Een overzicht van baanbrekende voorwerpen gespreid over twee tentoonstellingen: er was in Parijs nooit eerder een design- evenement van deze omvang te zien.

:: Culture design, tot 16 januari, Palais de la Porte Dorée, Parijs (metro Porte Dorée). Van 10 tot 17.15 u. Gesloten op dinsdag. Meer inf o: +33 1 44 74 84 80

Culture Design, de verzamelnaam van het evenement, palmt dit najaar het Palais de la Porte Dorée in, een voormalig tentoonstellingsgebouw met ondergronds aquarium aan de rand van Parijs. De stijl van het gebouw is duidelijk art deco ; de directeurskamer werd destijds ingericht door de beroemde Jacques-Emile Ruhlmann. De zeldzame houtsoorten van diens veredelde kantoormeubilair contrasteren met de veel recentere meubels en voorwerpen die nog tot januari in de verschillende zalen van het paleis staan uitgestald. De grootste van de twee tentoonstellingen, Design en stock, verzamelt maar liefst tweeduizend voorwerpen uit het Fonds National d’Art Contemporain ( FNAC, niet te verwarren met de gelijknamige winkelketen), een Franse staatsinstelling. Dat fonds voor hedendaagse kunst heeft een designsectie sinds 1981. Die werd opgericht met het doel hedendaags werk te verzamelen van voornamelijk Europese designers. De tentoonstelling, die in hoofdzaak de periode van de jaren tachtig tot vandaag bestrijkt, werd slim vormgegeven door de Duitse designer Konstantin Grcic, eregast van Interieur in 2000. Hij bedacht een systeem met steigers en bruggen, goed voor een ongewoon perspectief op de tentoongestelde voorwerpen. Het aanbod is enorm : ongeveer de helft van de hele FNAC-collectie is uit de depots gehaald. Een dergelijke hoeveelheid meubels vraagt om orde : het ma-

nagen van een schijnbaar eindeloze verzameling stoelen, lampen en huishoudtoestellen is een complexe opdracht.

Moet Design en stock eigenlijk worden beschouwd als een expositie over de kunst van organisatie en classificatie ?

ôVerzamelen is een continu proces”, zegt tentoonstellingscommissaris, Christine Colin. ôEen collectie kan nooit eens en voor altijd georganiseerd worden, omdat de hiërarchie tussen de verschillende organisatiecriteria voortdurend verandert. Je kunt een collectie organiseren al naargelang van de datum, het materiaal, de functie, de designer. Je keuzes hebben verstrekkende gevolgen : ze beïnvloeden immers de manier waarop we een voorwerp waarnemen.” Een van de criteria die door de designspecialisten van het FNAC worden gehanteerd, is de oorsprong van een voorwerp. Dat is niet altijd eenvoudig. Vraagt Colin : ôAls een designer en een fabrikant uit verschillende landen komen, wat is dan de nationaliteit van het voorwerp dat uit hun samenwerking is voortgekomen ?”

Nationaal meubilair

De tweede expo in het Palais de la Porte Dorée viert het werk van een ander, typisch Frans instituut, het Mobilier National. De voormalige Garde-Meuble Royal ontfermt zich al meer dan driehonderd jaar over het meubelpatrimonium van de staat, zo’n 200.000 stuks. Zijn belangrijkste taak is restauratie. Het Atelier de Recherche et de Création (ARC), dat veertig jaar geleden werd opgericht, wijdt zich uitsluitend aan research en creatie: design, met andere woorden.

Het ARC heeft ambassades, paleizen, ministeries en andere overheids-eigendommen bemeubeld met exclusieve ontwerpen van onder anderen Pierre Paulin, Pascal Mourgue, Andrée Putman, Garouste & Bonetti, Martin Szekely, Christophe Pillet en Ettore Sottsass. De verjaardagstentoonstelling is onderverdeeld in vier secties ( lounge suites, bedoeld voor het onthaal van gasten ; stoelen en tafels, hoofdzakelijk voor vergaderingen ; kantoren voor ministeries ; en experimenten). Het parcours leidt van Pierre Paulins elegant psychedelische smoking room voor het Elysée tot de puur functionele gevangeniscel van Bernard Moise.

Tekst Jesse Brouns