Decorateur Emile van Dijk uit Breda heeft een zwak voor stoelen en fauteuils. Zijn woning staat vol antieke zitjes.

Stoelen zijn toch bijzonder elegante verschijningen, vind je ook niet?”, vraagt Emile van Dijk, terwijl ik zijn prachtige zitjes bewonder. Aan de schragentafel in de eethoek, een overdekt binnentuintje, staan niet minder dan zes verschillende exemplaren. Het zijn geen frêle zitjes uit de belle époque maar robuuste meubels. Ruw, en toch stuk voor stuk juweeltjes van de ouderwetse, ambachtelijke stoelenmakerij. Helemaal in de hoek vinden we het kleinste exemplaar, een soort sgabello, een heel primitief model met poten gevat in een dikke plank, een zitvlak, en drie spijlen waarop een plankje rust voor de rug. Zo’n stoelen bestonden al in de late Middeleeuwen. Maar veruit de meeste stoelen in het huis hebben een zitvlak van geweven biezen. Dat rustieke accent past perfect in de woning die een ietsje burgerlijk oogt, maar zeker niet saai.

Emile zorgt ervoor dat de aandacht van de bezoeker nooit verslapt. Overal ontdek je een bezienswaardigheid. Zoals de gekke trap tegen de muur van de eethoek: een lange plank met uitgezaagde poortjes. “Dat is uiteraard geen gewone trap”, zegt Emile. “Het is een stukje Scandinavische volkskunst.” Ook heel wat van zijn stoelen komen uit het hoge noorden. Ze zijn simpel maar geraffineerd van vorm en mooi van slijtage.

Op de tafel trekt een prachtige Siciliaanse majolica-wijnfles de aandacht. De bolle kruik van met tinglazuur bekleed aardewerk is kleurrijk beschilderd met een mediterraans palet. Wat verderop staan bloempotten van steengoed, versierd met gezichten. Ze zijn gemaakt in Boufflioux, een klein dorp nabij Charleroi.

Emile komt veel in ons land, onder meer om oudheden te kopen en om ideeën op te doen. Want ook al is zijn stijl van Nederlandse inspiratie, de decorateur voelt zich verwant aan de meer barokke decoratiestijl van zijn zuiderburen.

Emile gebruikt zijn woning een beetje als uitstalraam, maar het is geen winkel. Het blijft een woonruimte-atelier waarin klanten worden ontvangen. De voorkamer, aan de straatkant, is opvallend deftig van stijl. Op de donkere, sienakleurige wanden hangen oude prenten en in het midden staan een zwarte vleugel en een Windsor-stoel. Maar de meeste trouvailles vinden we in de grote bibliotheekkast die de middenkamer domineert, een plek waar Emile graag werkt en die wat weg heeft van een rariteitenkabinet. Er staat onder meer een beeldige schragentafel van minstens twee eeuwen oud – een echte relikwie.

Waar de eettafel staat, de voormalige binnenkoer, zie je de gevel van het achterhuis: een zuiver Hollands element. De oude façade is donkerrood geborsteld en voor het schrijnwerk werd zwart met wit gecombineerd.

Helemaal achterin beland je in het donkere, maar bijzonder gezellige bureau van de decorateur. Het is de intiemste hoek van de woning. Hier voel je je niet langer in het centrum van Breda. Emiles huis is trouwens prachtig gelegen in de Catharinastraat waar je veel grote oude panden vindt en een schitterend begijnhof. Verschillende antiquairs en decorateurs hebben zich hier gevestigd, maar in het bureau van Emile lijkt die wereld heel veraf. Het is een ouderwetse herenkamer met een open haard, gemakkelijke fauteuils en hoge bibliotheekkasten. Achter de deur hangen de kleren gewoon aan de kapstok: een blijk van landelijke functionaliteit. Ook hier vind je snuisterijen bij de vleet, zoals oude meters, antieke schaven en beduimelde boeken. Het is ook niet de bedoeling dat je hier snel weer verdwijnt, want zo’n kader nodigt uit tot een leuke babbel met een glas. “Ik omring me met simpele gebruiksvoorwerpen die een beetje kunstobjecten geworden zijn. Ze waren oorspronkelijk bestemd voor de handenarbeid, maar nu ze niet meer gebruikt worden, zijn ze een streling voor het oog.”

Piet Swimberghe / Foto’s Jan Verlinde

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content