Er hangt een oor aan het nieuwe boek van ontwerper Richard Hutten. Net als aan zijn Domoorbeker en aan de zwervende poefs in het Centraal Museum in Utrecht. Straks opent in Grand-Hornu een tentoonstelling met zijn werk.

Mise en ab̨me, leerde ik op de universiteit, is een tekening of werk dat zichzelf voorstelt. Om het te onthouden bedacht ik destijds een concreet voorbeeld uit mijn kindertijd : op de achterflap van Tiny opde boerderij zit de heldin. In kleermakerszit en lezend in een Tinyboek met daarop een Tiny die leest in een boek waarop een lezende Tiny zit. Met een vergrootglas heb ik het bestudeerd. Ik moet eraan denken nu ik het nieuwe boek van Richard Hutten zie. Het boek Рeen overzicht van het werk van de Nederlander Рis immers omsloten met een gloednieuw ontwerp : een lichtblauwe kunststofcassette met een oor aan. Het is het eerste boek in een internationale reeks over ontwerpers bij Stichting Kunstboek. Telkens zullen zij de opdracht krijgen het boek zelf vorm te geven. Xavier Lust is de volgende.

Homo Ludens, noemt Hutten zich graag : de spelende mens. Gevraagd naar zijn drijfveren, is hij echter bloedserieus : “In een verslag van de meubelbeurs in Milaan las ik ergens : ‘Het lijkt wel of er meer ontwerpers zijn dan consumenten. ‘ Dat trof me. Door alle mediahypes wil iedereen ontwerper worden, maar uiteindelijk gaat het om de consumenten en niet om de ontwerpers. Dat wordt te vaak vergeten. Mijn boek heet niet toevallig Works in Use.”

Bent u een idealist ?

Absoluut !

En een humanist ?

Ook dat kan ik niet ontkennen. Het menselijke van mijn werk vind ik het allerbelangrijkste. In dit boek worden mijn objecten in een kader geplaatst. Geen producten tegen een witte achtergrond, maar in alledaagse situaties.

Ik maak geen kunst. Ik weet nog heel goed : het Stedelijk Museum in Amsterdam kocht bijna vijftien jaar geleden een stoel. Een week voor de expositie stond die nog hier in mijn bureau in Rotterdam en zaten we erop. Toen ik mijn stoel in het museum zag, wou ik er nog een beetje aan schuiven en er kwam meteen een suppoost op me afgerend. “Neen, daar mag u niet aankomen !” Dat was zo’n onnatuurlijke situatie.

Daarom heet de expositie in Grand-Hornu ook Do Touch ! Omdat ik echt wil dat mensen de voorwerpen als gebruiksvoorwerpen zien, niet als kunstobject. De culturele kant van mijn werk vind ik ook wel belangrijk, maar uiteindelijk wil ik gewoon dat mensen in hun dagelijkse leven plezier beleven aan mijn spullen.

Hoe hebt u die visie vertaald in het boek ?

Ik heb op mijn website een oproep geplaatst om foto’s op te sturen voor het boek. Voor ik aan het boek begon, zo’n twee jaar geleden, waren er af en toe mensen die spontaan foto’s opstuurden van mijn werk. “Kijk ! Ik heb dit thuis !” Dat is een compliment : dat ze met mij willen delen hoe blij ze ermee zijn.

En nu hengelt u naar complimenten door foto’s op te vragen ?

Neen, integendeel ! Ik draai het juist om : ik geef de gebruiker een compliment door het boek speciaal aan hen te wijden.

Waren de foto’s verrassend ?

Ontzettend, ja. Mijn werk komt op allerlei onvoorspelbare plaatsen terecht. Dat gaat van hier tot in Tokio. Met die foto’s – het zijn er meer dan duizend – komen mijn producten tot leven.

Ik heb ook een aantal mensen de opdracht gegeven om openbare ruimten, waar mijn spullen staan, te fotograferen. Een aantal bekende mensen, van wie ik wist dat ze mijn werk hadden, heb ik gevraagd om een foto op te sturen en een kleine tekstbijdrage te leveren : de ontwerpers Michael Young, Karim Rashid, Humberto Campana en nog een stuk of tien anderen hebben dat gedaan.

Info : Works in Use, Brigitte Fitoussi, Aaron Betsky e.a., Stichting Kunstboek, Engels, 240 p. 59 euro. ISBN 90-5856-176-3

Info : Do Touch ! Works in Use, van 25 juni tot 17 september in Grand Hornu Images, Noordvleugel, Rue Sainte-Louise, Hornu. www.grand-hornu.be

Vijf Weekend Knack lezers kunnen het designboek Works in Use winnen. Hoe ? Surf naar www.knack.be/weekend. Succes !

Door Leen Creve

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content