Het optreden van Zingaro was een van de hoogtepunten van Antwerpen 93. In mei komt de groep opnieuw naar België met haar nieuwste kreatie, La Chimère, een wervelende zoektocht naar de wortels van de nomadenstammen.

HENK VAN NIEUWENHOVE

Met de komst van Zingaro wordt de hippodroom van Groenendaal omgetoverd tot een stukje Indië, meer bepaald Radjahstan. Bartabas, stichter en ‘koreograaf’ van de groep, en zelf ook al een myte geworden, is op zoek gegaan naar de oorsprong van de nomadenvolkeren die volgens de overlevering in Indië te situeren is. Historisch lijkt dit ook te kloppen. Zo’n vijfduizend jaar geleden is hun uitzwerming begonnen, vanuit Indië over de woestijnen van Azië, om na vele migraties te stranden in de Balkan, langs de Nijl of in Andalusië.

Bartabas vond op zijn reis door Radjahstan zelfs de musicologische bewijzen van deze teorie, met name instrumenten die de voorlopers van de kastanjetten kunnen zijn en het vibrato en het lamento van hun stem, voorbestemd om passie en hartstocht weer te geven. “Geen twijfel mogelijk, het zijn zigeuners. Er komt vuur uit hun monden en hun instrumenten, ze maken de flamenco in een man en een vrouw wakker, ” zegt Bartabas. Meteen weet u dat de uitbeelding van passie en emoties de belangrijkste ingrediënten zijn van de wervelende Zingaro-show. Of zoals de grootmeester het zelf zegt : “Door het paard druk ik mijn gevoelens uit. “

Elf Indische muzikanten heeft Bartabas voor een periode van twee jaar naar Europa laten overkomen. “Deze ontmoeting van kulturen maakt deel uit van het grote experiment dat Zingaro is, ” vertelt Bartabas in zijn woonwagen. “Wat je op de bühne ziet, is slechts een gedeelte van Zingaro, het topje van de ijsberg dat zichtbaar is. Voor iedereen die erbij betrokken is, gaat het om veel meer dan een opvoering. Zingaro is een démarche. Het is geen rol die we spelen. Het is ons leven. ” Bartabas is zijn inspiratie voor La Chimère in de woestijn van Thar gaan zoeken. “Ik ben geen reiziger en geen zwerver. Ik hou zelfs niet van rondtrekken. Laat hier geen misverstand over bestaan : ik ben geen nomade. Niemand van ons gezelschap heeft roots bij een nomadenstam. Ik reis alleen in funktie van Zingaro, met een welbepaald doel voor ogen. “

Dat doel was luisteren naar hun muziek, die Bartabas ooit gehoord had in La Maison des Cultures du Monde. De reis ging naar Jodhpur, waar Bartabas meer dan honderd muzikanten uit Jaïpur, Bikaner en de Thar-woestijn uitnodigde om voor hem te komen spelen. Hij luisterde naar de zwervende barden en kasteloze muzikanten van de Manghaniyars en de Langas. Van heinde en ver kwamen ze met hun dholak, een tamboerijn met twee vellen, kamancha, een ronde lier die wordt bespeeld met een strijkstok van paardehaar, saltara, een dubbele fluit, morcha, een mondharp, en kartal, lange kastanjetten uit hardhout. Bruin getaande mannen, veelal met wilde snorren en baarden, gekleed in witte gewaden en bont gekleurde tulbanden. Bartabas selekteerde zangers en muzikanten, niet alleen op basis van hun muzikale kwaliteiten, maar vooral voor de emoties die ze via hun stem of hun instrumenten kunnen oproepen. Ook hun uiterlijke verschijning speelt hierbij een rol. Hij ging niet op zoek naar zuivere schoonheid, maar naar karakter, naar een brok natuur, naar een oer-beeld. Net zoals hij doet bij de keuze van zijn paarden.

La Chimère is nochtans geen reis naar Indië geworden. Daarvoor is Bartabas te veel universalist. “Indië is slechts een voorwendsel om uitdrukking te geven aan universele emoties, ” zegt hij trouwens zelf. Het stuk is als het ware een ‘hersenschim’ (une chimère). Bij het bekijken van het schouwspel heeft men soms de indruk dat men niet ziet wat men ziet en dat wat men ziet een droom is. Zingaro balanceert voortdurend op de rand tussen droom en werkelijkheid, tussen de wereld hier en het au-delà. Het hele spektakel wordt een grote fata morgana, die ergens in de Thar-woestijn wordt waargenomen. In het rode zand rond een oliegroene vijver spelen zich een reeks, idyllische of burleske, fluwelen of brutale, lyrische of krachtige taferelen af waarbij mens en paard als in een vreemdsoortige pas de deux de hoofdrol spelen. De rode draad in het soms wervelend, dan weer ontroerend spektakel is uiteraard Bartabas himself. Satan en god tegelijk. Tevens een dolende Don Quichote, zoekend naar hij-weet-niet-wat, op de wereld geworpen met vragen waarop hij geen antwoorden kan verzinnen. Akrobatische virtuositeit wisselt af met verstilde poëzie. La Chimère is de meest verinnerlijkte kreatie van Zingaro.

Het is de vijfde kreatie van Zingaro (zigeuner in het Spaans) op tien jaar tijd. In die tien jaar heeft de groep een duidelijke evolutie doorgemaakt. De eerste spektakels lagen meer in de lijn van het kabaret, in de vorige show kwam de nadruk te liggen op de dramatiek, in La Chimère haalt de uitbeelding van het innerlijke de bovenhand. Bartabas voelt zich duidelijk beter in de rol van dichter.

Zingaro brengt een mengeling van muziek en beweging, teater en cirkus, ballet en Spaanse rijschool (uit Wenen). “Men slaagt er niet in ons in een vakje te duwen en dat wil ik zo houden, ” zegt Bartabas. “Ik denk dat mijn rol het dichtst aanleunt bij die van een hedendaags koreograaf, die kan putten uit het palet van diverse kunstvormen, zoals Bob Wilson bijvoorbeeld. Met dat onderscheid dat ik niet alleen met mensen werk, maar ook met paarden. Mijn uitgangspunt zijn bewegingen, klanken en kleuren. Ik gebruik nooit teksten omdat ik dan gebonden ben, beperkt wordt door talen. Ik wil meer uitdrukken dan woorden kunnen weergeven. “

Bartabas is zevenendertig en Fransman. Dat is zowat het enige dat hij over zijn identiteit wil loslaten. Zijn afkomst is onbekend, zijn naam houdt hij angstvallig verborgen, “om het mysterie rond Zingaro niet te doorprikken. ” En bovendien : “Bartabas is mijn leven sedert vijftien jaar. Het is van generlei belang waar ik vandaan kom en wie ik ben. Ik ben Bartabas. ” Vanaf zijn zeventiende is hij bezig met straatteater. Als stalknecht van een Spaans corridagezelschap leerde hij het paard kennen. Vijftien jaar geleden richtte hij Cirque Aligre op, waarmee hij in 1981 een eerste keer optrad voor het Festival d’Avignon. Het Cirque Aligre was de aanzet naar Zingaro. Het decor, de woonwagens, de paarden waren reeds aanwezig. Het spektakel draaide rond humor en knotsgekke situaties. Vijf jaar later werd Zingaro opgericht, oorspronkelijk gehuisvest in Nîmes, in wat het Théâtre équestre et musical de Nîmes genoemd werd. Sedert 1989 verhuisd naar het Fort d’Aubervilliers, in een grijze voorstad van Parijs, waar de groep gedurende zes maanden per jaar in een woonwagenpark vertoeft. Daar werd helemaal in hout een rotonde gebouwd, waar de thuisvoorstellingen plaats hebben, een tempel ter ere van het paard. Een bijgebouw werd omgebouwd tot bar/annex restaurant, waar de entoesiaste toeschouwers na het spektakel een zigeunermaaltijd kunnen nuttigen met bijhorende karaffen wijn. De overige zes maanden van het jaar worden besteed aan reisvoorstellingen. Maar Bartabas heeft de groep ook in diverse filmavonturen gestort. In 1992 kreëerde hij Mazeppa. Momenteel vertoeft hij met zijn groep en zijn paarden in Siberië voor het draaien van Le Sjamane, alweer een zoektocht naar de roots van de mensheid. Zingaro is intussen uitgegroeid tot een gezelschap van vijftig mannen en vrouwen, nog eens een tiental tijdelijke werknemers en dertig paarden van zestien verschillende rassen.

Het Festival van Avigon heeft een grote rol gespeeld in de carrière van Zingaro. Om de twee jaar toont Bartabas op het festival zijn nieuwste kreatie. Voor de kijkers vormen de opvoeringen van Zingaro allicht een verademing tussen zoveel absurd en intellektualistisch teater. Maar aan de andere kant heeft Zingaro op het Festival een aureool van sérieux gekregen, werd het voor vol aanzien. La Chimère is een nieuwe mijlpaal, een artistiek hoogtepunt. Met de terugkeer naar de bron van de nomaden is de cirkel helemaal rond, werd als het ware een eindpunt bereikt. Men kan zich dan ook afvragen wat de groep nog aan dit spektakel kan toevoegen. We kunnen het misschien beter aan de paarden vragen, want zij zijn de bron van de inspiratie. En dat brengt ons volgens Bartabas bij de hamvraag van Zingaro : “Qui mène la danse ? ” Wie leidt de dans : het paard of de mens ? Bartabas is er zelf nog niet achtergekomen wat het antwoord is.

La Chimère wordt opgevoerd in de hippodroom van Groenendaal van 4 mei tot en met 25 mei, elke dag behalve donderdag en zondag. De gewone tickets zijn uitverkocht, er zijn alleen nog VIP-plaatsen (met receptie voor en na) beschikbaar. Info : (02) 467.56.11, fax : (02) 467.57.87.

Bartabas (links) : “Ik ben een korograaf. Maar ik werk met mensen én paarden. “

Een Indusch muzikant met een “saltara”, een dubbele fluit.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content