“Begrijp ons niet verkeerd”, zeggen wij, “het is een mooi opusje, met veel liefde en vakmanschap gemaakt, maar een beetje bedaard of er is maar één letter verschil bejaard zelfs. Terwijl je het in je hebt om iets als, pakweg, Portishead te maken. ” Els Helewaut verschuift haar lege glas. En vraagt : “Wie is Portishead ? “

JACKY HUYS

FOTO : LIEVE BLANCQUAERT

Meer dan tien jaar geleden won Elisa Waut de Rock Rally. Els Helewaut, broer Hans en vriend Chery Derycke zeiden dat ze elkaar in tijd en ruimte gevonden hadden, een uitspraak die toen grijnslachjes verwekte, maar die niet onbelangrijk is in het licht van de dominante spiritualiteit op Angelus, de vijfde van het Brugse trio. Eigenzinnigheid is overigens altijd hun waarmerk geweest : ze klonken anders dan de anderen in België, ze hadden een hekel aan koncerten (die bijwijlen zelfs zichtbaar was toen ze op de podia stonden), ze wilden eigenlijk geen muziek maken, als ze het niet ‘voelden’. Na Elisa Waut, Commedia, Bloom boom en Wood Nymph Blonde voelden Els en Chery het niet meer, lieten de boze wereld buiten Brugge op z’n beloop en openden een Body Shop.

Vier jaar later hebben ze, geheel in eigen beheer, Angelus gemaakt, een dubbel-cd waarvan de helft door Raymond van het Groenewoud werd geproduceerd en de andere helft door Hans Helewaut. “Het is nu drie jaar dat we in onze eigen leefwereld hebben gezeten, ” zegt Els Helewaut, “en dan is het wel even slikken. In de zomer zouden we zelfs weer optreden. ’t Is de eerste keer dat ik zin heb om koncerten te doen. In de studio hebben we erg live gewerkt : twee keer proberen en hup, opnemen. Dat was spannend én opwindend. Ik voel me goed in wat we gedaan hebben. “

Wat vond je er vroeger zo verschrikkelijk aan ?

Els Helewaut : Ik ben te gevoelig. Als ik me slecht of onzeker voel, kan ik geen toneel spelen. En dan draag ik dat uit op een podium. Ik heb een tijdje backing vocals gezongen bij Tom Wolf en daar érg veel van geleerd : even een rijtje verder op het podium zitten en kunnen observeren is dankbaar. We doen een paar live televisieoptredens : vroeger zou ik daarvan in paniek geraakt zijn, maar Raymond heeft me geleerd om assertief te zijn en het gewoon te doén.

Iemand heeft in je biootje geschreven dat je “op de muze hebt gewacht”. Dat klinkt romantischer dan het is.

Helewaut : “Angelus” is een elpee die eigenlijk per korrespondentie gemaakt is. Hans stuurde mij cassettes, ik koos daaruit wat me aanstond. Ik ging op vakantie en schreef alleen als ik het voelde. Hetzelfde met Raymond : ik had hem op een bepaald moment drie teksten gegeven. Maanden hoorde ik er niets meer van. En toen zei hij : “Nu voel ik het, nu doe ik het. ” Niets geforceerd. Ook al was mijn broer zo ongeduldig dat hij eigenlijk drie jaar lang gevraagd heeft wanneer we in de studio zouden gaan. Vorig jaar in juni was alles rijp.

Heb je er nooit aan getwijfeld of je nog in de muziek zou terugkeren ?

Helewaut : Ik wist dat ik zou terugkeren, ik wist alleen niet wanneer. In de winkel kwamen mensen me geregeld vragen wanneer ik nog eens een plaatje zou maken en dan moest ik iedere keer zeggen : ooit. Wij zijn begonnen toen er zogezegd krisis was en geëindigd tijdens een boom. Nu gaat het weer slecht, zegt men. Ja, ja, zégt men, want ik weet er eigenlijk heel weinig van. Meer nog : ik heb totaal geen interesse. Chery zou soms nog eens de radio aanzetten, maar na twee minuten draai ik de knop om en luister naar een cd die me lief is. Julie London, Chet Baker, Donovan, songwriters van vroeger, soundtracks, klassieke muziek, een plaat van Bourvil. Ik ben niet nieuwsgierig, ik voel het niet, ik ken sommige groepen van naam, maar ik kan er geen muziek op plakken.

Ik vroeg het maar omdat er nu, voor de eerste keer, ook een soort beweging in het buitenland voelbaar is, met dEUS als speerpunt.

