De Amerikaanse new wave

De Amerikaanse modewereld telt weer mee, want het nieuwe talent aldaar is eindelijk klaargestoomd. De sterren uit Hollywood dragen behalve de gevestigde waarden ook creaties van ontwerpers wier namen nog geen gemeengoed zijn. De nieuwe garde is jong, mediabewust en vooral hongerig. Wie geeft ze te eten ?

Zac Posen

Troef

Zijn leeftijd. Niet alleen de Britneys en de Justins uit de popwereld beginnen er jong aan, ook in de modewereld staat de term ‘jong talent’ steeds vaker voor ‘net uit de apenjaren’. Zac Posen is pas 22 geworden, en woont nog steeds thuis, in SoHo, New York, bij zijn vader, de kunstschilder Stephen Posen, zijn zus en zijn moeder. Die laatste twee zijn belangrijke schakels in het verhaal : zuslief is aangenomen als styliste, terwijl mama Posen met het nodige aplomb het bedrijf van haar zoon runt. De Posens laten graag optekenen dat Zac nog steeds zakgeld krijgt.

De insteek

Zac Posen mag dan jong zijn, zijn gedachten dwalen steeds af naar het verleden. Voor hem geen jeugdig experiment of baldadige antistatements. De kleren van Posen refereren gul aan de jaren dertig, veertig en vijftig, de decennia van de korsetten, splitrokken en vooral de glamourjurken uit de Hollywood-films. Posen wil vrouwen terug aan echte glans en elegantie helpen en is bijgevolg geobsedeerd door de juiste wespentaille, de perfecte (dus nauwe) pasvorm en de exacte verhouding tussen detail en drama. Om al die naai- en kniptechniek in de vingers te krijgen, vertrok hij op zijn zestiende naar Londen om les te volgen aan St. Martin’s. Hij hield het er niet langer dan twee jaar uit, maar won wel een V&A-award met een couturejurk in leder, aan elkaar gehouden met honderden haakjes (deze jurk is trouwens opgenomen in de permanente collectie van het museum). Nog in Londen richtte hij een klein atelier op, voor privé-bestellingen. Sinds hij onder zijn eigen naam werkt, is vooral de leefstijlpers betoverd : zowat elk luxe- en glamourblad heeft het over Posen, nog net niet op de voorpagina, niet in de laatste plaats omwille van zijn uiterlijk. De grillige dandy, de pseudo-serieuze couturier, de verheven meester-met-zelfspot : voor de camera neemt Zac Posen graag alle soorten gedaanten aan, tot grote vreugde van de modieuze incrowd.

Beroemdheden

voor gratis promotie

Het niet eens geheim gehouden geheime wapen van jongeheer Posen. Als tiener liep hij school met Lola en StellaSchnabel, dochters van ; in die tijd ontwierp hij al outfits voor hen, en Stella riep hij onlangs nog uit tot zijn ‘levenslange muze’. Verder heeft Posen een sterke band kunnen smeden met de jonge actrice Nathalie Portman, die hij ook al omschreef als een ‘grote inspiratie’. Na zijn verblijf in Londen trok hij naar Parijs, waar een van zijn zelfgemaakte jurken, gedragen door New Yorkse young socialite Paz de la Huerta, gespot werd door Naomi Campbell, toen ze alledrie op hetzelfde feestje van Azzedine Alaïa aanwezig waren. Ingrid Sischy, hoofdredactrice van Interview en Anna Wintour, hoofdredactrice van de Amerikaanse Vogue, waren al van bij zijn eerste show voor zijn bravoure gewonnen en schoenenlegende Manolo Blahnik leverde al vroeg de hoge hakken voor zijn presentaties. Verder kan Posen zijn front row vullen met de actrices Claire Danes (een ‘oude vriendin’), Anna Paquin en Demi Moore en strikt hij als geen ander topmodellen als Sophie Dahl, Amber Valetta en Karen Elson. Zelf wil hij er ook nog de echte iconen bij als klanten : “Ik ben dol op Madonna”, vertelde hij in september 2003 aan de reporter van People. “En op Oprah Winfrey, Anjelica Huston en Tina Turner.

Volgens de Amerikaanse pers

“Zac Posen staat nu waar Marc Jacobs twintig jaar geleden stond. Het blijft afwachten of de jonge ontwerper dezelfde weg richting top zal kunnen maken” ( WWD, 2002).

Slaagkansen

Inderdaad, afwachten. LVMH en Gucci hebben al meerdere keren interesse getoond in Posen, maar de ontwerper vindt het nog te vroeg om een sprong van dergelijk formaat te maken. Voorlopig is Posen vooral dol op zichzelf, wat misschien aan zijn leeftijd te wijten is, maar misschien ook niet…

Rick Owens

Troef

Zijn status als donkere prins uit Los Angeles. Rick Owens’ eigen look en in zekere mate ook zijn kleren schreeuwen underground, zij het met een Amerikaans randje. Owens, nu 42, heeft het lichaam van een bodybuilder en de tatoeages en de lange haren van een surfende punkrocker. Zijn kleren, voor mannen en voor vrouwen, belijden het principe van de dirty glamour : vernuftig gemaakt, maar ze zien er achteloos en vaak bewust verfomfaaid uit. Hij laat zich inspireren door de stranden en blauwe luchten van Californië, en tezelfdertijd door Francis Bacon en heavy metal. De donkere zijde van Owens levert hem krediet op, maar soms keert die zich tegen hem : vorig jaar diende het Britse blad i-D een editie te bannen uit bepaalde godsvruchtige Amerikaanse staten, wegens een opgenomen zelfportret van Owens, in lederen broek, bloot bovenlijf, vrolijk plassend in de mond van een man (die door de wonderen van de fotomontage de ontwerper zelf bleek te zijn). De bible belt zag de overduidelijke referentie naar Robert Mapplethorpe niet zitten.

De insteek

Rick Owens is al geruime tijd bezig. Hij probeerde het eerst als schilder, maar sinds het begin van de jaren negentig concentreert hij zich voornamelijk op textiel. Hij begon klein, met het soort ontwerpen die hij nog steeds tekent : druipende vormen, onafgewerkte zomen, gewassen stoffen, rafels en asymmetrische lijnen. Een beetje gotisch, een beetje punk, een beetje historisch, een beetje romantisch… haast op z’n Antwerps. De vergelijkingen met Martin Margiela en Ann Demeulemeester zijn dan ook niet van de lucht, maar Owens wil er niet van horen. Zijn ster begon een paar jaar geleden langzaam te rijzen, en sinds hij de oversteek naar Parijs waagde is hij zelfs de lieveling van de eerder traditionele journalisten- en inkopersgarde geworden. In 2002 bracht hij zijn mannenlijn uit, meteen een schot in de roos.

Beroemde vrienden

voor gratis promotie

Owens is niet gewonnen voor de cultus der celebrities. Zelf is hij schuchter en teruggetrokken en de feestagenda werkt hij dan ook niet tot nauwelijks af. Niettemin zijn de eerder alternatieve sterren helemaal gewonnen voor zijn visie : Courtney Love is een fan, net als Natalia Imbruglia en Lenny Kravitz.

Volgens de Amerikaanse pers

“Zijn kleren zijn niet ostentatief ‘fashion’ zoals die van bijvoorbeeld Dolce & Gabbana, maar toch hebben ze onmiskenbaar stijl en klasse – die van een verbleekte Mad Max-figuur, rommelig en vuil, en toch glamoureus” ( Daily News Record, 2002).

Slaagkansen

Het ziet er rooskleurig uit voor Rick Owens. Zijn twee meest recente Parijse presentaties toonden zijn gevoelige, ingetogen kant en hij blijkt ook wonderwel met fellere kleuren overweg te kunnen (aan de fans van Owens : geen paniek, ook bij hem zijn zwart, wit, beige en grijs blijvers). Het respect groeit en ook andere huizen zijn geïnteresseerd : sinds de zomer van 2003 is Owens aan het tekenen voor het bontmerk Revillon. Geen grote naam, maar de samenwerking zal zowel hem als het zieltogende huis voldoende aandacht opleveren.

