COUNTRY MET CONTRAST

De spectaculaire kust van Dorset is een feest voor fossielenjagers en zonnekloppers. © FOTO'S ISABEL POUSSET

‘STUNNING’, ZO LAAT HET GRAAFSCHAP DORSET ZICH NOG HET BESTE OMSCHRIJVEN. GLOOIENDE PASTORALE VLAKTES ONTDEK JE ACHTER EEN ADEMBENEMENDE KUSTLIJN VAN STEILE KALKKLIFFEN, KIEZELS EN GOUDEN STRANDEN.

Het mooiste stukje Engeland ? Vraag het honderd Britten en de meesten zullen the Lake District in het noordelijke graafschap Cumbria op het hoogste schavotje plaatsen. Maar als je het ons vraagt, verdient Dorset de eremedaille. Je vindt er het beste van twee werelden : een sensationele kust en een haast onaangeroerd platteland met groene heuvels en dorpen waar de tijd lijkt stil te staan. Bovendien ligt Dorset in het zuiden, aan het Kanaal. Het klimaat is er opvallend mild en dat is mooi meegenomen op de doorgaans druilerige British Isles.

DE DRIE IN HET OOSTEN

Zachte temperaturen en goede strandaccommodatie maken van Dorset een populaire vakantieregio. Vooral de uitgestrekte zandstroken rond Bournemouth, Poole en Weymouth zijn in trek. Toch mist elk van deze badplaatsen de charme die je verder westwaarts vindt. In Bournemouth, de grootste en modernste stad van de drie, kunnen de oudere en de nieuwe Britse generaties wel eens pijnlijk botsen. Senioren, families en zakenlui staan er tijdens het weekend vaak oog in oog met benden losgeslagen jongeren die van pub naar club trekken. De badstad is een populaire plaats voor studentenfeesten en vrijgezellenavonden. Maar er zijn ook zonnige kanten : een zandstrand van negen kilometer met een pier waar deckstoelen en waterfietsen te huur zijn, een artificieel rif om te surfen en een Oceanarium waar zowel lokaal als exotisch onderwaterleven te bezichtigen valt. Goed om te weten voor wie houdt van Engelse literatuur (en meer bepaald van Frankenstein) : bij Saint Peter’s Church ligt de auteur van het griezelverhaal, Mary Shelley, begraven.

Poole kan op een mondainere reputatie bogen. De stad heeft, na Sydney, de grootste natuurlijke haven ter wereld en die trekt vooral zeilers aan. Op Sandbanks, een verkavelde landtong langs de dokken, ligt van het duurste vastgoed ter wereld. Geen wonder dat je in Poole dus eerder een superjacht of een blitse Porsche ziet dan een dronken zeebonk. De Old Town, bij de vissershaven, telt flink wat Victoriaanse huizen en de kaaien bieden fraai uitzicht op de baai en haar eilanden. Je kunt er een bootje huren of de ferry nemen naar Brownsea Island (afvaart elke 30 minuten, tickets kosten 8,5 pond, ca. 10 euro). Deze brok groen is in handen van The National Trust, een vereniging die de belangrijkste historische en natuurlijke monumenten in het Verenigd Koninkrijk beheert. Leden meren gratis aan, alle anderen betalen 5 pond (ca.5,90 euro). Goed om te weten voor wie ooit bij de scouts is geweest : op Brownsea Island hield stichter Robert Baden-Powell in 1907 het eerste scoutskamp.

Bijlange geen eigentijdse chic in Weymouth. De stad en het nabijgelegen Portland Island mogen zich dan wel opmaken voor de zeilraces van de Olympische Spelen 2012, dat kan niet verhullen dat de gouden dagen hier al enkele decennia achter de rug zijn. De winkelstraten zijn er om dagjesmensen van een snelle hap en de nodige koopjes te voorzien, en de gokhallen bij de Pleasure Pier mikken op goedkoop tijdverdrijf. Maar bij the seafront gaan vergane glorie en kitsch hand in hand. Statige gebouwen uit het interbellum kijken uit op het water en op het strand wisselen retrostandjes met limonade af met kleurrijke snack-shacks. Om de kleinsten zoet te houden zijn er trampolines, een draaimolen en een poppenkast waar Punch & Judy tweemaal daags present geven. Midden op de dijk pronkt de Pier Bandstand, een fraai bouwwerk waar vroeger werd geconcerteerd. Tegenwoordig biedt het onderdak aan een Chinees restaurant en een ijsbar. Typisch Weymouth : hier hangt iets tacky in de lucht. Er is een treintje dat de hele strandstrook afrijdt (1,5 pond, ca 1,76 euro). Onderweg geniet je van voorbijschuivende strand-cabines, vakantievilla’s en de majestueuze kustlijn.

JURASSIC COAST

De kustlijn is hét uithangbord van Dorset : de Jurassic Coast bestaat grotendeels uit duizelingwekkende kliffen en is opgenomen in de werelderfgoedlijst van Unesco. Een natte droom voor fotografen en fossielenjagers, maar een nachtmerrie voor scheepskapiteins. Delen van de kustwateren zijn erg moeilijk bevaarbaar, in de loop van de geschiedenis is menig schip er op de klippen gelopen.

De absolute highlights vallen te bewonderen bij West Lulworth. Het minuscule dorpje (één straat, vijf pubs) geeft uit op Lulworth Cove, een goddelijke, bijna ronde baai waar je zo het azuurblauwe water wil induiken. Jaarlijks bezoeken meer dan een miljoen mensen dit wonder der natuur, ’s zomers is het er over de koppen lopen. Het nabijgelegen bezoekerscentrum biedt heel wat informatie over het ontstaan en de geschiedenis van de kust.

Aan de overzijde begint de steile klim naar het meest adembenemende fenomeen van de Jurassic Coast : Durdle Door. Een frappante rotsformatie staat er als een brug in het water en doet denken aan de Azure Window op Gozo, Malta. De wind en het water hebben een groot gat in de krijtsteen gesleten, je kunt er dwars doorheen kijken. Durdle Door laat zich het best bewonderen vanaf de hoge helling waar je overheen moet. Bij helder weer kun je er ook de Purbeck Hills, Weymouth en Portland Island zien. Een smal wandelpad leidt naar de stranden in de Durdlebaai, tot vlakbij Durdle Door. Hoewel dit deel van de kust in handen is van een erg welgestelde familie, zijn de kliffen publiek toegankelijk. Er loopt een weggetje vanaf de grote parking bij Lulworth Cove. Maar wie een shortcut verkiest, kan zijn tocht beginnen bij het hogergelegen Durdle Door Holidaypark.

De wandelroute hier maakt deel uit van The Dorset Coastal Path. Met zijn uitgebreide netwerk van voetgangerspaden leent het graafschap zich voortreffelijk tot slow traveling. Je kunt onder meer de hele Jurassic Coast afstappen, van het oostelijke Swanage (de geboortestad van Basil uit Fawlty Towers !) tot Lyme Regis in de uiterste westhoek. Reken wel dat je er acht tot tien dagen over doet, en dat flink wat stukken erg steil zijn.

AAN CHESIL BEACH

In de buurt van Abbotsbury speelt Dorset al zijn troeven tegelijk uit. Tegen het schitterende decor van Chesil Beach ligt tussen de plooien van pastorale heuvels het charmante plattelandsdorp verscholen. Abbotsbury sleept een geschiedenis mee om U tegen te zeggen : vanaf de vroege middeleeuwen speelde het dorp achtereenvolgens een belangrijke religieuze, economische en militaire rol. De hoofdstraat bestaat uit een lange rij achttiende-eeuwse cottages in kalk- en leisteen. Er zijn enkele artisanale winkeltjes zoals Abbotsbury Honey en de Bride Valley Farm Shop waar je lokale delicatessen kunt inslaan. Want net als elders in Zuid-Engeland, is men hier trots op de eigen oogst. Onder het motto be local, buy local worden streekproducten gepromoot. En dat zijn er wel wat, Dorset is en blijft een agrarische regio. Biogroenten en -eieren vind je hier gewoon op straat : wie te veel heeft, biedt zijn waar bij de voordeur aan. Het geld mag je vaak gewoon in de brievenbus droppen.

Abbotsbury zit vol verrassingen. Neem de tijd om rond te wandelen en je ontdekt de ene parel na de andere. Saint Nicolas Church bijvoorbeeld, een eeuwenoude kerk met een innemende, mysterieuze begraafplaats. Vlakbij liggen de restanten van de middeleeuwse benedictijnerabdij. En op de hoogste heuvel, bij de zee, prijkt Saint Catherine’s Chapel. Dit vijftiende-eeuwse godshuis toornt boven het dorp en een flink stuk van de kustlijn uit en was lange tijd een belangrijk herkenningspunt voor zeelieden. De kapel, gebouwd ter ere van de Heilige Catherine, beschermheilige van de oude vrijsters, is nog steeds een bedevaartsoord voor eenzame zielen op zoek naar een wederhelft. Leuk om te weten voor wie van muziek houdt : deze kapel inspireerde Polly Jean Harvey voor het nummer The wind. Ze ligt dan ook op een erg bijzondere plaats. Daarboven, op de heuvel, hangen zo’n overweldigende schoonheid en mystiek in de lucht dat je er stil van wordt. Je hebt er een weids zicht op Abbotsbury én de nabijgelegen kust, een kilometerslange kiezelbank waar het water wild tegenaan beukt. Chesil Beach (vereeuwigd in de roman Aan Chesil Beach van Booker Prizewinnaar Ian McEwan) is hier op zijn allermooist.

In de buurt van de oude abdij heeft zich duizenden jaren geleden een natuurlijke lagune gevormd. Deze Fleet Lagoon is de ideale broedplaats voor duizenden zwanen en tal van andere vogels. U weet het of niet, maar alle zwanen in het Verenigd Koninkrijk zijn volgens een middeleeuws charter eigendom van het staatshoofd. Met uitzondering van die in Abbotbsbury. Toen Hendrik VIII het lokale klooster liet ontbinden, werden de gronden verkocht aan een aristocratische familie. Ze kreeg er de rechten op de broedende zwanen bovenop : de Abbotsbury Swannery was een feit. Dit ornithologische paradijs is publiek toegankelijk (tickets 8 pond, ca. 9,40 euro). Alle vogels die er nesten, leven in volkomen vrijheid. Al worden de zwanen wel geringd : die met een wit bandje om hun poot behoren toe aan de Queen, die met een geel aan de Swannery. Elke dag om 12 en om 16 uur wordt er gevoederd. Een niet te missen spektakel : honderden zwanen die tegelijk neerstrijken om een graantje mee te pikken.

HET MILDE WESTEN

Hoe meer je naar het westen trekt, hoe milder de temperaturen worden. Het klimaat is zelfs geschikt om palmbomen of yucca’s in de tuin te laten groeien. De Subtropical Gardens van Abbotsbury hebben dan ook genoeg exoten in huis om elke herborist van zijn sokken te blazen. Absoluut de moeite om er even halt te houden, al was het maar om de heerlijke shepherd’s pie te proeven in de cafetaria.

Op weg naar Lyme Regis liggen enkele haast onooglijke kustdorpjes. In West Bay rafelt Chesil Beach uit tot een fijne zandstrook, geprangd tussen steile kalkrotsen en de aanrollende zee. Het strand wordt graag bezocht door zonnekloppers en het dorp is populair bij seafood lovers. Je eet er voortreffelijke zeevruchten en vis in de bistro’s en aan de fish’n’ chips-standjes bij de haven. Zelf vissen op krab is er een plaatselijke sport. Bij Seatown heb je zicht op Golden Cap, het hoogste punt van de Jurassic Coast.

En dan is er Lyme Regis zelf, een deftige badplaats op de grens met het graafschap Devon. Je kunt er een prettige middag slijten in de op- en neergaande straten van het centrum of een lange wandeling maken langs het strand. Prima terrein voor fossielenjagers : erosie en regelmatige aardverschuivingen maken dat hier behoorlijk wat souvenirs uit het dinosaurustijdperk te vinden zijn. Wie niet genoeg kan krijgen van de Tyrannosaurus en consorten, kan zijn hart ophalen in het Dinosaurland Fossil Museum (tickets 4,5 pond, ca. 5,30 euro).

We raden van harte een wandeling langs The Cobb aan. Deze pier/havenmuur werd beroemd dankzij Meryl Streep, die er in de film The French Luitenant’s Woman over het wijde water tuurde. Je kunt er met makreelvissers mee op zee en er is een klein maar erg charmant aquarium (tickets 5 pond, ca. 5,90 euro ).

LIEFDE VOOR VROEGER

Dorset heeft ook weg van het water heel wat te bieden. Het lijkt wel of de Industriële Revolutie dit deeltje van Engeland destijds heeft overgeslagen. De grond is er dankzij krijt- en kleilagen erg vruchtbaar, landbouw en veeteelt (vooral voor de zuivelindustrie) zijn de belangrijkste bron van inkomsten. Tussen uitgestrekte graslanden liggen stille dorpen zoals Martinstown, Shaftesbury of Beaminster. In Sherborne zijn de huizen zonder uitzondering uit witgele kalksteen opgebouwd, maar het is de imposante abdijkerk die er bij het binnenrijden van de stad de show steelt. In de buurt zijn flink wat kastelen en ruïnes van oude burchten te vinden.

Dit eeuwenoude graafschap sluit zijn verleden graag in de armen : overblijfselen uit vervlogen tijden worden prima geconserveerd. The Giant in de buurt van het slaperige dorpje Cerne Abas springt ongetwijfeld het meest in het oog. Deze naakte (en erg royaal geschapen) gigant die in een heuvelflank is uitgehouwen, stamt volgens de dorpelingen uit de tijd van de Romeinen. Ja, toen al was deze streek een juweel aan de kroon.

DOOR NATHALIE VAN LAECKE

DE DOOR UNESCO GEKLASSEERDE JURASSIC COAST MET ZIJN DUIZELING-WEKKENDE KLIFFEN IS HÉT UITHANGBORD VAN DORSET.

OP DE HEUVEL BIJ SAINT CATHERINE’S CHAPEL HANGT ZO’N OVERWELDIGENDE SCHOONHEID, DAT JE ER STIL VAN WORDT.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content