Aan het eind van elk academiejaar verslaat de nationale pers de studentendefilés van de Belgische modescholen. Meestal valt de Stedelijke Academie van Sint-Niklaas uit de boot. Onterecht, want de vlam mag er dan deeltijds branden, ze flakkert daarom niet minder hard.

Dat deeltijds onderwijs van een even hoog niveau kan zijn als de voltijdse tegenhanger, weten ze in Sint-Niklaas al langer. De stad is terecht fier op haar Stedelijke Academie, waar zowel kinderen als volwassenen zich ’s avonds en in het weekend komen uitleven in de schone kunsten. Zonder de andere afdelingen te willen minimaliseren – het niveau ligt hoog in alle richtingen -, is het niet overdreven te stellen dat er in de modetak fantastisch werk wordt geleverd.

Drijvende kracht daar is Ellen Monstrey. De styliste geeft er intussen al elf jaar les, ze begon meteen nadat ze afstudeerde als ontwerpster aan de Antwerpse Modeacademie. “In het begin beschouwde ik deze baan als tijdelijk”, herinnert ze zich. “Ik had nooit gedacht dat ik zo lang zou blijven. Maar de energie en de input die ik van de studenten krijg, zou ik intussen niet meer kunnen missen.”

Elk jaar zien Ellen en collega Maureen De Clercq een handvol leerlingen afstuderen in de modeklas. En dat doen ze op professionele wijze. Net als in Antwerpen doorlopen de studenten vier jaar, waarbij ze achtereenvolgens vormen, historische en etnische kostuums bestuderen. Aan het eind van het laatste jaar presenteren ze hun kleine collectie tijdens een defilé dat qua sfeer en professionaliteit niet onderdoet voor gelijkaardige evenementen in Antwerpen, Gent en Brussel.

Net als bij de grote broers worden de collecties beoordeeld door een externe jury van professionals, dezelfde mensen die zich ook over de eindwerken van die andere scholen buigen. “Voor onze leerlingen betekenen de reacties van zo’n jury veel. Ze willen op een ernstige manier beoordeeld worden”, zegt Monstrey.

Het verschil met de ‘groten’ is dat de studenten meestal een ander profiel hebben dan hun collega’s. Ellen Monstrey : “In mijn klas heb ik leerlingen van 18 of 19 jaar, maar net zo goed van 45 jaar. Sommigen hopen na hun diploma aan de slag te kunnen in de sector. Oud-studenten als Peter Ceursters, Harald Ligtvoet en Veronique De Nijs timmeren allemaal aan een carrière in de mode- industrie. Veronique heeft intussen zelfs een eigen collectie.”

“Anderen komen eerder om hun creatieve grenzen te verleggen. Soms zijn dat mensen die al een artistieke opleiding achter de rug hebben, zoals architectuur of grafiek. Wat ik zo leuk vind aan die heterogene groep, is dat elke student zijn eigenheid heeft. Dat maakt het ook voor een docent interessant. In elke mens zit wel iets dat je eruit kunt halen. Vaak is dat een boeiend proces.”

“Onze eisen liggen hoog, dit is zeker geen hobbyschool”, stelt Monstrey. “De opleiding is intensief, ook al is ze maar deeltijds. Wie zich inschrijft, moet gemotiveerd zijn. De leerlingen moeten erg hard werken, en ik sta er telkens opnieuw van versteld dat de ambitie groot is. Het belangrijkste verschil met de andere scholen is dat bij ons niet zozeer dat einddiploma telt, maar de weg die de studenten afleggen.”

Sinds twee jaar heeft de academie van Sint-Niklaas ook een unieke opleiding schoenontwerp in het aanbod. Die is zo gegeerd dat men met wachtlijsten moet werken. Ook hier ligt de lat hoog, zegt Ellen Monstrey. “De studenten van het tweede jaar hebben historische schoenen bestudeerd, en op basis daarvan nieuwe ontwerpen gemaakt. Volgend jaar zullen ze zich focussen op etnisch schoeisel. Ook hier is het de bedoeling om te eindigen met een kleine collectie. Maar daarvoor is het nog wachten tot 2009. Dan studeert de eerste lichting af.”

Info : Stedelijke Academie voor Schone Kunsten, Boonhemstraat 1, 9100 Sint-Niklaas, 03 780 36 70, academie@sint-niklaas.be, www.academiesintniklaas.be.

Door Cathérine Ongenae

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content