Juicy Couture

Troef

Streetwear voor wie de street vanuit zijn/haar penthouse kan gadeslaan. Juicy Couture brengt allesbehalve revolutionaire outfits, en met mode pur sang heeft het merk weinig uitstaans. Hun succesformule heeft een eerder sociologische inslag : Juicy Couture vertaalt streetwear naar een andere demografie en beïnvloedt daardoor vervolgens het straatbeeld, waar de originele inspiratie vandaan komt. Hét item waarmee Juicy Couture letterlijk goud heeft gemaakt, is een goedzittende, slim geknipte trainingsbroek in glad fluweel, volstrekt seventies maar door de verlaagde taille en nieuwe proporties perfect geactualiseerd. Ook très Juicy Couture : T-shirts met girl power-slogans, geborduurde jeans, haltertops en eveneens fluwelen minirokjes, geschikt voor de yogales en het kantoor.

De insteek

Door het succes van Juicy Couture zijn nu ook de twee ontwerpster achter het label, Gela Taylor en Pam Skaist-Levy, ware sterren, maar daar zijn ze allesbehalve ongelukkig om. Het is belangrijk te weten dat Juicy Couture uit Los Angeles komt, stad van klatergoud en networking ; Gela en Pam zijn even schreeuwerig en luid als hun omgeving, doen alles voor de ‘fun’ en zijn enkel geïnteresseerd, zeg maar verslaafd, aan de blinkende, voor de hand liggende uiterlijkheden van de modewereld (hun lievelingsitems : logoceintuurs van Chanel). Ze naderen allebei de veertig en kleden zich ei zo na identiek : felle kleuren, grote oorringen, hoge laarzen, fonkelend nieuwe sneakers. Ze hebben zich al jaren geleden midden in de rockwereld van LA geplant : Gela is getrouwd met John Taylor van Duran Duran en Pam heeft er twee huwelijken opzitten met een minder bekende gitarist en een bassist. In de pers worden ze steevast Fluffy & Fluffy genoemd, omwille van hun kinderlijke kledingstijl en hun meisjesachtig gedrag (elkaars zinnen afmaken en veel giechelen). Toch bedriegt de schijn, want het duo zit nu bovenop een miljoenenbedrijf en hun oprechte feministische houding maken ze hard. Ooit, na het zien van de film Baby Boom, waarin actrice Diane Keaton een fortuin maakt met het produceren van babyvoeding naar eigen recept, begonnen ze aan een zwangerschapslijn voor funky ladies, maar die onderneming werd geen succes. Eind jaren negentig stichtten de twee onafscheidelijke vriendinnen hun streetwearlabel, met de bedoeling vrouwen aller landen sexy, comfortabel maar vooral onpretentieus te kleden. In een jogging dus.

Beroemde vrienden

voor gratis promotie

Zonder celebrity’s geen Juicy Couture. Dat beseften vooral Fluffy en Fluffy zelf en daarom richtten ze van bij het begin al hun pijlen op de sterren. Ze deelden de broeken en T-shirts met hopen uit en stuurden gepersonaliseerde stuks naar de grootheden. Met resultaat : sinds Madonna haar fluwelen trainingsvestje (borduursel op de borst : Madge) tijdens allerhande fotosessies en optredens droeg, is het beursaandeel van Juicy Couture flink gaan stijgen. Er is de laatste jaren geen enkele vrouwelijke ster meer gefotografeerd zonder een stuk van Juicy aan : Madonna dus, Jennifer Lopez, Mariah Carey, Sharon Stone, Cameron Diaz, Jennifer Anniston, Britney Spears, Jennifer Love Hewitt, Gwyneth Paltrow… allemaal voornamelijk blanke meisjes die niet zonder hun street credibility kunnen.

Volgens de Amerikaanse pers, of in dit geval toch de Britse pers

“Op dit moment willen welgestelde westerse vrouwen op straat in hun pyjamabroek, en toevallig maakt Juicy Couture op dit moment de beste joggings om dat te doen” ( The Times, 2003).

Slaagkansen

Voorlopig moet de inname van de wereldbol nog maar beginnen. Amerika is al platgegaan, net als Engeland. Vorig jaar verkochten ze zich aan Liz Caiborne Inc. voor een onbepaald, maar naar verluidt gigantisch bedrag. Het valt dus te verwachten dat de naam Juicy Couture tot in de verste uithoek van de wereld uitgemolken zal worden. Er komt een lijn in accessoires en misschien ook een parfum. Vanzelfsprekend zal de hype ooit gaan liggen, maar Pam en Gela zitten voor de rest van hun leven lekker in hun trainingsbroek. Ondertussen worden de producten van Juicy Couture gretig nagemaakt door de giganten van de winkelwandelstraten, waardoor het statement van Fluffy en Fluffy nog lang zal blijven nazinderen.

Luis Verdad

Troef

Mexicaans, een stek in Los Angeles en toch niet exuberant. Integendeel : Verdad houdt van Franse sensualiteit en mysterie. Niet voor niets is Catherine Deneuve in de film The Hunger (1983) zijn ultieme diva.

De insteek

Verdad heeft pas zijn eerste show onder zijn eigen naam achter de rug, maar zijn stijl wordt nu al bewierookt. Erg forties en fifties, met smokings, smalle regenjassen, stille cocktailjurken en geruite tweeds. Het heeft even geduurd voor Verdad zich helemaal aan zijn passie kon wijden. Zijn ouders vonden zijn fascinatie voor mode maar weinig macho, en toen hij zich eind jaren tachtig wou inschrijven aan een kunstschool in Chicago werd hij geweigerd omwille van zijn Spaans accent. Hij trok Amerika rond, van opleiding tot stageplaats, en landde begin de jaren negentig in Los Angeles.

Beroemde vrienden

voor gratis promotie

Journalisten stopten zijn naam in hun bestand toen (alweer) Madonna zijn smoking aantrok, in haar Marlene Dietrich-fase. Sinds kort kan hij vooral rekenen op Cate Blanchett, die nog weinig anders draagt op premières en openingen.

Volgens de Amerikaanse pers

“Luis Verdad beseft zelf goed dat hij op het punt staat om door te breken” (WWD, 2003).

Slaagkansen

Kijken of de rest van de wereld die overtuiging deelt.

Peter Som

Troef

Ex-assistent van Bill Blass, en even verzot op de spreekwoordelijke tijdloze kant van mode als zijn leraar zaliger.

De insteek

Som (31) probeert sinds een paar seizoenen aan de bak te komen, en hij heeft alvast de pers mee. In 2002 werd hij genomineerd voor de Perry Ellis Award. Som gaat voor het understatement : hij spendeert zijn geld liever aan hoogstaande stoffen en uiterst precieze afwerkingen dan in vuurwerk en bepluimde danseressen op het podium. Het werk van Som zal niet gauw in de avant-gardistische modefoto’s opduiken, maar dat maakt hem niets uit. “Ongecompliceerde elegantie”, zo omschrijft hij zelf zijn stijl.

Beroemde vrienden

voor gratis promotie

Hoewel vele dames uit Hollywood vinden dat ze de belichaming van ongecompliceerde elegantie zijn, heeft voorlopig geen enkele onder hen de weg naar Peter Som gevonden. Misschien dragen ze zijn kleren enkel binnenshuis.

Volgens de Amerikaanse pers

“Sommigen noemen hem nu al de nieuwe Michael Kors” (WWD, 2000).

Slaagkansen

Moge alle ongecompliceerd elegante vrouwen ter wereld beslissen.

Sebastian Pons

Troef

Voormalig assistent van Miguel Adrover. Voordien was Pons de assistent van Alexander Mc Queen. Toen hij McQueen verliet, kreeg hij een lucratieve aanbieding bij Valentino, maar Pons koos toch voor Adrover. Dat was in 2000, toen Adrover pas begon met zijn inzameling van superlatieven. “Ik wilde zo graag bij Miguel werken”, vertelde Pons aan WWD indertijd. Blijkbaar kenden Pons en Adrover elkaar al langer, en de bewondering was groot. Adrover was in die dagen haast bankroet, maar dat kon Pons niet schelen. “Het gaat niet om geld”, vervolgde hij in het interview met WWD. “Dat komt later wel. We willen samen iets neerzetten.” Sinds kort is hun samenwerking afgelopen, want Pons had genoeg van Miguels volstrekte onkunde op boekhoudkundig gebied. Het geld dat later moest komen, is klaarblijkelijk nooit verschenen.

