Bezield, geeft het woordenboek als synoniem. Enthousiast, gedreven, geestdriftig, geïnspireerd. Uitbundig en vurig. Eigenschappen waar elk levend mens van houdt, en die gebald worden in één woord : bevlogen. Over bevlogenheid willen we het hier hebben. Het tegengestelde van onverschillig, dat op geen plek ter wereld sexy wordt bevonden.

Bevlogenheid, het is een van de mooiere woorden die het Nederlands kent. Spontaan komt daarbij het beeld in mij op van de Spirit of Ecstasy, het gevleugelde vrouwenfiguurtje dat sinds mensenheugenis op de motorkap van Rolls-Royces prijkt (en dat, uit voorzorg tegen diefstal, tegenwoordig kan inklappen).

Bij bevlogenheid is extase nooit veraf. De woorden vliegen en vleugels zitten erin en maken het ongrijpbaar. Bevlogenheid is een onvatbare eigenschap. Er kleeft mysterie aan. Hoe komt het dat de ene mens voor een veilig maar saai leven kiest, terwijl de ander op albatrosvleugels over altijd weer wisselende landschappen scheert, het hart kloppend in de keel, het bloed tintelend in elke ader ? Bevlogenheid leidt tot wat voor het eerst beschreven door de Amerikaanse psycholoog Mihaly Csikszentmihalyi, te weten de flow : een toestand van opperste concentratie, waarin men geheel opgaat in datgene waarmee men bezig is.

Over bevlogenheid gaat de parabel van de drie steenhouwers, die je aantreft op de website van een bedrijf dat de gepassioneerdheid van werknemers wil verhogen. “In de veertiende eeuw waren er drie steenhouwers die een kathedraal bouwden. Toen de koning de eerste steenhouwer vroeg wat hij aan het doen was, antwoordde de man verbitterd dat hij al twintig jaar stenen in blokken van dertig bij dertig bij twintig hakte en gedoemd was dit tot zijn dood te blijven doen. De tweede steenhouwer hakte ook stenen tot blokken van dertig bij dertig bij twintig centimeter, maar hij vertelde dat hij toch maar mooi geld verdiende voor zijn geliefde gezin. Het antwoord van de derde man verraste de koning. Vol vreugde en inspiratie vertelde hij hoe bevoorrecht hij was om mee te mogen werken aan deze prachtige kathedraal.”

Hart en ziel

Bevlogen zijn mensen die met hart en ziel iets doen. Wat dat ‘iets’ is, is in wezen bijkomstig. Belangrijk zijn de passie en de overtuiging waarmee het gebeurt. Bevlogenheid trekt zich van de heersende opvattingen niets aan en verheft zich moeiteloos boven goed en kwaad. Zelfs in het slechte kan men heel bevlogen zijn. Bevlogen was ongetwijfeld Adolf Hitler, toen hij in Nürnberg honderdduizenden gif in de oren liet druipen. Voor dat soort bevlogenheid kun je hooguit afschuw voelen.

Wat we bewonderen, is de bevlogenheid die leidt tot mooie dingen en briljante verwezenlijkingen. Marie Curie was bevlogen toen ze haar proeven verrichtte en radioactieve kristallen op haar nachttafeltje legde, zo mooi vond ze dat die in het duister gloeiden. Georges Simenon was bevlogen, toen hij kilo’s afviel bij het schrijven van alweer een nieuwe roman. Jacques Brel was bevlogen, daarvoor hoef je maar naar zijn gezicht te kijken als hij Ne me quitte pas zingt, tot tranen toe bewogen.

