OP ZOEK NAAR HET LICHT

Nogal wat mensen zouden het zinvoller vinden, mocht er op school in plaats van zedenleer en godsdienst een cursus gegeven worden waarin de geschiedenis en de betekenis van de verschillende religieuze en levensbeschouwelijke systemen op een neutrale manier uit de doeken worden gedaan. Mocht het er ooit van komen, dan is een basiscursus al voorhanden: in De religies uitgelegd aan mijn dochter (Atlas, 273 fr./ 6,77 euro) heeft Roger-Pol Droit slechts 63 pagina’s nodig om uit te leggen wat de verschillen zijn tussen de belangrijkste godsdiensten. Hij doet dat in een conversatie met zijn dertienjarige dochter die hem tijdig onderbreekt als hij een moeilijk woord gebruikt. Zo wordt heel snel duidelijk wat het verschil is tussen heilig en profaan, tussen verdraagzaamheid en fanatisme, tussen polytheïsme en monotheïsme, tussen de bijbel en de koran… Zelfs het voor ons westerlingen buitengewoon complexe hindoeïsme weet de auteur op enkele bladzijden helder te maken.

Zo pedagogisch helder Roger-Pol Droit is, zo verward en verwarrend is Vanzelfsprekend (Stichting Kunstboek, 599 fr./ 14,85 euro) van Lama Karta en Jean-Marc Nikolic over het Tibetaans boeddhisme. Geen makkelijke materie uiteraard, maar de auteurs hebben nauwelijks moeite gedaan om die voor buitenstaanders toegankelijk te maken. Het is echt een boek voor volgelingen, en dat zijn ook de drie werken van Osho (ook bekend als Bhagwan, de Rolls-Royce-goeroe) die bij The House of Books verschenen. Zijn verhaal (605 fr./ 15 euro), Jaren van wijsheid en Moed als wijsheid (beide 424 fr./ 10,50 euro) zijn uitgegeven om mensen naar de meditatiesessies in de nog steeds florerende commune in Poona te lokken. Voor u vertrekt, denk aan Osho’s woorden: “Ik ben een spoeler van hersenen.”

Wie in deze richting zoekende is, kan misschien beter terecht bij Krishnamurti, de fotogeniekste wijze van de vorige eeuw. Lezenswaardige bedenkingen over meditatie vind je in Het licht in jezelf (Rainbow Pocket, 320 fr./ 7,25 euro). (PM)

IMPRESSIONISTE

In verband met de impressionisten vallen meteen de namen van Monet, Degas, Renoir, Cézanne en anderen. Weinig bekend is dat bij deze groep rebelse schilders ook een vrouw hoorde: Berthe Morisot. Zoals zovele jonge meisjes van haar tijd begon ze te tekenen en schilderen als tijdverdrijf, maar al snel ontdekt ze dat schilderen voor haar een roeping is. In Berthe Morisot. Het geheim van de vrouw onder de impressionisten (Meulenhoff, 827 fr./ 20,50 euro) beschrijft Dominique Bona hoe deze vrouw een plaats verovert in een traditionele mannenwereld. Je ontmoet haar thuis al schilderend, volgt haar tijdens haar eerste ontmoetingen met Edouard Manet (ze trouwt later met diens broer Eugène), voelt hoe ze twijfelt aan haar kunstenaarschap, ziet hoe ze weigert concessies te doen. Bona tracht de sfeer van toen op te roepen, zoekend naar de rol die Morisot speelde binnen de groep. Een rol die niet onderschat mag worden: Morisot wordt door haar collega’s ten zeerste gewaardeerd. Morisot schilderde taferelen dichtbij huis: haar zussen, haar dochter, spelende kinderen,… In 1896, één jaar na haar dood, organiseren haar vrienden impressionisten een tentoonstelling van 394 doeken. Bona goochelt een beetje met namen van schilders en hun werk, maar ondanks alles blijft dit een meeslepend portret van een krachtige, intrigerende vrouw. (HV)

MEEDOGENLOOS EN VERHEVEN

De Gouden Gids Manuscriptprijs is een initiatief van Uitgeverij Manteau en Promedia, en publiceert en promoot het beste boek uit ingezonden manuscripten. Het is niet simpel om hoogte te krijgen van Een brief aan Jack Nicholson (Manteau, 706 fr./ 17,50 euro) van Jan Posman, de winnaar van de tweede Manuscriptprijs. (zie ook het interview op pag. 68.) Het boek waagt zich aan de beschrijving van één dag in het leven van een reclameschrijver, en is vooral cynisch van toon. De observaties van de hoofdpersoon zijn amusant, maar soms op het saaie af, alsof je voortdurend geforceerde of puberale muizenissen zit te volgen. Op andere momenten is de absurditeit van het dagelijkse leven zeer herkenbaar. Ofwel heeft Posman, net zoals zijn personage, tijdens zijn autoritten cassettes ingesproken over alles wat hij zag en associeerde, ofwel heeft hij werkelijk een ongelooflijke fantasie. Wie zich niet stoort aan de meedogenloosheid én de verhevenheid van een cynische geest, zal aan de observaties van Posdam zeker plezier beleven. ( GVdB)

MORSE IN BOEKVORM

Hoe spannend zijn misdaadromans waarvan je weet dat de inspecteur die het onderzoek leidt in de laatste aflevering sterft? En van wie je uiteindelijk ook de voornaam te weten komt? Ik heb het over E. Morse, de politieman uit Oxford, die vooral door de televisiereeks bekend is geworden. En ja, de romans blijven boeiend en spannend. Colin Dexter, de geestelijke vader van Morse, is een goed en rustig verteller.

Drie romans zijn nu bijeengebracht in één boek: Morse Omnibus (Fontein, 731 fr./ 18,12 euro) In ‘Moord op de Barbara Bray’ lost Morse een misdaad op die meer dan een eeuw oud is, vanop zijn ziekbed. ‘Het raadsel van de derde mijl’ vertelt over de jeugdliefde van de inspecteur en in ‘De dochters van Kaïn’ wordt hij verliefd op een vrouw die zijn dochter had kunnen zijn. De knorrige, schraperige Morse naderde toen zelf de zestig. Of de boeken beter zijn dan de televisieserie? Laten we zeggen: even goed. (FB)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content