BOEKEN
Moet je dat van jongs af aan doen?
Moeten zinnen bij elkaar passen?
Ja of nee
Moet het rijmen
Ja of nee
Moet er ritme inzitten?
Is dit een gedicht
Of niet?
Jan Zoutenbier
Gewoon dood gaan
Doodgewoon
Omdat iets niet meer werkt
zonder dat je het merkt.
Uba Cabdul
Allebei uit ‘Ik schilder de honden blauw, 164 gedichten van mensen met een verstandelijke handicap.’ Uitgeverij De Stiel, postbus 1381, 6501 BJ Nijmegen, Tel. +31-24-322 75 05, website: www.de-stiel.demon.nl
Het interesseert niemand,
dat ik nog elke Schotse terrier Jock noem,
omdat de hare zo heette.
En mij helpt het niet.
Uit ‘L. TH. Lehman, gedichten 1939-1998’. (De Bezige Bij, 1500 fr.)
O halvemaan
Half-brein, helderheid Neger, vermomd als blanke,
Uw duistere
Amputaties krioelen en jagen angst aan
Uit ‘Mijn uren zijn met schaduw gehuwd’, gedichten van Sylvia Plath, vertaald door Lucienne Stassaert. (Verdeler Van Halewijck, 795 fr.)
Ik ben de weg
Ik sta als een pijl
gericht op de verte,
maar in de verte
ben ik
weg.
Als je me volgt,
hierheen, daarheen, hierheen,
moet je er komen,
hoe dan ook.
Weg is weg.
Uit ‘Bitterzoet – honderd gedichten van vroeger en zeventien nieuwe’, Cees Nooteboom. (De Arbeiderspers, 699 fr.)
Lood slaat de lucht dicht.
Duiven treuren op druipende takken.
Weer geen weer voor vliegen.
Uit ‘Poging tot benadering’, gedichten van Theo Monkhorst. (BZZTôH, 590 fr.)
Steeds weer uit liefde
word ik je diafane bruid
stap losjes uit mijn woorden,
als uit te ruime kleren en
sta voor jou in transparante huid.
Binnen de kamers van de taal
kleed ik mij lenig voor je uit en
je bewoont mij tot in de teerste kern.
Uit ‘Transparant’, gedichten van Lieve van Impe. (Manteau, 595 fr.)
Na de rust de kwetsuren
verbinden in letters. Handen
op tafel. Uren luisteren naar
het ruisen van ongebruikte
zenuwbanen, met ontheemde
spieren stil meehuilen. Nu,
in de tweede, de wrede helft:
afleren, opschrijven en ontberen.
Uit ‘De tweede helft’, gedichten van Anna Enquist. (De Arbeiderspers, 599 fr.)
Dit weet ik van de beuk: hij brult
binnensmonds, als ik hem nader
en ’t oor leg op zijn bast geduld,
hoor ik zijn stem, hoor ik mijn vader.
Dat is de wijsheid van het hout:
tweehonderd jaar in strenge ringen
die elkaar stutten en verdringen
en, goed geweerd, wordt het nooit oud.
Mijn hand erop, voor altijd blijft hij zingen.
Uit ‘Korniljoebloed’, gedichten van Hubert Van Herreweghen. (Lannoo, 595 fr.)
Hoe men ook draait en keert
of rukt of bindt of snijdt
knipt of lijmt
rent klemt
brandt schendt
temt of bevrijdt;
vast
zit men aan de liefde.
Als geklonken klinkt dat.
Daarom danst men om elkaar.
Uit ‘Eskimoteren’, gedichten van Elma van Haren. (De Harmonie, 595 fr.)
25 januari 2001 is Gedichtendag, een initiatief van Poetry International en Behoud de Bergeert. Het evenement vindt plaats in Tweebronnen, de openbare bibliotheek van Leuven, Rijschoolstraat 4. Info: VVV-Leuven, Tel. 016-22 70 99.
Griet Schrauwen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier