Internet gebruiken is één zaak, het Net mee helpen uitbouwen is heel andere. Vrouwen – en grrls – spelen daarin een almaar grotere rol.

Ann Lemmens – Annet.be

Mediaproducer

P lanet Internet lanceerde deze zomer een vinnige vrouwensite. Wie www.annet.be intikt, komt terecht in een wereld van bezige bijen.

“Ik ben bij Planet Internet begonnen met het uitbouwen van specials, waaronder de on line-kerstmarkt, nadien Valentijn. Naar aanleiding van de toenemende e-mails van vrouwen, wilde ik ook rond vrouwen iets opzetten. We hebben eerst gepolst via een enquète. Die was vrij gevoelsmatig en subtiel uitgebouwd rond statements. En dat werkte. Een stelling als ‘Internet is een mannenzaak’ werd scherp en op veel protest onthaald. Onze doelgroep zijn vrouwen tussen 25 en 35 jaar oud. Hun topdrie bestaat uit: vriendinnen, partner en job. Zodra er kinderen bijkomen, zie je conflicten ontstaan.

Vrouwen willen zich goed in hun vel voelen. Of het nu thuiswerkende of professionele vrouwen zijn, zolang er chemie bestaat tussen mannen en vrouwen, zullen vrouwen zich ook blijven interesseren voor beauty. Om de zwakke punten te camoufleren, de sterke te beklemtonen. Want daar draait het eigenlijk om.

Ik studeerde kunstgeschiedenis in combinatie met fotografie. Na vijf jaar Flair en drie jaar VTM ben ik bij Planet Internet terechtgekomen. Het Net is een specifiek medium met eigen spelregels. Je hanteert ook een andere taal, eentje dat veel directer is. Waar een krant, tijdschrift of televisieprogramma stopt, kunnen wij doorgaan. In die zin zijn de forums en de chatrooms heel boeiend, maar ze moeten een vertrouwelijke, veilige sfeer hebben. Pretbedervers kun je er gelukkig meteen afkeilen. De links naar andere sites is een heel belangrijke service. Stuur de mensen maar door, zegt hoofdredacteur Frederik Marain altijd, ze komen toch terug als ze weten dat ze bij Planet Internet of bij Annet bepaalde links kunnen vinden.

E-commerce spreekt natuurlijk tot de verbeelding, maar op dit ogenblik is het nog een enorme chaos. Boeken en cd’s, dat gaat vlot. Voor mode verwacht ik wel iets van de on line-verkoop van basics. Maar de omschakeling vraagt heel veel, en er zijn geen garanties. Vroeger kwamen de bakker, de melkboer en de brouwer aan huis. Dan heeft men geprobeerd om iedereen naar één punt te krijgen, naar de supermarkt, en dat is gelukt. Nu wil men weer van dat idee afstappen. Warenhuizen met een thuisleveringsservice of een afhaaldienst voor wat je on line hebt besteld, zijn een groot succes aan het worden. Bij vrouwen. Want mannen hoor je niet vaak zeggen dat ze wat vroeger willen vertrekken omdat ze nog boodschappen moeten doen. Als vrouwen merken dat zo’n dienst in hun voordeel loopt, maken ze er gretig gebruik van.”

Isabelle Gheysen Bobex.com

Medeoprichtster en business-expert

Via www.bobex.com kunnen klanten hun zoektocht naar een geschikte leverancier efficiënter doen verlopen.

“In de reclamewereld heb je een jonge, dynamische sfeer en die vind je terug in alles wat met e-commerce en Internet te maken heeft. Bovendien is het nieuw voor iedereen en dat geeft een speciale dynamiek. In andere sectoren zit je met vaste stramienen, vaste methodes, hier valt nog zoveel te ontdekken. Ja, met vallen en opstaan, maar dat neemt iedereen erbij. Want het evolueert snel, je moet constant opnieuw beginnen.

Ik heb economie gestudeerd en dan een MBA op Solvay gehaald. Ik werkte als accountmanager bij VVL/BBDO en tijdens mijn zwangerschapsverlof vroeg een vriend me of ik wat tijd wilde vrijmaken om mee te denken over een internetproject. Aanvankelijk dacht ik dat zoiets alleen voor mensen met een informatica-achtergrond was, maar dat is dus niet zo.

Van een hobbyproject is dat snel een heus bedrijf geworden. Wij concentreren ons op een bepaald stuk van de markt waar geen tussenpersonen zijn: bijvoorbeeld leveranciers van promotieartikelen. Dat zijn alleenstaande bedrijven, een gefragmenteerde markt. Wie een brochure wil uitgeven, een tent huren, merchandising bestellen – noem maar op – weet vaak niet waar te beginnen en heeft ook geen tijd om de markt grondig te verkennen. Wij maken het zoeken naar een leverancier efficiënter. Een klant lanceert bij ons een vraag en via een uitgebreid aanbod in diverse sectoren kunnen wij vrij snel valabele offertes bieden.

Wat de on line-verkoop betreft, denk ik dat sommige artikelen zich daar beter toe lenen dan andere. Schoenen en hemden lijken me bijna onmogelijk, tenzij je altijd hetzelfde merk draagt. Mijn man winkelt niet graag, draagt meestal hemden van hetzelfde merk en dezelfde maat, dus voor hem is het on line bestellen een oplossing. Maar ik vermoed dat voor alles wat mode aangaat, het web vooral een aanvullend, informatief kanaal blijft.

Een Amazon.com voor kleren maken, is toch moeilijk. Levi’s is op een bepaald moment jeans beginnen te verkopen op het Net, dat is om problemen vragen: ze gaan in rechtstreekse concurrentie met hun distributiekanalen, zonder rekening te houden met de afgesproken winstmarges. Voor ons ligt dat anders, Bobex.com concurreert niet met iets wat off line bestaat.”

Tania Peeters – Arboth.com

Software-ontwikkelaarster en webdesigner

De site www.arboth.com – Ariadne’s ball of thread – leidt mensen doorheen de doolhof van on line-leren.

“Ik maak on line-cursussen voor Internet of intranetten. Voor de VUB zijn we bezig met een cursus sociologie, maar wij ontwikkelen ook introductiepakketten voor nieuwe medewerkers in bedrijven, security- en softwaretrainingen. Ik bouw de cursussen en maak de webpagina’s, werk dus zeer projectmatig. Dat is een hele uitdaging, want mensen die vertrouwd zijn met websites verwachten een soortgelijke interactie als ze on line gaan studeren.

Leren op Internet vraagt een grote inspanning van de cursist zelf, je moet uitzoeken hoelang mensen hun aandacht bij bepaalde pagina’s op het scherm kunnen houden, wanneer, waar en hoeveel interacties of opdrachten je moet inbouwen. Want daarmee hou je de aandacht en de motivatie scherp. Het spelelement is ook belangrijk, maar je mag niet vervallen in edutainment.

Ik studeerde communicatiewetenschappen en arbeidspsychologie. De technologie rond internettoepassingen heeft me nooit afgeschrikt. Wat ik moet kennen, leer ik al doende. Daar neem ik geen extra lessen voor. Ik geef intussen zelf al les in hoe je websites maakt. Je bent wel verplicht om op de hoogte te blijven, want alles verandert constant.

Mensen krijgen het nog altijd een beetje benauwd van het idee om van een scherm te leren. Als Internet in nog meer huiskamers binnenkomt, en eerder als instrument dan als technologie gezien wordt, dan valt die drempel wel weg.

Bovendien krijg je feedback, je zit daar niet de hele tijd in je eentje te leren. Of die feedback nu van een tutor komt of van je medecursisten, dat maakt weinig uit. Elke cursus heeft trouwens een begeleider bij wie je terechtkunt als je vastzit.

De grote pluspunten van on line-studeren zijn dat je in je eigen tempo kunt werken, volgens je eigen kunnen. Je kunt trouwens je eigen opleidingsprofiel samenstellen. De sterkte of het unieke van Arboth is dat wij uitgaan van de student zelf. Op dit moment zijn we nog de enigen in België op deze specifieke markt. On line-leren is een internettoepassing die voor bedrijven alvast bijzonder goed werkt. Scholen vinden de investering vrij groot, dat komt maar heel geleidelijk op gang.”

Claudine Descheemaecker – GMoney.com

Medeoprichtster en marketingmanager

G Money is een rasechte Silicon Valley-startup. Een praktisch concept rond groepsfinanciering.

“Iedereen doet zo blasé: ‘Internet? Ach, wat een hype, kijk maar uit, want dat gaat toch allemaal crashen.’ Natuurlijk zijn er risico’s als je een dot.com start. Maar toen Ford zijn auto’s begon te bouwen, liep het ook niet van een leien dakje. Of stond de televisie in twee jaar in alle huiskamers? Met Internet is dat net hetzelfde.

Ik heb handelswetenschappen gestudeerd in Antwerpen. Met een zwak voor psychologie. Ik heb een masters gehaald in neurolinguïstisch programmeren. In Brussel werkte ik bij CPM, het grootste fieldmarketing-bedrijf in Europa.

Maar ik heb op een bepaald moment besloten dat ik naar de Valley moest, naar San Francisco, het actiecentrum van mijn generatie. Werk is zo belangrijk, het beheerst 90 procent van je tijd, dus mag het best prettig zijn. Dat is in de Valley zo’n beetje de mentaliteit. De mensen zijn er tussen de 25 en de 35, ouder kom je ze nauwelijks tegen.

Het sociale leven verloopt via networking-party’s, waardoor je niet alleen generatiegenoten tegenkomt met dezelfde interesses, maar ook op de hoogte blijft van wat er gebeurt. Wat wil je nog meer?

België is zo verschillend. Iedereen wil met een vrouw werken, zolang die geen trapje hoger staat. Bovendien word je als vrouw niet altijd au serieux genomen voor wat je doet, wel voor hoe je gekleed gaat. Ten slotte word je snel voor te jong aangezien. Hier zit ik midden in een netwerk van gelijkgezinden.

Wij managen dus groepsfinanciering over het web. Of dat nu mensen zijn die samen een huis bewonen, of gaan skiën met vrienden, samen gaan trekken of voor de opvang van hun kinderen een beroep doen op dezelfde mensen, of ’s middags de broodjes gaan kopen voor op het werk. De afrekening daarvan is een vervelend karwei, tijdrovend en vaak leidt het tot frustraties omdat sommigen de indruk hebben dat ze meer uitgaven dan dat ze terugkrijgen. GMoney doet dat voor hen. De markt van de shared households en roommates is enorm groot in Amerika. Daar gaan we nu achteraan.

De volgende stap is licenties nemen op alles wat event-organisaties zijn, of communities on line, en onze technologie kunnen gebruiken. Heb ik niet genoeg over mode gepraat? Ik heb onlangs iets grappigs gelezen, de mode-industrie zou graag Silicon Valley aanpakken. Dat zou niet slecht zijn, want de meesten lopen er een beetje slonzig bij, vies zelfs. Maar er zal veel moeten gebeuren om daar cultuur in te brengen. De laatste weken hebben we echt dag en nacht gewerkt, de meeste programmeurs blijven werken tot ze niet meer kunnen en nestelen zich dan onder hun bureau. Als ze wakker worden, doen ze weer voort. Op een dag hebben we ze allemaal meegenomen naar buiten, de boot op. Anders wordt het ongezond.”

Marleen Wynants / Foto’s Lieve Blancquaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content