Vijf bekende Vlaamse lezers over het belang

van goede boeken in hun leven. En in hun huis.

Stefanie Everaert

Stefanie Everaert heeft de liefde voor het boek thuis meegekregen. Al van kindsbeen af leest ze graag. “Vroeger kon ik hele nachten doorlezen,” vertelt ze, “ondertussen is mijn leven wat regelmatiger geworden en lees ik vooral ’s avonds, het liefst in bed of in de fauteuil van Maarten Van Severen die in de woonkamer staat. Het bed is gescheiden van de leefruimte door de boekenkast. Ik zit er een beetje verscholen, maar kan toch nog zien wat er gebeurt in de rest van de kamer.”

“Mijn favoriete genre is de roman. Het voorbije jaar heb ik enkele boeken van de Japanse schrijver Haruki Murakami gelezen, ik vond ze stuk voor stuk mooi en bijzonder. Ook van het werk van schrijvers zoals Ballard en Douglas Coupland heb ik genoten. Daarnaast is het ook erg prettig om in architectuur- en kunstboeken te neuzen. Ze zijn vaak inspirerend en verrassend. Je kunt ze even openslaan, soms naar aanleiding van een project. Ze liggen dan een week op de tafel en nadien komen er weer andere in de plaats. Het is een komen en gaan van boeken.”

Stefanie Everaert is interieurarchitect bij Doorzon interieurarchitecten.

Friedl Lesage

Friedl Lesage komt graag in literatuurhuis Passa Porta, in de Brusselse Dansaertstraat. Om boeken te kopen of zich te nestelen in een van de gezellige, rode fluwelen zitjes. Ze wil graag een warme oproep doen aan alle caféhouders, om cafés te maken waar je in een gezellige sofa een boek kunt lezen. “Ik vind het fantastisch om op die manier te lezen, maar zulke plekken zijn er te weinig”, zegt ze. Het boek dat haar het meest is bijgebleven is Ulysses van James Joyce. “In mijn laatste jaar aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium van Antwerpen kregen we de opdracht om een heel jaar rond één bepaalde auteur te werken. Dat werd James Joyce. Toen we bij het begin van het jaar zijn naam hoorden, waren we eerder ontgoocheld dan enthousiast. Maar we hebben toen een jaar lang les gekregen van Geert Lernout, zowat de grootste Joyce-specialist in het Nederlandse taalgebied. Samen met hem Ulysses lezen is natuurlijk een godsgeschenk. Gedurende dat jaar hebben we ook een reis gemaakt naar Dublin en het pad gevolgd van Ulysses. Daar zijn we terechtgekomen bij een leesclub die het boek elke dinsdagavond bestudeert. Hilarisch om te zien hoe die mensen, al jaren aan een stuk, over elk woord discussiëren. Daar heb ik gemerkt dat mensen ook voorbij de liefde voor literatuur kunnen gaan. Dat James Joyce mijn lievelingsschrijver is, en Ulysses mijn lievelingsboek, is veel gezegd. Ik ben gewoon heel dankbaar dat ik de mogelijkheid heb gekregen om dat boek op die manier te lezen.”

Friedl Lesage is radio- en televisiepresentatrice.

Dorian Van der Brempt

De woning van Dorian Van der Brempt is een plek waar je kunt wegdromen in een boek. Naast de boekenkast in de leefruimte staat een zeteltje. Hier kun je Dorian op een zondagmorgen terugvinden, want dan is het licht er goed. “Boeken zijn een onuitputtelijke bron aan verbeelding”, zegt hij. “Met boeken deel je in de verbeelding van anderen. Ze brengen ook rust, ze zijn trage genotsmiddelen in een zeer snelle tijd. Een boek kan ook heel persoonlijk en intiem zijn in een tijd waarin het publieke zo domineert. Bij deBuren hebben we Radioboeken opgestart. Nederlandstalige auteurs schrijven en lezen een verhaal dat als tekst zal verdwijnen. Als je ze beluistert, zit de schrijver in je oor.” Een favoriet boek heeft hij niet. Hij houdt niet van ‘de mooiste miss’, ‘de grootste Belg’ of ‘het beste boek’. Maar heel lang geleden heeft hij Adolphe ontdekt van Benjamin Constant en in dat verhaal is één zin hem blijven achtervolgen : ‘ Nous sommes des créatures tellement mobiles, que les sentiments que nous feignons, nous finissons par les éprouver.’ Dat is negentiende-eeuwse Franse literatuur. “Vandaag houd ik van Philip Roth en J.M. Coetzee, laat ik me verrassen door Kader Abdolah, ga ik nog steeds op reis met Alberto Moravia en ontdek ik Nadia Dala en Bernard Dewulf.”

Dorian Van der Brempt is directeur van het Vlaams-Nederlands Huis deBuren.

Anna Luyten

Voor Anna Luyten is lezen er altijd geweest. Haar ouders lazen, haar grootouders, haar broers en zussen en haar kinderen lezen ook. “Als kind wilde ik zo snel mogelijk alles van de kinderafdeling van de bibliotheek uitgelezen hebben”, vertelt ze. “Ik las ook graag in encyclopedieën en woordenboeken. Met plezier. Ik gaf mezelf dan een maand per letter. Ik ben opgegroeid tussen boeken en in de stilten die met lezen gepaard gaan. De geladen, intieme stilten die heersen tussen mensen die samen aan het lezen zijn, daar heb ik altijd van gehouden. Bibliotheken of bijvoorbeeld een treinwagon waar iedereen leest zijn mijn favoriete plekken. Thuis lees ik het liefst liggend, in mijn bed, zetel of op een tapijtje op de grond. Op de eerste verdieping van mijn woning is er een kamer, overgoten door licht. Er staan enkel boeken, bloemen, een zetel en enkele tapijtjes. Het is mijn favoriete leesplek. Lezen is voor mij geen verstrooiing, het is veeleer een manier van leven. Het is uit curiositeit naar andere levens dat ik graag lees. Met een boek – of het nu een roman of een geschiedenisboek is – ga je toch een soort conversatie aan. Als het goed geschreven is, is die conversatie hoogstaand en verfijnd of verrassend. Dat is een luxe.”

“Montaigne trok zich aan het eind van zijn leven terug in zijn bibliotheek en begon essays te schrijven over de meest menselijke dingen. Hij haalt uitgebreid citaten aan van schrijvers. Het is zowat de mooiste verzameling beschouwingen die ik ken.”

Anna Luyten is redacteur bij Knack.

Anne Provoost

Het eerste boek dat Anne Provoost schreef, Mijn tante is een grindewal, haalde meteen de Boekenleeuw en de Interprovinciale Prijs voor Jeugdliteratuur binnen. Het werd in zes talen vertaald. Haar liefde voor het boek is ontstaan als jong meisje. Anne groeide op het platteland op, waar de dorpsbibliotheek al snel geen geheimen meer voor haar kende. Ze had er alle boeken gelezen. Nog voor ze zelf kon schrijven, dicteerde ze al aan haar moeder. “Ik kan me nog goed het eerste boek herinneren dat ik ooit gelezen heb. Dat was Hetkleine huis op de prairie van de Amerikaanse schrijfster Laura Ingalls Wilder. Als ik eraan denk, ga ik nog steeds wegdromen. In het boek wordt het gras van de prairie op zoveel verschillende manieren beschreven, de auteur gaf zoveel verschillende woorden voor ‘weide’. Wat er anders monotoon en saai uitzag, werd opeens veel interessanter. Het leerde me op een andere manier naar dingen te kijken. Toen is ook mijn liefde voor taal ontstaan, denk ik. Sommige boeken die ik lees, zou ik graag zelf kunnen schrijven. Dan denk ik : hoe zou dit verdergaan als ik dit zou doen ? Ik schrijf altijd mee met de auteur. Ook letterlijk : wanneer ik lees, neem ik graag notities en zit ik het liefst aan mijn bureau.”

Anne Provoost is schrijver.

Kijk : leesfanaten op Cocoon 2008

Deze vijf bekende lezende Vlamingen vind je (samen met vijf bekende Walen) terug op de tentoonstelling Binnenkijken bij boekenfanaten die Weekend Knack en Weekend Le Vif / L’Express samen organiseren op de woonbeurs Cocoon. Op die Brusselse beurs zullen traditiegetrouw honderden exposanten hun nieuwe meubelen, interieuroplossingen en decoratievoorwerpen voorstellen. Verder kan de bezoeker er terecht voor kleur- en interieuradvies, zes inspirerende trendplatforms en enkele tentoonstellingen : één met 100 designobjecten uit de twintigste eeuw of een expo van Design Vlaanderen en La Communauté Française rond het stapelen van boeken.

Info : Cocoon, interiors for all seasons, van 15 tot 23 november in Paleizen 5, 6, 7 en 9 van Brussels Expo, telkens van 11 tot 19 u.,

10 euro, www.cocoon.be

Door Jana Malfroid voor Owi . Foto’s Bart Van Leuven voor Owi

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content