Een van de eigenaardigste voorbeelden van bevlogenheid die ik mij voor de geest kan halen, is misschien wel Roald Dahl, schrijver van zowel briljante kortverhalen als onsterfelijke kinderboeken. Weinigen weten dat Dahl daarnaast ook de stuwende kracht was achter een medische innovatie die tientallen kinderen heeft gered. Dat gebeurde nadat de kinderwagen met daarin zijn zoontje Theo door een taxi werd aangereden in Manhattan. Het leven van het vijf maanden oude jongetje hing lange tijd aan een zijden draadje. Het ventiel dat in zijn hoofd werd geplaatst om de ophoping van hersenvocht tegen te gaan, bleek ontoereikend en verstopte keer op keer. Dahl besloot zélf een oplossing te vinden. “Elk nieuw probleem wekte die fantastische leergierigheid van hem”, herinnert een arts zich met een citaat dat wel een definitie van bevlogenheid lijkt. “En ook diepe emotie. Hij hield de boel in beweging. Hij wilde aan de weet komen of er iets aan te doen was en dat dan uitvoeren, of proberen iemand anders er iets aan te laten doen.”

Dahl legde Theo’s medische probleem voor aan een arts en een kennis die vliegtuigjes bouwde. Samen ontwikkelden de drie het fameuze Wade-Dahl-Tillventiel. Het werd uiteindelijk over de hele wereld geëxporteerd en naar schatting zijn er, voor het achterhaald werd, twee- à drieduizend kinderen mee behandeld. Sommige mensen dragen het nu nog in hun hoofd.

Bevlogenheid hoeft overigens niet altijd om grootse dingen te gaan, zoals het schrijven van meesterwerken of het bedenken van levensreddende apparaatjes. Ik ken een schoenmaker die zeer bevlogen is. Hij is verliefd op degelijk handwerk en op mooie materialen. Hij kijkt naar hakken en stiksels zoals andere mannen naar vrouwelijk schoon. Hij doet zijn vak met toewijding en liefde. Je zou bijna hopen dat je zool loskomt, zo’n plezier is het voor een herstelling bij hem langs te gaan. Niet zelden kom ik er buiten met de gedachte : was ik maar schoenmaker geworden. Wat een heerlijk, nobel vak !

Sluipmoordenaars

Bevlogenheid is zo mooi dat je zou denken dat het alleen maar aanbidders en bewonderaars heeft. Vergeet het. Bevlogenheid heeft ook haar diehardtegenstanders, haar na-ijverige sluipmoordenaars. Ze verschuilen zich in overheidsgebouwen en in de kantoren van gerechtsdeurwaarders. In kafkaiaanse machinerieën die zich tot doel lijken hebben gesteld passie en enthousiasme de nek om te wringen. Producten van vindingrijkheid en bevlogenheid worden beboet of wegbelast. Wie al te gedreven durft zijn, wordt gestraft met een aanslag van ambtswege.

Vooral wie zelf niet bevlogen is, lijkt aan bevlogenheid een hekel te hebben, zoals mensen die geen passie kennen met bitter neerwaarts getrokken mondhoeken naar een verliefd koppel kunnen kijken. Misprijzend, maar jaloers in ’t diepst van hun gedachten.

Tegenstanders van bevlogenheid doen niet aflatende inspanningen om de romantiek ervan te ondergraven. Neem nu dat recente onderzoek waaruit bleek dat alle topprestaties minstens tienduizend uur oefening vereisen, ongeacht of het pianospelen betreft of hoogspringen.

Tienduizend uur, hoe akelig nuchter. Zou Kafka tienduizend uur geoefend hebben voor hij Het proces schreef, zijn onsterfelijke meesterwerk ? Ik geloof het niet. Gerard Reve was pas 24 toen hij De avonden publiceerde, te groen om al tienduizend uur te hebben geoefend. Onzin dus, die theorie, zoals ik het ook onzin vind dat Vlamingen meer bevlogen zouden zijn dan Walen, West-Vlamingen meer dan Limburgers, Limburgers meer dan inwoners van Luxemburg en Namen. Ook dat is gebleken uit onderzoek.

Het is een rare drang bevlogenheid te willen kwantificeren. Op het internet vind je zelfs zoiets als een bevlogenheidstest, waar je punten kan score op Gedrevenheid en Excessief werken. Bedrijven hebben altijd al een voorliefde voor bevlogen mensen gehad, omdat die productiever zijn en mentaal gezonder. “Om bevlogen te zijn moeten werknemers zich gewaardeerd voelen en positief kunnen zijn over hun werk”, zegt Hans De Witte, professor arbeidspsychologie aan de KU Leuven.

Staat dit niet haaks op wat je op de werkvloer vaker ziet, te weten cynische managers die de zweep hanteren ? “Bedrijven denken dat ze iemand nodig hebben die de vijs kan aandraaien om betere resultaten te boeken”, aldus De Witte. “Op termijn krijg je echter het omgekeerde effect : talent dat weggaat. Mensen die revanche nemen en de boel saboteren. Op korte termijn werkt autoritair leiderschap misschien wel. Maar geen enkel onderzoek toont aan dat een autoritaire, kwaadaardig baas in the long run betere resultaten neerzet.”

Werkverslaafd

Bevlogenheid geeft een mens vleugels maar het maakt hem ook kwetsbaar. Volgens Saar Langelaan, die zeshonderd werknemers onderzocht, sukkelt ongeveer vier procent van de werkende mensen met een burn-out, terwijl twaalf procent bevlogen kan worden genoemd. Het vreemde is dat juist bevlogen mensen een grotere kans lijken te hebben om op te branden.

De scheidingslijn tussen bevlogen en werkverslaafd is immers dun en hachelijk. Volgens Wilmar Schaufeli, psycholoog aan de universiteit van Utrecht, kun je de twee het best onderscheiden door te letten op de factor plezier : “Wie werkverslaafd is, spant zich in zonder daar veel vreugde aan te beleven, omdat hij niet anders kan. Hij voelt zich schuldig als hij de teugels viert. Wie daarentegen bevlogen is, geniet oprecht van zijn werk, heeft plezier in een avondje uit met vrienden en kan zijn werk loslaten op vakantie. Het onderscheid tussen vruchteloos ploeteren en lekker hard werken lijkt daarmee duidelijk, maar het vraagt eerlijkheid en zelfinzicht om zo’n diagnose te stellen.”

Schaufeli raadt medewerkers aan om hun naasten te vragen de situatie in te schatten. “Rinkelt de alarmbel, neem die dan serieus door minder hoge eisen aan jezelf te stellen. Zoek energie buiten het werk en laat je vooral niet opjagen.”

“Het is niet goed dat mensen te lang overmatig belast worden en geen nee kunnen zeggen”, beaamt arbeidspsycholoog Hans De Witte. ” Thesky is the limit is is een grote leugen. Je kunt inderdaad altijd maar hoger gaan, tot je geen zuurstof meer krijgt en sterft. Het is heel slecht om je grenzen niet te respecteren.”

Albatrosvleugels

We zijn intussen enigszins afgedwaald van de Spirit of Ecstasy. Op een website lees ik dat de Flying Lady, zoals het figuurtje ook wordt genoemd, standaard in roestvrij staal wordt uitgevoerd maar ook in zilver kan worden geleverd of zelfs in massief goud. Dat valt mij tegen van haar. Bevlogenheid mag zich niets aantrekken van materie en edelmetalen. Zij dient daar los van te staan. Zij moet daarboven vliegen als een albatros, die tijdens een vlucht van Tasmanië naar Zuid-Afrika tienduizend kilometer kan overbruggen en dermate tot de verbeelding spreekt dat er auto’s, schepen, vliegtuigen, scooters, hogesnelheidstreinen, hotels en zelfs songs, films en reisbureaus naar zijn genoemd.

Door de begeerlijkheid van zijn verenpracht is de albatros sinds 1900 ernstig in zijn voortbestaan bedreigd. Van de 22 soorten riskeren er 19 direct uit te sterven.

Magistraal en indrukwekkend maar belaagd en bejaagd : wat kan men anders van bevlogenheid verwachten ?

Door Jean-Paul Mulders . Illustratie Arpaïs du Bois

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content