Aan tafel moet je op je qui-vive zijn
Tv-makers Bart De Pauw en Jan Verheyen zijn goeie maatjes. Dat ze sinds kort voor concurrerende zenders werken, verandert daar geen sikkepit aan. Geregeld houden de twee cinefielen op zondag rendez-vous in de bioscoop.
Je zou ze niet meteen aan elkaar linken : Jan Verheyen, die samen met Bert Geenen over de nieuwe programmapolitiek van VTM waakt, en Bart De Pauw, een van de creatieve geesten van productiehuis Woestijnvis. Ze lijken totaal verschillende types. Waarschijnlijk had Verheyen zelf niet verwacht dat het zo erg zou klikken toen hij in 1996 voor het eerst contact zocht met De Pauw. Hij vroeg de scenarist/acteur, die zich toen met Buiten de zone had doen opmerken, voor een rol in zijn film Alles moet weg.
Jan Verheyen : “Omdat ik een sullige, latente homoseksueel zocht, kwam ik vanzelf bij Bart uit.” ( lacht)
Bart De Pauw : “Toen Jan me de eerste keer opbelde, had ik het beeld van de man met de zeer foute dassen. Het was in mijn ogen iemand die impulsief zijn mening gaf, waardoor hij veel mensen voor het hoofd stootte. Ik had eerlijk gezegd het idee dat hij niet aangenaam was. Schoorvoetend ging ik dus naar ons eerste gesprek. Al snel weken de vooroordelen. Wat hij te zeggen had, was gefundeerd, moest ik toegeven. Hij had een visie. Gelukkig zijn de dassen intussen verbannen.”
Was dat uw invloed ?
Verheyen : Veeleer die van Lien, mijn vrouw. Ook dat scherpe kantje is er intussen wat af, denk ik.
De Pauw : Hij is inderdaad gemilderd. Toen we Alles moet weg draaiden, stelden we vast dat we meer raakvlakken hadden dan verwacht.
Verheyen : Toen ik nadien een scenarist zocht voor Team Spirit was ik vrijwel zeker dat de thematiek Bart zou aanspreken. Ik hoopte dat hij in die film zou zien wat ik erin zag en dat was ook zo. Al blijf ik open staan voor nieuwe mensen, ik kan moeilijk ontkennen dat het prettig is om te kunnen samenwerken met je vrienden. Ik zal nooit iemand casten van wie ik weet dat het een klootzak is.
Je kunt ook mensen verkeerd inschatten, zoals Bart net opbiechtte.
De Pauw : Ik heb dat wel vaker. De eerste indruk die ik had van de mensen die mijn beste vrienden zijn geworden, was doorgaans slecht.
Verheyen : Als je in de media komt, vormen mensen die je niet kennen zich soms een heel uitgesproken mening over je. Rationeel aanvaard ik dat, maar emotioneel heb ik het daar wel eens moeilijk mee. Ik realiseer me echter dat ik moeilijk van deur tot deur kan gaan om iedereen te overtuigen. Intussen ben ik erachter gekomen dat ik de principieel blinden niet ga kunnen genezen.
Wat vond je verrassend aan Jan toen je hem leerde kennen ?
De Pauw : Zijn gevoel voor humor. Ik vind Jan heel grappig. ‘De principieel blinden’ is bijvoorbeeld een term die enkel hij kan uitvinden. De passie voor film is ons bindmiddel. Geregeld gaan we op zondag om elf uur ’s ochtends naar de bioscoop. Nadien zakken we gewoontegetrouw naar een Italiaans restaurant af. Meestal mét onze vrouwen, maar soms ook alleen.
Raken jullie het altijd snel eens over de keuze van de film ?
De Pauw : We gaan niet noodzakelijk naar dezelfde. Soms wil ik naar een film die Jan al gezien heeft. Jan is een veelvraat. Ik hoef niet alles gezien te hebben. Door tijdsgebrek ben ik selectiever. Als Jan naar een Amerikaanse screwball of horrorfilm wil, kies ik voor iets anders.
Verheyen : Bart deelt mijn obsessie niet voor alles wat cult, horror en wansmaak is.
De Pauw : Ik heb de Nacht van de wansmaak op dvd gekocht en ik vond dat wel geestig. Het hééft wel een zeker humorgehalte. Maar al die Halloween-films : nee, bedankt.
Verheyen : Er zit ongelooflijk veel rotzooi tussen, maar sommige springen er echt uit. Die probeer ik dan ook aan Bart te signaleren. Met zachte dwang.
De Pauw : Scream was oké. Wat we met onze andere kameraad Erik Van Looy gemeen hebben, is dat we van goeie Amerikaanse, mainstream films houden. Die hard of Gladiator bijvoorbeeld. Die zijn commercieel, maar intelligent gemaakt. Dat zien we liever dan één of andere Noorse zwart-witfilm zonder dialoog. Maar als er een Cidade de Deus uitkomt, zijn we het er roerend over eens dat die klasse is.
Verheyen : We zijn met ons drietjes nogal complexloos. We staan open voor alles, maar we hebben een zesde zintuig voor extremen. Waar we niet op kicken, zijn enerzijds de platte commerciële troep à la American Pie en de Jean-Claude Van Damme vechtprenten. Anderzijds hebben we een ingebouwde radar voor films zoals die Japanse over een buschauffeur die na een trauma iets begint met een paling.
De Pauw : We vallen elkaar altijd lastig met de meest nutteloze weetjes over film. Dan vragen we elkaar wie de soundtrack van die of die film heeft gecomponeerd.
Verheyen : Helaas is Erik daarin totaal onklopbaar.
De Pauw : Dat is dan ook de reden waarom we hem niet altijd uitnodigen. ( lacht)
Wordt er na afloop vooral over de film nagekaart ?
Verheyen : We beginnen meestal over de film te discussiëren, maar daarna gaat het gesprek alle kanten uit. Bart is het soort mens dat een gesprek onder vrienden kan animeren met het stellen van vragen over relaties waar geen juist antwoord op bestaat. Dilemma’s, daar is Bart in gespecialiseerd. Je moet altijd op je qui-vive zijn als je met Bart aan tafel zit. Een voorbeeld : denk jij altijd aan je vrouw als je masturbeert ?
De Pauw : Je ziet de vrouw dan benieuwd kijken en de man zweten en zorgvuldig zijn woorden wikken en wegen, opdat hij een diplomatisch antwoord zou geven.
Verheyen : Met Bart uit eten gaan, is alsof je in een live-editie van het gezelschapsspel Scrupules zit. We hebben dus al uitgebreid onze relaties en die van anderen ontleed tegen het dessert aan. Ik heb intussen begrepen dat hij dat met iedereen doet. Ofwel heeft hij een oprechte fascinatie voor wat binnen een relatie al dan niet kan, ofwel stelt hij écht graag relaties op de proef.
Je kaatst de bal toch wel eens terug, neem ik aan ?
Verheyen : Ik ben een amateur in vergelijking met Bart. Ik probeer krampachtig aan te klampen.
Is hij zelf heel open in zijn antwoorden ?
De Pauw : Het grappige is dat ik nooit hoéf te antwoorden.
Verheyen : Hij is een briljante manipulator.
De Pauw : Het moment dat je een blokje in het vuur gooit, gaan de anderen daar te veel in op om je nog te counteren.
Verheyen : Nog zo’n dilemma : je komt thuis en je betrapt je vrouw met mij, zou je dat erg vinden ? Of net minder erg omdat het tenminste met een goeie vriend is ?
De Pauw : Kun je dat van je vriend verdragen ? Als je kwaad bent, is die vriendschap wellicht om zeep. Zoiets levert eindeloze discussies op.
Verheyen : Soms verbeteren we gewoon de wereld. Af en toe zijn we écht serieus. Het zijn niet alleen badinerende gesprekken. Vaak gaat het over de dingen des levens. Maar als het té ernstig wordt, zal Bart wel een van zijn vragen op tafel gooien.
Over welke film zijn jullie het totaal oneens geweest ?
De Pauw : Dancer in the Dark. Jan vond dat nog wel te pruimen, maar mij leek het intellectuele zelfbevrediging. Ik werd daar heel kwaad van.
Verheyen : Lars Von Trier heeft daar bijna een wig gedreven in onze vriendschap. Erik vond de film geweldig. Ik zat ergens tussenin. Ik begreep de argumenten van de twee anderen. Ik moet toegeven dat ik het eerste halfuur ook heb zitten vechten, maar dat ik daarna toch wel mee was in het verhaal.
Bart heeft het scenario geschreven van ‘Team Spirit’, niet toevallig een film over vriendschap.
De Pauw : Jan had me de videocassette bezorgd van het Nederlandse origineel All Stars. Ik vond het meteen een fantastisch verhaal. Het begon bij de vraag of vriendschap geen illusie is. Het is niet omdat je tien jaar in hetzelfde voetbalteam zit dat je na al die tijd nog vrienden bent. Je neemt afstand, vecht met demonen en durft elkaar dat jarenlang niet te bekennen. Tot op het einde blijkt dat het toch meer is dan een voetbalploeg. Ik heb niet zo gek veel veranderd aan het oorspronkelijke scenario, omdat er genoeg vlees aan zat. Dat een van die gasten tien jaar lang zijn homoseksualiteit verbergt uit vrees dat zijn vrienden hem zouden uitlachen, vond ik bijvoorbeeld wel mooi.
Verheyen : Bart heeft een goeie prent nog beter gemaakt. Hij is een van de vijf scenaristen in Vlaanderen die personages kan creëren en dialogen kan schrijven die vlot in de mond liggen.
Wat heeft ‘Team Spirit 2’ over vriendschap te vertellen ?
Verheyen : Als dertigjarige kijk je anders tegen vriendschap aan dan als 25-jarige. In de eerste film gaat het over de onderlinge relaties in de voetbalploeg. In de tweede hebben ze allen het dekseltje gevonden dat op hun potje past. Hoe onderhouden ze hun vriendschap, nu ze een vaste relatie en verantwoordelijkheden hebben ? De onbezorgde jeugd is voorbij. Als je op een bepaalde leeftijd komt en je hebt een vrouw, komt het thema kinderen vanzelf boven water. Kijk naar ons : Bart is een ware babyfabriek geworden – hij zit al aan nummer drie -, terwijl ik ervoor gekozen heb kinderloos te blijven. Het personage van Michael Pas gaat op een gegeven ogenblik solliciteren. Hij heeft een vrouw, een kind en een huis, maar wil niet het gevoel hebben dat zijn leven definitief is ingevuld. En daarom gaat hij een andere job zoeken. Het gaat dus om alle twijfels waar die generatie mee kampt. Omdat ik publieksfilms wil maken, verpak ik dat in een luchtige, grappige en onderhoudende film, maar wie het wíl zien, zal merken dat het niét inhoudsloos is.
De Pauw : In die zin zijn Jan en ik verwant. Met Woestijnvis redeneren we : als er geld gepompt wordt in een tv-programma, dan moet je respect hebben voor de mensen die ernaar kijken.
Verheyen : Een discussie waar wij ons in vermeien, zeker sinds het verschijnen van het boek van Gust De Meyer : Manifest van een Cultuurpopulist, is die van high versus low culture. Blijkbaar kunnen sommigen er niet bij dat Erik Van Looy en ik de films maken die wij wíllen maken.
De Pauw : Dat is dus een voorbeeld van een ernstig gesprek dat we op zondag durven te voeren.
Hoe slaag je er zelf in om als drukbezette mensen je vriendschappen te onderhouden ?
Verheyen : Daar moet je aan werken, net als aan een relatie. Al ben ik er wel selectiever in geworden. Ik kies ervoor om met bepaalde mensen die me na aan het hart liggen consequent te bellen, mailen en af te spreken. Als je dat niet doet, verwatert het.
De Pauw : Onze vriendschap heeft een solide basis. We hebben ook het geluk dat onze vrouwen goed met elkaar overweg kunnen. Ik heb al lang de beslissing genomen om de beleefdheidsbezoekjes aan mensen met wie ik ooit een prettig contact had te laten vallen. Als een vriendschap verwaterd ís, kun je het beter opgeven.
Verheyen : Ik gruw van de term sociale verplichtingen. Ik doe daar niet aan mee, al kun je, zeker in mijn huidige functie, niet om enkele compromissen heen. Maar de uitspraak ‘ik moet ergens naartoe’ probeer ik echt uit mijn vocabularium te bannen. Daarvoor is mijn tijd te kort. Alles wat ik als ballast ervaar, gooi ik dan ook overboord. Enkel dán creëer ik genoeg tijd om af en toe mijn vrienden te zien.
De Pauw : Mijn vrouw zegt dat ik asociaal ben. Ik ga haast nooit naar feestjes en ik heb geen stamkroeg. Ik zit het liefst thuis of bij vrienden. Als ik ’s avonds de deur uit stap, is het meestal om uit eten te gaan met vrienden. Ik sta altijd te sterven op premières of gala’s. Iedereen knikt naar je en niet omdat ze je persoonlijk kennen. De enige band die je hebt, is dat je allemaal op tv komt. Op één of andere manier trek ik dan altijd de foute mensen aan. Die stellen steevast dezelfde twee vragen : Hoe gaat ermee ? en Waar ben je nu mee bezig ? Iedereen is altijd geweldig met van alles bezig en staat je daar krampachtig van te overtuigen.
Verheyen : Ik vind het soms wel fijn om op zo’n feestje met sommigen een minuut of tien bij te praten. Ik keer dan meestal huiswaarts rond twaalf uur, wanneer iedereen al in een roes zit die ik niet deel, omdat ik niet drink. In tegenstelling tot wat de meeste mensen denken, worden ze niét interessanter als ze stevig gedronken hebben. Ze worden alleen luidruchtiger en gaan geloven in de kracht van de herhaling.
Erik Van Looy is ook al geheelonthouder. Dus samen op café gaan, zit er niet in ?
Verheyen : Maar Bart drinkt véél, hoor.
De Pauw : Ik compenseer. Als onze vrouwen niet mee zijn, vormt dat soms wel een probleem. Moet ik dan voor mij alleen een fles wijn bestellen ?
Wordt het complexer om over het werk te praten nu jullie voor concurrerende zenders werken ?
Verheyen : In de loop der jaren is er tussen ons een vertrouwensband gegroeid. Bart is trouwens een van de weinigen aan wie ik advies heb gevraagd toen de VTM-opportuniteit zich aanbood. Persoonlijk heb ik niet het gevoel dat het iets veranderd heeft. Het enige is dat ik nu misschien de zelfdiscipline opbreng om niet álles te vertellen. Dat heeft niets met wantrouwen te maken. Maar we hebben een aantal gemeenschappelijke vrienden en je weet hoe dat gaat. Zodoende kan ik moeilijk enthousiast vertellen over de zomerprogrammatie van 2004.
De Pauw : Ik heb de indruk dat de concurrentie tussen de VRT en de VTM meer in de pers wordt uitgespeeld dan achter de schermen leeft. Wat de interne keuken betreft : ik vraag Jan ook niet hoeveel hij op zijn rekening heeft staan. Dat doe je niet, uit wederzijds respect. Ik vind het helemaal niet erg dat hij geen geheimen over de zomerprogrammatie verklapt. Toen ik vernam dat Jan in aanmerking kwam voor de job van programmadirecteur bij de VTM, was mijn eerste reactie : logische keuze. En hij gaat dat verdomme goed doen. Ik zou niets liever hebben dan dat de VTM met straffere programma’s komt, want dat kan ons enkel doen beseffen : fuck, als we niet willen indommelen, moeten we constant alert blijven.
Doen jullie dat geregeld : als je voor een belangrijke beslissing staat even bij de andere peilen naar zijn mening ?
De Pauw : Er zijn mensen die ik bij een belangrijke beslissing eens opbel om van gedachten te wisselen en Jan is daar zeker één van.
Verheyen : Aan Alias heeft Bart niet meegewerkt, maar ik heb hem wél het scenario toegestuurd. Wie je door de jaren gaat vertrouwen, kan in het voorbereidende als in het finale stadium als klankbord fungeren. Mocht Bart mij na de première van Team Spirit 2 zeggen dat hij de film niet goed vindt, dan zou mij dat veel meer pijn doen dan om het even wat erover geschreven wordt. Omdat ik weet dat hij oprecht is en omdat de kritiek komt van iemand die mijn gevoels- en denkwereld deelt. Van zo iemand krijg ik graag zijn goedkeuring ter bevestiging.
Maar kun je je negatief uitlaten over iets wat hij heeft gemaakt ?
De Pauw : Dat gebeurt. Ik geef wel eens kritiek op een scenario. Zoals dat van Alias. Ik zei Jan dat bepaalde scènes voor mij niet werkten, omdat ze mij ongeloofwaardig leken. Je moet eerlijk tegen elkaar kunnen zijn. Ik zal niet zeggen : Het trekt op geen kloten, begin maar opnieuw. Daarvoor is er te veel respect. Als vriend hoop je natuurlijk dat iets aanslaat. Ik voél de zenuwachtigheid van Erik of Jan op een première. Ik ben dan zelf nerveus en ongelooflijk opgelucht als ik zie dat het goed is. Het mooie aan het milieu waarin ik me beweeg, is dat je af en toe geestesgenoten tegenkomt. Daar doé je het deels voor. En dus apprecieer ik hun mening over wat ik doe. Zij zijn mijn toetsstenen. Als je voelt dat een programma zoals De blijde boodschap niet juist zit en dat gevoel wordt bevestigd door je vrienden, dan weet je : zoiets is niet aan mij besteed. Al bedekken ze dat met de mantel der liefde, terwijl iemand anders daar heel cru in zou zijn, de boodschap komt heus wel over. Ik heb nog nooit iets tegen Jan gezegd dat ik niet meende. Daar begin ik niet aan. n
Tekst Peter Van Dyck I Foto Charlie De Keersmaecker
Jan Verheyen : “We hebben een ingebouwde radar voor films, zoals die Japanse over een buschauffeur die na een trauma iets begint met een paling.”Bart De Pauw : “Ik heb al lang de beslissing genomen om te stoppen met beleefdheidsbezoekjes. Als een vriendschap verwaterd ís, kun je het beter opgeven.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier