DE MAGIE VAN GAMES

Gamers Geert, Kris met baby Lou, Nicky en Jente. Hun jaarlijkse hoogtepunt: een LAN-weekend met vrienden. © Wouter Van Vaerenbergh

Ketnet vulde onlangs Flanders Expo met gamende kinderen en hun ouders. Fans stonden te trappelen toen begin november de nieuwe Call of Duty Infinite Warfare uitkwam. En met de recente lancering van Sony’s PlayStation VR zou 2017 het jaar van de virtual-realitydoorbraak moeten worden. Games zijn hot. Maar waarom ?

Niet alle entertainment is gelijk voor de wet. Zit je urenlang met je neus in een boek, dan wordt er goedkeurend geknikt en ook een avond theater of bioscoop kan op goedkeuring rekenen. Pakweg twintig jaar geleden werd urenlang tv-kijken nog op misprijzend ge-’tuttut’ onthaald, maar nu het medium dankzij series als The Sopranos en Narcos aan prestige gewonnen heeft, is binge-kijken zelfs wenselijk.

Gamen is nog niet aan die herwaardering toe. Wie zelf gamet, begrijpt de toewijding en het enthousiasme van zijn medespelers. Wie niet gamet, kijkt vaak nog met een clichébril naar het verschijnsel. ‘Videospelletjes’ zijn iets voor puisterige tieners en IT-nerds, een nutteloos tijdverdrijf zonder culturele waarde. Verrassend is dat niet, het duurt altijd even voor we aan een nieuwe vorm van populaire cultuur gewend zijn. In de jaren zeventig deed het gerucht de ronde dat stripverhalen je brein deden opdrogen, vandaag zien we strips als een belangrijk deel van ons culturele erfgoed.

MEGAPUBLIEK

Het eerste wereldwijde gamesucces was Pong : twee streepjes die een balletje over en weer pingpongden. Vandaag kun je als Batman virtueel de Batcave binnenwandelen en zelf je Bat-pak aantrekken voor je in Gotham de misdaad gaat bestrijden. Games hebben de laatste vijftig jaar een lange weg afgelegd. Het begon met arcadespelletjes en de Atari-console die je op de tv aansloot. Eind jaren tachtig werd gamen draagbaar dankzij de gameboy, en vandaag spelen we zowel op Xboxen en PlayStations, zowel online als op onze mobiele telefoons. Het bereik is gigantisch. Geschat wordt dat er wereldwijd 1,7 miljard mensen regelmatig gamen en in 2016 zal de industrie meer dan 99 miljard dollar opbrengen. Niche kun je dat bezwaarlijk noemen, vindt gamingjournaliste Els Bellens (36). “Er is een game voor iedereen. Mensen denken meteen aan de klassieke triple A games zoals Call of Duty maar er is veel meer dan dat. Je hebt indie games – kort voor independent – die meestal van een eenvoudig maar origineel idee vertrekken. Ze zijn innovatief en vaak zelfs kunstzinnig. Er zijn puzzel-, strategie-, sport-, simulatie- en role playing-games en bij visual novels kies je zoals in een stationsroman je eigen verhaal. Daar bestaan zelfs erotica-versies van. Mobile games, die je op je telefoon of tablet speelt, zijn vaak eenvoudige spelletjes. Denk maar aan Candy Crush.”

Bellens speelt zelf graag. “Ik heb de aandachtsspanne van een goudvis en een avond gewoon voor televisie zitten vind ik saai. Ik dóe liever iets.” Entertainment is uiteraard game-reden nummer één. “Het is ontspannend, en ik zie het als een evenwaardig alternatief voor een boek of een film”, vertelt Hilde (42) die al sinds 2005 World of Warcraft speelt. “Maar omdat je zelf het hoofdpersonage bent en beslissingen neemt, is het actiever.” Al is ontspanning zeker niet de enige reden waarom gamers gamen.

“Ik win graag”, lacht Steven (52). “Gezelschapspelletjes, sport : laat mij iets competitiefs doen en ik ben blij. Het is genetisch, mijn vader kaart nog elke dag en is chagrijnig als hij niet wint. Gamen doe ik al sinds de jaren zeventig, maar ik heb Space Invaders al lang achter me gelaten. Ik speel sportgames en alles wat met snelle auto’s te maken heeft. Of iets met strategie op grote schaal, zoals Hearts of Iron, waarbij je in de Tweede Wereldoorlog terechtkomt. Extra voordeel is dat ik echt helemaal in een game opga, ik ben honderd procent geconcentreerd en compleet weg van de wereld. Net wat ik nodig heb na een drukke dag vol vergaderingen en ruziënde kinderen aan tafel. Escapisme ? Uiteraard.”

OP ONTDEKKING

Voor William Boeva (27), comedian en presentator van Boeva & the games op Ketnet is elke game een nieuw avontuur dat op hem wacht. “De ontdekking en niet weten wat er komt, zijn boeiend, en ik hou ook van het gevoel van beloning als je een verhaal gespeeld hebt. Het heeft wat weg van een goed boek uitlezen, maar dan met veel prikkels die langs alle kanten op je afkomen.” “Ook voor mij heeft het met nieuwsgierigheid te maken”, vertelt Annabelle (24). “Ik speel vaak Terraria, waarbij je een personage bent dat met een hakbijl en wat andere tools aan de slag moet om de wereld te ontdekken en jezelf te verdedigen tegen allerlei gevaren. Je ontdekt die nieuwe wereld al spelend. Bij The Sims heb je dat ook. Je kunt dan wel een heel gezin bedenken, en uitstippelen waar je met hen naartoe wilt, het spel blijft je verrassen en dat is fijn voor een controlefreak als ik.” Annabelle geeft toe dat er ook een ietwat donker kantje aan haar interesse zit. “Als tiener speelde ik weleens Grand Theft Auto. Daarin krijg je opdrachten, maar die zijn niet dringend, dus je kunt die wereld ook gewoon exploreren en er bepaald onrespectvol mee omgaan. Denk : kettingzaag. Bij The Sims hield ik soms ook van het gevoel even een evil mastermind te zijn. Zo heb ik bijvoorbeeld niet helemaal per ongeluk het huis van een gezin in brand gestoken. Alleen, het spel stuurde dan Magere Hein, die in plaats van mijn omgekomen gezinsleden meteen mee te nemen, gewoon in de zetel kwam zitten. Verrassend, dus.”

VINGERVLUG BIJLEREN

Het Amerikaanse leger rekruteert graag gamers om bijvoorbeeld drones te besturen, omdat gamers het niet erg vinden om urenlang voor een scherm te zitten en vooral ook omdat ze vingervlug zijn. Maar gamen draait niet alleen om hand-oog-coördinatie, het doet iets wat geen enkele andere vorm van entertainment doet, vindt de Ierse komiek Dara O’ Briain die er een hele sketch rond bouwde. “Als je niet goed bent in het spelen van een game, dan zal die game je straffen door je de toegang te weigeren tot de rest van het spel. Geen enkel boek slaat na drie hoofstukken vanzelf dicht en gaat pas weer open als je een paar vragen juist beantwoord hebt. Geen enkel album stopt na drie nummers en speelt pas weer verder als je bewijst dat je goed op de muziek kunt dansen. Games doen dat wel en dat maakt ze uniek.”

“Je leert iets en je wordt beter”, vindt ook Els Bellens. “Ik speel sinds kort een ritmespel op mijn telefoon en in het begin bakte ik er niets van, maar na een maand of twee zit ik op expert level. Er is dus iets gebeurd in mijn hersenen. Ik weet ook veel nutteloze dingen over plekken en tijdperken waar ik in games geweest ben en in een spel als Civilisation moet je onder andere verdragen sluiten en daarom een praatje maken met bijvoorbeeld Catharina de Grote. Dat maakt Civilisation het ultieme educatieve spel.”

Cyriel (20) leerde zijn eerste woordjes Engels toen hij als kind Age of Empires speelde, maar vandaag verwacht hij meer van een spel. “Strategie en diepgang. Een voetbalspel als FIFA is leuk, maar na pakweg honderd uur begrijp je hoe de tegenstanders gaan reageren en zul je dus altijd winnen. Of neem Skyrim, een fantastisch spel met een mooi verhaal, maar na een paar keer ben je echt wel uitgespeeld. Daarom hou ik van multiplayer online games zoals Dota. Omdat je tegen andere online gamers speelt, zijn de karakters interessanter en blijft het spel onvoorspelbaar. Zo’n spel heeft diepgang en zelfs na duizend of tweeduizend uur spelen blijft het boeiend. In het begin ben je een sukkel, maar als je vooruitgaat, wordt het echt cool.”

“Soms heb ik een soort aha-erlebnis”, geeft Annabelle toe. “Ik speel The Witness, een puzzelspel, en af en toe bedenk ik op de trein een oplossing voor een probleem dat de avond ervoor niet opgelost raakte. En sommige games spelen echt met je geest. Bij Spec Ops bijvoorbeeld ben je een soldaat in een oorlog en krijg je steeds dubieuzere keuzes voorgelegd.”

Gamen leert je probleemoplossend denken, daar is William Boeva van overtuigd. “Ik speel sinds mijn zesde en merkte dat ik sneller dan mijn klasgenoten problemen herkende en kon oplossen. En ja, sommige games doen je stilstaan bij morele vragen. In The Witcher ben je een soort tovenaar die keuzes moet maken en dat doet je nadenken over goed en kwaad, over morele kwesties waar je anders misschien nooit bij zou stilstaan.”

Een van de hardnekkigste clichés over gamers is dat het eenzaten zijn. Klopt niets van, weet Kris (38). “Gamen is voor mij net iets sociaals. Het liefst nodig ik een kameraad uit om samen Pro Evolution Soccer te spelen. Naast elkaar, met een bak bier in de buurt, schelden we elkaar uit terwijl we spelen. Het heeft soms ook wat weg van op café gaan. Ik speel met een vijftal vrienden het nieuwe Battlefield 1. Elk achter onze eigen computer maar met een koptelefoon op, zijn we een team van vijf soldaten in Wereldoorlog I, maar al spelend zitten we ook gewoon te leuteren over moeilijke bazen of niet-slapende baby’s.”

PLOEGSPORT

Ook World of Warcraft, een online rollenspel dat je met massaal veel andere deelnemers speelt, lijkt volgens kenner Hilde (42) op een café. “Ik speel het sinds 2005 en heb ondertussen een internationale online vriendenkring. Gelijk wanneer ik online ga, kom ik wel iemand tegen die ik ken, en dan praten we al spelend soms een hele avond via een chatsysteem. Het geeft voldoening om je eigen personage te ontwikkelen, maar met een groep een goed gecoördineerde en geslaagde raid uitvoeren, is echt bevredigend. En die online vriendschappen blijven niet virtueel, er zijn mensen die ik al tien jaar ken en met wie ik dagelijks contact heb. Mijn man en ik waren zelfs getuigen op het huwelijk van Nederlandse World of Warcraft-vrienden.”

Ook voor Steven is gamen sociaal. “Ik heb twee tienerzonen en wij gamen vaak samen. We kijken ook naar Esports, naar competities van bijvoorbeeld League of Legends. Dat is gezellig, samen op de sofa, en mijn zonen leren ook trucs en strategieën voor als ze zelf spelen.” Gamen wordt inderdaad een ploegsport, stelt William Boeva. “Op het web kijken er tot twee miljoen toeschouwers naar zo’n wereldkampioenschap.”

Het hoogtepunt van elk jaar is voor Kris het LAN-weekend met zijn vrienden. “We huren een soort kasteeltje en spelen een heel weekend in twee teams tegen elkaar. Om dat georganiseerd te krijgen, moeten we uiteraard vooraf vergaderen en daarvoor gaan we écht op café. Iedereen krijgt een in-game-naam en een taak : pc’s in orde brengen, eten kopen, noem maar op. We spelen Call of Duty, omdat bijna niemand van ons dat nog vaak speelt en we er dus allemaal fris en op hetzelfde niveau aan beginnen. Een kameraad kwam vorig jaar op vrijdag in zijn pyjama aan, en vertrok op zondag ook weer in pyjama. Douchen doen we meestal niet. Het is een weekend waarin alles kan en mag, een beetje zoals carnaval. En later, als we oud zijn, dan willen we wel naar een rusthuis maar alleen als er een gaming room is.”

Tekst Nathalie Le Blanc & Foto’s Wouter Van Vaerenbergh

William (27) – “Ik speel sinds mijn zesde en merkte dat ik sneller dan klasgenoten problemen herkende en kon oplossen”

Hilde (42) – “In groep een goed gecoördineerde raid uitvoeren, is echt bevredigend”

Kris (38) – “Elk aan onze eigen pc en met een hoofdtelefoon op, vormen we een team soldaten. Maar al spelend leuteren we ook gewoon over baby’s of bazen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content