BARON PHILIPPE VLERICK
Entrepreneur en commissaris-generaal van Europalia India
Ik heb meerdere dimensies in mijn leven. Ik ben zakenman, maar ik hou van kunst, ik lees veel, ik reis graag. Als ondernemer ben ik internationaal actief en ik ben voorzitter van de BICCI : The Belgo-Indian Chamber of Commerce and Industry.
India is net als Europa een cultureel lappendeken. Het verschil tussen een Indiër uit Andhra Pradesh en een uit Kerala is even groot als dat tussen een Fin en een Italiaan. Het land is zeer authentiek en zal dat waarschijnlijk nog lang blijven, al zie je in de steden tekenen van verwestering, vooral in de manier van kleden.
Alle Indiërs zijn gelijk voor de wet, maar tradities verdwijnen niet met één pennentrek. Gelukkig wordt het kastesysteem steeds meer teruggedrongen. Zeker in de economische en financiële wereld die erop gericht is de juiste mensen op de juiste plaats te krijgen, ongeacht hun afkomst.
Tegelijk met filosofie studeerde ik rechten, en in de VS behaalde ik een Master of Business Administration. Ik ging ook naar de Vlerick Business School die is opgericht door mijn oom André Vlerick en die zeer hoog scoort in de internationale rankings van topscholen.
In 2006 werd ik verkozen tot Manager van het Jaar. Ik zag dat bepaalde textielactiviteiten geen toekomst hadden in Europa, en fuseerde de denimafdeling van UCO met Raymond, een Indiaas familiebedrijf dat ook jeansstof maakt. Bij Raymond UCO denim werken nu 5400 Indiërs die jaarlijks 45 miljoen meter denim vervaardigen, goed voor ongeveer 40 miljoen broeken. Maar eigenlijk wilde ik UCO Sportswear in Gent herleiden tot een kleine entiteit zoals mijn tapijtenbedrijf B.I.C. : kleinschalig, luxeproducten, klanten wereldwijd.
Ons tapijt ligt in het Elysée in Parijs, in de Italiaanse senaat, bij sterren als Elton John en Mick Jagger. Onlangs heeft George Clooney een bestelling geplaatst. Mijn vader startte met B.I.C., Belgian International Carpets, in ’56 en richtte zich vooral op Amerika. Daar was de vraag naar Europees tapijt zo groot dat de fabrieken hier als paddenstoelen uit de grond schoten. Ik was 31 toen ik in ’86 het bedrijf van hem overnam. Maar ik kon een beroep op hem doen als ik hem nodig had, tot die dag in ’92 toen hij stierf aan een hartstilstand.
Mensen afdanken, voor een ondernemer is er niets zo erg. Van de tien Europese denimfabrieken die er in 2005 waren, bleef er door het wegvallen van het multivezelakkoord en de economische crisis slechts één over : Candiani in Italië. Ook ik heb er één moeten sluiten. Ik heb iedereen een persoonlijke brief geschreven, ben met veel mensen gaan praten. Ik zag de vertwijfeling in hun ogen. Dat vreet aan je en laat sporen na. Het is een mislukking, een pijnlijk falen.
Mijn vrouw is veel rustiger dan ik maar ze deelt mijn passie voor kunst en reizen. We vormen een goed team, denk ik. Onze vier kinderen, die nu volwassen zijn, heb ik altijd op het hart gedrukt : “Je moet je concentreren op wat je graag doet, want wat je graag doet, doe je goed.” Ik ben een familiale ondernemer, maar ik heb ze ook gezegd : “Je moet het eerst alleen doen. Voor je dertig bent, wil ik je zelfs niet horen. Na je studies werk je elders. En later zullen we wel zien, in samenspraak met onafhankelijke bestuurders, of het wenselijk is dat je bij ons komt werken.” Het té familiaal houden, kan funest zijn voor een bedrijf.
Mijn leven is gevuld maar uitgebalanceerd. Natuurlijk komt er stress aan te pas, maar dat ervaar ik niet als last. Vanmiddag om drie uur heb ik een afspraak met een journalist in Zaventem. Vanavond een diner in München. Morgenmiddag een vergadering in Brussel. I like that. Maar op vrijdag- en zaterdagavond probeer ik thuis te zijn en naar recepties tijdens het weekend ga ik zelden of nooit, want dan heb ik geen leven meer.
Philippe Vlerick (°1955) heeft diverse bestuursmandaten en is commissaris-generaal van de 24ste editie van Europalia die loopt van 4 oktober 2013 tot 26 januari 2014. www.europalia.eu
GRIET SCHRAUWEN & FOTO WOUTER VAN VAERENBERGH
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier