BELGEN REIKEN NAAR HET TOPSEGMENT
Er beweegt wat in de Belgische horlogerie. Luxehuis Lebeau-Courally kocht zich zopas een ticket tot het selecte clubje van de haute horlogerie, terwijl Patton de komende maanden zijn eerste horloges met Belgisch design op de markt loslaat. Zelfs Ice-Watch laat zich verleiden tot meer kwalitatieve edities.
Als horlogemerk je eigen gangwerken fabriceren, is dé conditio sine qua non om tot het selecte clubje van haute-horlogeriemerken te worden toegelaten. Ook de West-Vlaamse industrieel Joris Ide, eigenaar van Lebeau-Courally – het horlogemerk gekoppeld aan de gelijknamige lederwaren en Luikse manufactuur van jachtwapens – kreeg daar al snel na de oprichting van zijn horlogemerk in 2010 hoogte van. Eén probleem : Ide is niet de enige speler op een druk gesolliciteerde markt. De gereputeerde manufacturen die weleens van eigenaar zouden kunnen wisselen, liggen bovendien niet voor het rapen. Na lang zoeken, slaagde hij erin om enkele weken geleden het Zwitserse bedrijf Innovations Manufactures Horlogères (IMH) en bijbehorend haute-horlogeriemerk Julien Coudray 1518 over te nemen. De manufactuur uit het Zwitserse Le Locle is al jaren gespecialiseerd in de ontwikkeling en productie van horloges, horlogekasten, gangwerken en horlogecomponenten en levert aan de meest vooraanstaande horlogemerken van groepen als Richemont en LVMH.
DE TIJD OP EEN DOLK
Julien Coudray, een van de allereerste Franse horlogemakers, raakte in 1518 bekend als uitvinder van de eerste draagbare horloges. Op vraag van koning Frans I van Frankrijk had hij het heft van twee van diens dolken uitgerust met een minuscuul horloge op een veer. Het naar de horlogemaker vernoemde horlogemerk Julien Coudray 1518 – zeer in trek bij verzamelaars – fungeert sinds zijn oprichting door Fabien Lamarche in 2007 als uithangbord van de expertise van de IMH-manufactuur. De horlogecollecties koppelen wetenschap en kunst(ambachten) aan techniek en esthetiek en daar horen prijskaartjes bij van tweehonderdduizend tot één miljoen euro. “Lamarche zal het bedrijf verder blijven leiden en de twee horlogemerken Lebeau-Courally en Julien Coudray 1518 zullen naast elkaar blijven bestaan”, vertelt Maxime Vyncke, accountmanager bij Lebeau-Courally. “Op Baselworld, de grootste horlogebeurs ter wereld die op 19 maart opent in Basel, zullen al de eerste horloges van Lebeau-Courally met in de eigen ateliers vervaardigd gangwerk gepresenteerd worden.”
DE TEST IN DE OCEAAN
Ook Bastenakenaar Jean-Pierre Lutgen, oprichter van Ice-Watch, reikt met de overname van Patton in maart vorig jaar naar een hoger marktsegment. De keuze voor dit merk was voor Lutgen een evidentie. “Met een prijs tussen 750 en 2000 euro (enkele met diamanten bezaaide damesmodellen buiten beschouwing gelaten) opereert Patton in een segment van mannenhorloges waar nauwelijks concurrentie is”, zo vertelt Lutgen. “Anderzijds was het de Amerikaanse Generaal George Patton – naar wie het horlogemerk is vernoemd – die tijdens het Ardennenoffensief in 1945 een einde maakte aan de omsingeling van Bastenaken door de Duitsers.” En laat nu precies Bastenaken de thuisbasis van Ice-Watch zijn.