De insteek

Zoals verwacht is de eigen collectie van Pons schatplichtig aan die van Adrover, hoewel het in Modeland nooit helemaal duidelijk is wie nu precies verantwoordelijk is voor wat. Het is dus nog te vroeg om Pons een light-versie van Adrover te noemen, zeker nu Adrover zelf qua creatie steeds meer het veilige pad kiest. Eén ding is alvast zeker : Pons neemt zijn zaken serieus. Zijn ontwerpen hebben een etnische invloed, maar in tegenstelling tot Adrover houdt hij zich afzijdig van politieke connotaties. Het klassieke Griekenland, India en zijn geboorteland Mallorca (waar ook Adrover vandaan komt, de link wordt steeds duidelijker) zijn vaste inspiratiebronnen voor Pons, en hij vertaalt die tot items die geknipt zijn voor de no-nonsense Amerikaanse markt.

Beroemde vrienden

voor gratis promotie

Paradoxaal genoeg Miguel Adrover. In interviews vermeldde de cultontwerper steevast de naam van zijn landgenoot en dichtste medewerker. Op die manier leerde de pers Sebastian Pons al kennen nog voor die met een eigen collectie op de proppen kwam.

Volgens de Amerikaanse pers

“Sebastian Pons staat op zichzelf, en voor zichzelf” (WWD, 2003).

Slaagkansen

Twee scenario’s. Of Pons gaat de richting op van Martin Margiela (ooit de assistent van Jean-Paul Gaultier, en eenmaal daar weg een wereldster), of er komt oorlog van tussen hem en zijn vroegere kompaan. In het laatste geval ziet het er niet goed uit voor de beide partijen.

Proenza Schouler

Troef

Het geluk én het besef fotogeniek te zijn. De twee ontwerpers, Lazaro Hernandez en Jack McCollough, zijn jong (allebei 25) en netjes opgevoed, en ze zien eruit alsof ze uit een televisieserie à la Dawson’s Creek zijn gestapt. Met hun preppy polo’s en hun schooljongenkapsels doen ze de harten van de belangrijkste moderedactrices smelten : hun portretten worden vaak groot tot heel groot afgedrukt, zodat Hernandez en McCollough officieel de pin-ups van de huidige modesien genoemd kunnen worden. Afgaande op hun broeierige blikken op diezelfde foto’s lijken ze zich ook zo te voelen.

De insteek

De naam van hun merk is een samensmelting van de achternamen van hun moeders. Ze ontmoetten elkaar op de modeschool Parsons in New York en na het afstuderen besloten ze samen te werken. Vanaf het moment dat ze hun eerste pogingen aan de wijdere wereld lieten zien, weerklonk applaus, “een totale verrassing” voor het tweetal. Proenza Schouler brengen precies dat waar de Amerikaanse pers zo dol op is : typische klassieke Amerikaanse sportswear (duffels, regenmantels, kasjmier sweaters, enz.) gecombineerd met een glittertje hier en een frivool ornamentje daar. Draagbaar en meteen vertaalbaar met andere woorden, maar met genoeg flou artistique om voor mode door te gaan. In het geval van Proenza Schouler liggen hun dada’s in de wereld der vintage : de zachte romantiek van de fifties, de zwoele overdaad van de seventies, de netheid van de sixties. Ze gaan voor een look voor een volwassen vrouw, niet voor de babes op MTV. En aldus consolideren ze een afzetmarkt waar ook Ralph en Donna zich al jaren op concentreren. In 2003 wonnen ze de Perry Ellis Award voor beste nieuwkomers.

Beroemde vrienden

voor gratis promotie

Anna Wintour, hoofdredactrice van de Amerikaanse Vogue, had al haar zinnen op Hernandez gezet toen die laatste nog op school zat. Dankzij haar kreeg hij een stageplaats bij Michael Kors. McCollough liep dan weer stage bij Marc Jacobs. Isaac Mizrahi komt naar hun shows kijken, net als Debbie Harry en Liv Tyler. En Tom Ford neemt hen mee uit dansen.

Volgens de Amerikaanse pers

“Proenza Schouler, de nieuwe wonderjongens van de New Yorkse modewereld” (Vogue, 2003).

Slaagkansen

Amerika veroveren moet lukken, maar of Europa en Azië gaan volgen is de vraag. De portretfoto’s bovenhalen dan maar.

Francisco Costa en Italo Zucchelli

Troef

De opvolgers van Calvin Klein bij Calvin Klein. Vanaf nu is Francisco Costa de officiële ontwerper van de vrouwencollectie en Italo Zucchelli de verantwoordelijke voor de mannenlijn.

De insteek

In februari 2003 verkocht Calvin Klein zijn bedrijf aan Phillips-Van Heusen. Hij trad daarmee af als hoofdontwerper van de lijn die zijn eigen naam draagt. Toch verdwijnt Calvin niet helemaal : hij zal aanblijven als ‘creatieve consulent’ en de boel blijven overzien, toch als hij niet in de afkickkliniek zit (sinds een tijd is Calvin erg open over zijn verslavingen aan allerhande chemische pepmiddelen). Costa mag nu komen buigen na afloop van de vrouwenshows en Zucchelli zal uitleg geven bij zijn ontwerpen voor de mannen. Laatstgenoemde zat al vier seizoenen in het bedrijf (na te hebben gewerkt voor o.a. Jil Sander), dus het overnemen van de fakkel zal hem niet echt veel moeite kosten. Costa, van Braziliaanse afkomst, zat eveneens voorheen al te tekenen in naam van Calvin, na acht jaar Oscar de la Renta te hebben bijgestaan.

Beroemde vrienden voor de gratis promotie

De grootste steun voor zowel Costa als Zucchelli is Calvin Klein zelve. Hij heeft er alle vertrouwen in dat ze zijn levenswerk prachtig en met verve zullen verderzetten, zo liet hij optekenen.

Volgens de

Amerikaanse pers

Na afloop van de mannenshow in Milaan, juni 2003 : “Het was alsof een tijdperk werd afgesloten toen Zucchelli, en niet Calvin Klein zelf, de honneurs kwam waarnemen op het einde van het defilé” (Daily News Record, 2003).

“Elke vorm van lof, maar ook van kritiek, komt vanaf nu bij Francisco Costa terecht…” (WWD, 2003).

Slaagkansen

Toen Jil Sander haar eigen bedrijf verliet en in die functie dan maar vervangen werd door de inkoper van het Parijse Colette, konden weinigen daar om lachen, nog het minst de inkopers (Jil Sander keerde vorig jaar dan maar terug). Laat het een hint zijn voor degenen die parfums en ondergoed voor Calvin Klein moeten verzinnen : blijf produceren, en produceer vooral meer, want het is het moment om zekerheden echt veilig te stellen.

Stephen Burrows

Troef

De zoete smaak van een comeback. Stephen Burrows, nu 60, was een bonafide ster in de Amerikaanse modewereld van de jaren zeventig. Hij maakte weelderige chiffonjurken en elegante japonnen in jersey en vatte zo de decadente, postpsychedelische tijdgeest van toen perfect samen. Saint Laurent was een grote fan, en Karl Lagerfeld noemde hem de “beste ontwerper uit Amerika sinds Claire McCardell“. Zijn tijdgenoten (Halston, Bill Blass, Oscar de la Renta) bouwden elk hun imperium uit, maar Burrows slaagde er niet in zijn talent te verzilveren. Te koppig, te onervaren met groot geld, te eigenzinnig. Maar nu is hij terug.

De insteek

In 2002 financierde de Amerikaanse winkelgigant Henri Bendel opnieuw een collectie van Stephen Burrows. Die kleren werden exclusief bij Bendel verkocht, maar de verzamelde modepers maakte er een nationaal evenement van, zo groot was hun enthousiasme. Burrows is Burrows gebleven : felle kleuren, grote motieven, lange gewaden, jazzy mini-jurken en vrolijke seventies-chic, maar nu ook moderne all-black basics en kantoorwaardige mantelpakjes.

Beroemde vrienden

voor gratis promotie

De sterren uit Hollywood malen niet zo om de comeback van Stephen Burrows, maar zowat alle Amerikaanse ontwerpers kwamen lofbetuigingen tekort bij de terugkeer van hun spirituele voorvader.

Volgens de Amerikaanse pers

“Stephen Burrows is nog steeds bij de tijd, zelfs na een afwezigheid van een aantal decennia” (WWD, 2002).

Slaagkansen

Niet zo gunstig, jammer genoeg. De aandacht voor alles uit de seventies is alweer flink afgezwakt. Burrows zal hard moeten werken voor zijn ereplaats. n

Tekst Peter De Potter

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content