Helewaut : Men zegt mij dat, ja, al vond ik dat Vaya con Dios het in het buitenland ook niet mis heeft gedaan. Maar dEUS is inderdaad de eerste Belgische groep die het in het cult-circuit ook waarmaakt. Zoals ik zei : ik ken hun naam, maar ik weet niet welke muziek ze maken. Hetzelfde met The Choice trouwens. Ik wil ook niet in een soort konkurrentieslag met hen terechtkomen. We hebben ons nu vier jaar kunnen uitleven : Angelus is helemaal van ons, van de eerste stapjes tot het uiteindelijke hoesontwerp. Wij hebben er ons geld en onze liefde ingestoken en het enige wat ik nu wil, is een beetje nagenieten. Wat er binnen twee jaar gebeurt, zien we dan wel.

“Angelus” barst, zowel inhoudelijk als vormelijk, van de religieuze symboliek.

Helewaut : Ik heb altijd geaarzeld om mijn geloof uit te dragen. Nu heb ik gezegd : foert, ik doe het. Door in de winkel te staan ben ik mijn schroom verloren. Ik wil mezelf ook niet meer verontschuldigen tegenover anderen of duidelijk maken wie ik echt ben. Voor zover als ik me kan herinneren, ben ik met spiritualiteit bezig geweest. Toen ik twaalf was, leefde ik in een wereld apart. Gaandeweg ben ik die interesse een beetje kwijtgeraakt, maar de toernee rond onze voorlaatste plaat, Wood Nymph Blonde, is voor mij één lange, spirituele herbronning geweest.

Is het een geloof ?

Helewaut : Een geloof in het positieve, ja. Alle religies samen vormen voor mij een puzzel die in elkaar past. Ik wil het negatieve uit mijn leven bannen. Soms gaat dat zelfs té ver, vind ik. Je legt jezelf een zware last op, maar je voelt je er wel gelukkiger door. Pas op, ik ben niet perfekt, ik zondig elke dag, maar de drang naar het positieve zit in me gebakken. Vreemd, hé : ik heb al die jaren afgesloten geleefd, met de gordijnen dicht. En dan begin ik een winkel en laat iedereen op me afkomen, letterlijk : iedereen.

Ben je katoliek opgevoed ?

Helewaut : Zeer. Ik geloof nog altijd dat de intenties van de kerk, aan de basis, goed zijn, maar het is volkomen ontspoord. Vroeger riep de paus “geen voorbehoedmiddelen” en daar kon je, zelfs als katoliek, eens smakelijk om lachen, maar vandaag gaat het helaas veel verder. Mijn broer en ik zijn perfekte tegenpolen wat dat betreft : als wij het over geloof hebben, mondt dat steeds in keiharde diskussies uit. Maar da’s oké : ik wil niemand overtuigen. Hans zegt : “Er is niets na de dood, iedereen vecht hier en nu. ” Ik geloof wél in het hiernamaals, in reïnkarnatie. Meer nog : het is méér dan geloven, het is zeker weten, omdat ik het iedere dag voel. Gisteren zat ik aan iemand te denken : ik had een half jaar niets meer van hem gehoord en ik vond dat eigenlijk raar. Bon, ik kom ’s middags thuis en daar ligt een brief van hem. Ik ben geen ziener : iedereen kan deze gave ontwikkelen, je moet er alleen voor open staan. Nog zoiets : Chery denkt aan iets en ik hoor dat letterlijk : ik hoor dat. Op de duur gaan die dingen je leven zodanig beheersen, dat het jammer zou zijn om die gave te verliezen.

“Should I cry for you ? ” heb je gemaakt over en voor Ludo Janssen, in de ogen van velen : “wijlen de sekteleider”.

Helewaut : Ik heb een vriendin die zeven jaar geleden haar man verloren heeft en die toen totaal aan de grond zat. Ze heeft Ludo leren kennen en voor haar was dat eigenlijk het begin van een spiritualiteit. Zij vertelde daar soms over en ik dacht : is ze niet in een sekte terechtgekomen ? Ik ben toen eens met haar meegeweest naar een voordracht van Ludo en toeval bestaat niet die werd gehouden in de zaal waar wij de avond tevoren hadden opgetreden (glimlacht). Vanaf het eerste moment dat ik die man hoorde praten, wist ik : dit is identiek hetzelfde als wat ik ook denk en wat in mij leeft. Dat zijn van de mooiste momenten van mijn leven geweest : hij vertelde van acht uur ’s avonds tot vier uur ’s ochtends aan één stuk door, hij at niet, hij hield geen pauze, die energie was ongelooflijk. Sekte ? Ach, het is normaal dat zo’n man mensen aantrekt die kicken op de energie die rond hem hangt en die bijna groupies worden. Maar ik heb me nooit verplicht gevoeld, tot niets. Deed hij het voor het geld ? Tweehonderd frank vroeg hij, om de zaal te kunnen betalen, en hij vertelde acht uur aan een stuk. Je moet verdorie meer betalen voor een rockgroepje dat drie kwartier speelt. Ik heb Ludo nooit op een voetstuk geplaatst, nooit een god in hem gezien, in tegenstelling tot velen. Ik weet wat men over hem vertelt, maar ik weet ook wat ik aan hem gehad heb én nog altijd heb. Ik was in shock toen ik hoorde dat hij gestorven was, want ik had gehoopt nog zoveel meer van hem te leren. In mei vorig jaar, op Pinkstermorgen, is hij doodgegaan. Open hartinfarkt. Volgens sommigen : een bewuste keuze. De week tevoren had hij nog een lezing gehouden, waarin hij zo goed als gezegd heeft dat men hem niet meer lang ging zien. Alsof hij het voorvoelde. Ik heb een tiental voordrachten gevolgd. En de andere gelezen, want van elke voordracht is er een boek gemaakt. Spirituele leer, hé. Wat er vroeger bestaan heeft en in boeken te vinden is en wat de katolieke kerk naderhand verboden heeft. Ludo is een van de weinige mensen die ik ken, rond wie ik nooit iets negatiefs heb gevoeld.

Is er enig verschil tussen iemand als Ludo en de oplichterij van de Nederlandse Yomanda bijvoorbeeld ?

Helewaut : Ik ken Yomanda niet, maar ik ben in elk geval nog nooit bij een genezer of helderziende geweest. Een keer bij een pendelaar, maar da’s dan ook een wetenschap : de man die ik ken, werkt bijvoorbeeld ook voor de rijkswacht. Ik heb geen behoefte aan dat soort dingen. Weet je wat de mooiste voordrachten waren van Ludo ? Toen hij het, heel romantisch, had over bloemen en de natuur. Ik ben blij dat ik die meegemaakt heb, want als je leest wat hij na die periode vertelde, dan voel je dat hij het steeds moeilijker begon te krijgen met al Het Slechte om hem heen. Maar ik heb niet de behoefte om nu een andere leermeester te zoeken. Trouwens : het mooie is dat Ludo mij nooit iets verteld heeft wat ik zelf al niet wist. De wereld is niet voor me opengegaan, Ludo was alleen de bevestiging.

Waarom heb je je cd “Angelus” genoemd ?

Helewaut : Omdat het universeler is dan ‘Engel’. Ik las in een tijdschrift een verhaal van iemand die in de Provence leeft en die vertelde hoe gezellig hij het vond om drie keer per dag het Angelus-klokje te horen. En ik dacht, hé. Kijk, zie je dat torentje, aan de overkant van ’t Zand : wij wonen daar vlak achter en ook wij horen dat klokje drie keer per dag. Drie gebedsstonden per dag. Herinner je je nog die Angelus-schilderijen die vroeger bij bakkers hingen ? Daar was het Angelus in de betekenis van : de engel die de boodschap brengt. Dat waren al twee redenen om de cd zo te noemen. En uiteindelijk was er nog een derde : in een platenzaak vonden wij de cd van een Braziliaan die ook Angelus heet. Eerst dacht ik : shit, iemand is ons voor geweest. Maar toen we de cd beluisterden en het inlegboekje lazen, waarin hij het heeft over zorg dragen voor de planeet, wisten we zeker dat we die titel moesten behouden : iemand die aan de andere kant van de wereld met dezelfde ideeën bezig is als wij, dan kon niet toevallig zijn.

Op de hoes lijk je jezelf als Kristus-figuur te willen uitbeelden.

Helewaut : O nee. Om te beginnen heeft fotografe Greta Buysse een zielsverwante nu eenmaal zo’n stijl. Ten tweede verwijst dat kroontje meer naar Sad king dan naar Kristus. En ten derde is de houding van mijn handen louter toevallig : er was een soort materie rond mij gewonden, waartegen ik mijn handen duwde, als steun. Het was nooit de bedoeling om een religieus beeld te maken.

Ben je niet bang dat je serene leven in Brugge naar de knoppen is met optredens en een resem klote-interviews voor de deur ?

Helewaut : Chery was naar de Midem in Cannes, er stroomden bergen faxen toe en ik raakte in paniek, zo van : was gaat er met ons gebeuren ? Maar nu ben ik weer rustig : wát er ook gebeurt, we zullen het aankunnen. En interviews ? Da’s vaak een manier om naar mezelf te kijken.

En vitriool-recensies ? Bied je dan je andere wang aan ?

Helewaut : Het kan ook dat ik godverdomme zeg (glimlacht).

“Angelus” van Elisa Waut is verschenen bij Commedia.

Ik wil het negatieve uit mijn leven bannen. Pas op, ik ben niet perfekt, ik zondig elke dag, maar de drang naar het positieve zit in me gebakken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content