Lutgen liet zich natuurlijk ook verleiden door de identiteit van de sportieve horloges die zelfs in de meest extreme omstandigheden de juiste tijd aangeven. Zo bengelt er al meer dan zes jaar een Patton Hyperbare – een gesofisticeerd duikershorloge – aan een schip op 43 meter diepte in de Indische Oceaan. “Af en toe duiken we in de oceaan om te kijken of het horloge nog juist loopt”, zo vertelt Lutgen. “Het geheim van de resistentie van de Patton Hyperbare schuilt in de versterkte horlogekast. Een vloeistof, op basis van olie en water, rond het kwartsgangwerk, de wijzers en de batterij voorkomt dat het horloge onder grote druk ontploft. Duiktests wezen uit dat het horloge een druk van meer dan een ton aankan. “Precies op het vlak van ultieme uitdagingen willen we met Patton nog een stapje verdergaan en denken we bijvoorbeeld aan tests met explosieven”, zo vertelt Lutgen. “Sinds de overname hebben we onder meer gezorgd voor een akkoord met de Pattonfamilie rond de rechten op de naam en de foto van generaal Patton wereldwijd. Daarnaast hebben we aan het design van de horloges gesleuteld. Zo werden de wijzerplaat, gesp en polsbandjes aangepast. Met een goed uitgebouwd concept, mikken wij dit jaar op 1500 tot 2000 horloges, terwijl Jean-Louis Le Bec, de oprichter van Patton, slechts 600 à 800 horloges per jaar verkocht.”
De commerciële neus van Lutgen in combinatie met het motto van generaal Patton (“In case of doubt, attack !“) en het unieke karakter van de horloges, moeten na Ice-Watch van Patton een tweede succesverhaal maken.
ACHTER DE SCHERMENIN CHINA
Dat Lutgen ook zijn goedkoopste horlogesegment Ice-Watch serieus neemt, bewees hij onlangs tijdens een open deur van zijn assemblagefabrieken in Shenzhen, de Chinese industriestad nabij Hongkong. Een groep van 25 internationale journalisten kon er met eigen ogen de omstandigheden zien waarin de Ice-Watch horloges worden geassembleerd en vooral getest. Nooit eerder had een horlogemerk zijn Chinese deuren geopend. “Ik wilde de Chinese fabrieken demystificeren”, zo vertelt Lutgen. “Wie een kopie koopt, moet goed beseffen dat hij fabrieken ondersteunt die noch het merkenrecht respecteren, noch de milieunormen, noch de sociale wetgeving, noch het verbod op kinderarbeid. Maar er zijn wel degelijk tal van correct werkende fabrieken in China. De drie assemblagefabrieken waar wij mee werken zijn ISO-gecertificeerd inzake milieu- en sociale normen.”
Bij Coming Technologies Ltd., de fabriek met zevenhonderd werknemers die voor Ice-Watch assembleert, treffen we kleine, goed georganiseerde teams van arbeiders aan. “Dat de arbeiders het naar hun zin hebben, blijkt uit het feit dat er nauwelijks verloop is”, zo vertelt een supervisor. “Naast hun maandloon van 160 euro – een supervisor verdient 600 euro – krijgen ze ook kost en inwoning op de terreinen van de fabriek. Sowieso worden arbeiders in de horlogerie in China beter betaald dan in andere sectoren omdat er ook meer precisie wordt vereist.” We bezoeken ook de testlaboratoria waar alle componenten en horloges grondig worden getest op UV- en waterresistentie. Daarnaast wordt het horlogeglas op schokken getest en de polsband op resistentie. “Onze horloges zijn de laatste jaren veel kwalitatiever geworden”, zo vertelt Lutgen. “Polycarbonaat als materiaal voor de horlogekast werd vervangen door minder breekbaar polyamide en de achterkant is nu op de kast gevezen. Daarnaast zijn onze horloges nu waterdicht tot op honderd meter en geschikt voor de meeste watersporten, terwijl dat vroeger slechts vijftig meter was. Kortom, door de productie toe te vertrouwen aan ervaren Chinese fabrieken hebben we het technische niveau van onze horloges naar een hoger niveau kunnen tillen.”
DOOR ANJA VAN DER BORGHT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier