testritten en races vergezelt. “Ze brengen meer tijd met mij door dan met hun vriendin. Ik warm hun spieren op, help bij de relaxatie en probeer te anticiperen op hun problemen. Bij dit werk spelen de nekspieren een cruciale rol omdat ze de druk op het hoofd moeten opvangen. Maar goed ontwikkelde spieren zorgen ook voor extra bescherming bij een impact. De schokken onderweg zijn vernietigend hard voor de coureur, daarom ben ik er zelfs bij als hun zitje rond hun lichaam wordt gegoten, omdat de weinige flexibiliteit die daarin steekt zowat het enige is wat de impact van de bumps enigszins afvlakt. Kortom, ik probeer ze op allerlei manieren te helpen om de onwaarschijnlijke stress van het werk beter op te vangen.”
Wat heeft een F1-rijder méér dan een gewone mens ?
Een onwaarschijnlijke reactiesnelheid, een buitengewone hand-oogcoördinatie, maar boven alles een uitzonderlijke discipline om naar een doel toe te werken. Want vergis je niet, alle fysieke oefeningen waarmee we ze proberen voor te bereiden zijn maar een eerste, noodzakelijke stap. We proberen zowel fysiek als mentaal het beste uit iemand te halen in de wetenschap dat wie fit is, alles makkelijker aankan. When you look after your body, the body will look after you. Als je discipline en fitness aankweekt via de sport, zullen de voordelen ervan je hele verdere leven beïnvloeden. Sommigen denken dat de rijders agressieve lui zijn, maar het blijken bijzonder evenwichtige mannen. Alleen als ze achter het stuur kruipen, zie je een gedaanteverwisseling. Maar dat noem ik geen agressie, want agressie is ongebreideld. Noem het liever een uiterste vorm van professionalisme om alle competitiegeest op die honderd minuten van de race te focussen. En dat lukt ze zoveel beter als we ze buiten de werkuren optimaal leren te relaxen.
Tekst Pierre Darge
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier