Wintersport in slow motion

Old village Bonneval-sur-Arc in winter, Savoie, Vanoise, France © Getty Images/iStockphoto

Ze liggen aan de voet van de mooiste bergketens en stralen authenticiteit en gezelligheid uit: de Franse skidorpen veroveren de harten van vele skiliefhebbers die op zoek zijn naar een knusse en kleinschalige sfeer. Het maakt niet uit of het gaat om de Alpen, de Pyreneeën, de Jura of de Vogezen, overal in de Franse bergen kunt u die verborgen pareltjes vinden.

Frankrijk heeft met ongeveer 350 skistations verspreid over een oppervlakte van meer dan 124.000 vierkante kilometer een immens aanbod. De skigebieden op grote hoogte, die in de jaren 60 en 70 onder impuls van het Plan Neige (een plan van de Franse staat om de groei van het skitoerisme te ondersteunen) tot stand kwamen, ontwikkelden zich tot de grote trekpleisters van het Franse skigebeuren. Denk aan de populariteit van gebieden als Avoriaz en Les Arcs. Maar ook de traditionele skidorpen wisten hun aantrekkingskracht te behouden. ‘Zolang er maar sneeuw ligt, maakt het niet uit en boeken de liefhebbers zelfs liever in de skidorpen die meer authenticiteit uitstralen’, weet Jean-Marc Silva, algemeen directeur van France Montagnes, de instelling die de Franse bergen promoot in het buitenland.

Die traditionele skidorpen ontstonden rond gehuchten waar de eerste skiactiviteit begon, lang voor de ontwikkeling van het Alpijns skiën, dat op het einde van de negentiende eeuw uit de Scandinavische landen overwaaide. In Val d’Isère was de eerste Franse skischool al opgericht toen de eerste skiliften in gebruik werden genomen. Naast de boerendorpen waren ook kuuroorden, als Eaux-Bonnes en Cauterets in de Pyreneeën, uitgelezen plaatsen om wintersportactiviteiten te ontplooien.

Deel van het patrimonium

Skiliefhebbers die voor authenticiteit kiezen, zijn ook vaak geïnteresseerd in de geschiedenis van hun verblijfplaats en maken graag tijd om te kuieren in de pittoreske straatjes van het bergdorp. Ze beseffen maar al te goed dat die sfeervolle plekken een essentieel onderdeel uitmaken van het rijke Franse patrimonium.

Zo ook Bonneval-sur-Arc, dat op meer dan 1850 meter hoogte ligt in de Savoie en regelmatig terug te vinden is in de top tien van de mooiste dorpen van Frankrijk. Het dorpje, gelegen in de vallei van de Haute-Maurienne aan de voet van de Col de l’Iseran, dankt zijn charme aan de oude stenen huizen met leistenen daken. In de Haute-Savoie is Combloux, bijgenaamd ‘de Parel van de Mont Blanc’, even pittoresk en biedt uitstekende skimogelijkheden dankzij de verbinding met twee grote skigebieden: les Portes du Mont-Blanc (100 kilometer pistes) en Évasion Mont-Blanc (445 kilometer pistes).

Combloux
Combloux© Getty Images/iStockphoto

Een eindje verder ligt het dorp Samoëns, dat verbonden is met het Grand Massif (265 kilometer pistes). Ook deze populaire bestemming kent een rijke geschiedenis. ‘Die gaat terug tot de middeleeuwen’, vertelt Mickaël Meynet, verantwoordelijk voor de dienst patrimonium en cultuur van Samoëns. ‘Getuige daarvan is de overdekte markthal die gebouwd werd in 1555. Voor de Franse Revolutie wou Samoëns zelfs een stad worden, toen de landbouw er floreerde en er veel zelfstandigen een zaak in metselwerk of in natuurstenen met het nodige succes opstartten.’

Om hun aantrekkingskracht nog meer glans te geven en hun beschermde landschappen in de kijker te plaatsen, beslisten dertig skidorpen van de Alpes du Sud zich te verenigen, naar het voorbeeld van Crévoux (Hautes-Alpes) of Saint-Martin-Vésubie Le Boréon (Alpes-Maritimes).

Meerdere ijzers in het vuur

Maar het is niet alleen met oude stenen dat die skistations hun clientèle willen verleiden. Ook ‘l’art de vivre’ is een belangrijke troefkaart, zoals in het geval van Megève. Dit station van de Haute-Savoie, een van de oudste wintersportplaatsen in Frankrijk en groot geworden onder impuls van de familie Rothschild, besteedt veel aandacht aan de schoonheid van zijn architectuur. Dankzij die fraaie architectuur en de luxueuze chalets is Megève een treffend voorbeeld van hoe je een stedelijke levensstijl kunt integreren in de bergen.

Megeve
Megeve © Getty Images/iStockphoto

Het dorp Saint-Martin-de-Belleville, dat in de Savoie ligt en sinds 1985 verbonden is met Val Thorens et Les Menuires, speelt zijn traditionele karakter uit om toeristen te lokken. Het ligt in het skigebied van Les Trois Vallées, maar wist zijn eigen gezicht te behouden. Saint-Martin-de-Belleville zet in op cocooning en dienstverlening en onderscheidt zich daarmee ten opzichte van Courchevel. ‘We bieden een reeks gepersonaliseerde diensten, zoals het leveren van boodschappen aan huis, de verhuur van kinderwagens, transport op maat, enz.’, vertelt Stéphanie Cardon, hoofd van de toeristische dienst.

Een andere belangrijke troef van sommige kleinere skistations is de prijs. Les Saisies (Savoie) is voor gezinnen zeer interessant, omdat ze aantrekkelijke prijzen hanteren, ook tijdens de kerstperiode. Ook in de Vogezen (o.a. Gérardmer) en de Jura ( Chapelle-des-Bois) trekken bepaalde stations vele skiliefhebbers aan met een zachte prijs.

Wintersport is meer dan skiën

Maar men komt al lang niet meer naar de bergen om alleen maar te skiën. Skidorpen, die dankzij hun ligging vele mogelijkheden hebben, spelen op die trend in. Met een snel veranderend aanbod en nieuwe activiteiten proberen ze vakantiegangers naar hun stations te lokken.

IJsklimmen
IJsklimmen© Getty Images/iStockphoto

Aussois (Savoie) introduceerde een paar jaar geleden horse boarding, een nieuwe sport waarbij je op een wakeboard door een paard wordt voortgetrokken. In Val-Cenis (Savoie) kunnen kickzoekers zich wagen aan een extreme vorm van ijsklimmen en Les Gets, dat in het verleden al vaker innoveerde, stelt nu Sled Dogs voor. Bij die spectaculaire sport die uit Noorwegen is overgewaaid, daal je op skates, die met een korte ski onder de zool zijn uitgerust, de pistes af.

In tegenstelling tot moderne skistations die enkel met dat doel werden opgericht, hebben de skidorpen het voordeel dat ze ook buiten het seizoen bewoond zijn en er het hele jaar door activiteiten worden georganiseerd. Populaire feesten als La fête du Saint-Cochon in Besse (Puy-de-Dôme), dat in januari plaatsvindt, bieden bezoekers de kans om in alle ongedwongenheid kennis te maken met de dorpelingen.

Dat soort mogelijkheden spreekt tot de verbeelding van een clientèle dat openstaat voor nieuwe ervaringen en benieuwd is naar de lokale gastronomie. Zo kunnen liefhebbers bij de plaatselijke kaascoöperatieve van Arêches-Beaufort (Savoie) terecht om de gelijknamige kaas te degusteren. Een eindje verder ligt Notre-Dame-de-Bellecombe, bekend om zijn goede gastronomie en met La Ferme de Victorine een restaurant heeft waar elke skiliefhebber minstens één keer moet hebben gegeten. ‘We hebben in het kader van het landbouwtoerisme wandelingen uitgestippeld langs de alpenweiden om bezoekers en landbouwers met elkaar in contact te brengen’, zegt Élodie Curt-Comte van de toeristische dienst van Val-d’Arly.

Het belang van investeringen

De immobiliënkantoren hadden al snel begrepen dat de authentieke skidorpen een interessante groeimarkt vormden. De groep MGM, actief in de Savoie, biedt onder de naam Le Roc des Tours een reeks nieuwe luxeresidenties aan in Le Grand-Bornand (Haute-Savoie). ‘Door de omgeving, het landschap, de internationaal georiënteerde commerciële politiek en een voortreffelijke organisatie van het station was Le Grand-Bornand een evidente keuze’, verklaart Régis Bolliet, commercieel hoofd van de groep MGM. Club Med investeerde in Samoëns 1600 en biedt er 1100 bedden aan. Van nu tot in 2021 zal Le Grand Massif, dat vijf stations telt (Flaine, Les Carroz, Morillon, Sixt-Fer-à-cheval en Samoëns), kunnen genieten van 70 miljoen euro investeringen die het domein kan gebruiken om zijn infrastructuur te moderniseren.

Le Grand-Bornand
Le Grand-Bornand © Getty Images/iStockphoto

De kleine stations, die alle faciliteiten van de grote skioorden aanbieden, willen zich niet zozeer positioneren tegenover de hoger gelegen skistations, maar tonen wel een ander gezicht van de bergen, namelijk een plaats waar de skifanaten én de liefhebbers van de traditionele bergsfeer aan hun trekken komen.

Vijf authentieke en charmante skistations

1. Het culinair paradijs Le Grand-Bornand

Achter de rustieke gevels van de chalets in Le Grand-Bornand (Haute-Savoie), waarvan sommige al in de zeventiende eeuw werden gebouwd, schuilen er tal van charmante logies en verfijnde restaurants.

Slapen in L’Envers des étoiles, een ruime chalet van 500 m2 met binnenzwembad. Voor meerdere gezinnen of een groep vrienden. Vanaf 6500 euro per week.

Eten in Aux confins des sens, verrassende en gedurfde keuken, twee koksmutsen in de Gault & Millau.

Activiteit: Maak kennis met Snooc, een discipline die het midden houdt tussen langlaufen en sleeën. Meer info bij de plaatselijke ESF Ski de fond.

2. Het sportieve karakter van Val-d’Isère

Val-d’Isère (Savoie) is een station met internationale uitstraling, maar wist wel zijn karakter van authentiek dorp met een lange alpinetraditie te bewaren. Gelegen op grote hoogte (1850 meter).

Slapen in Chalet Skadi, in een van de 38 vijfsterrenappartementen. Zeker uitproberen als ontspanning na het skiën: de fantastische spa Les bains du Montana.

Eten in Les 5 Frères, een warm en huiselijk restaurant-hotel waar de heerlijke gerechten aan een gemeenschappelijke tafel worden opgediend.

Evenement: Festival Classicaval, klassieke concerten in de kerk van Val-d’Isère van 21 tot 24 januari en van 11 tot 14 maart.

3. De familiale gezelligheid van Valloire

Met zijn barokke kerk en zeventien gehuchten heeft Valloire, bijgenaamd ‘La Vallée d’Or’, niets van zijn authenticiteit ingeboet. Er wacht u 150 kilometer pistes in een beschermd natuurgebied.

Slapen in Le Christiana, een driesterrenhotel met wellnesscenter in het hart van het skistation.

Eten in Le Relais du Galibier, een gemoedelijk restaurant met eenvoudige streekgerechten.

Activiteit: Trailen met Maud Gobert, kampioene in de discipline, over besneeuwde paden. Voor beginners en gevorderden.

4. De intieme sfeer van Flumet

Flumet (Savoie) is gelegen in Val d’Arly, een authentiek skigebied met meerdere kleine stations. Het was vroeger een versterkt dorp en is verbonden met het charmante Saint-Nicolas-la-Chapelle.

Slapen in Entre ciel et terre, een gezellige berghut met zicht op de Mont Blanc. Vanaf € 350 per nacht (ontbijt en kamerdienst inbegrepen). Tel.: +33 (0)7 68 39 19 60

Eten in Les Bougnettes, een bergrestaurant waar de gerechten worden bereid op een houtoven.

Activiteit: daal de pistes af met een Snake Gliss, een attractie waarbij meerdere sleeën aan elkaar worden vastgemaakt en je zo (onder professionele begeleiding) de berg afdaalt. Vanaf zeven jaar.

5. De uitstekende sneeuw van het kleine Montgenèvre

Montgenèvre, gelegen in het hart van Les Hautes-Alpes aan de grens met Italië, is een station op mensenmaat en geniet een stevige reputatie op het vlak van goede sneeuwkwaliteit. Het gebied is een van de vijf grootste skidomeinen ter wereld.

Slapen in Anova Hôtel & Spa, hedendaagse inrichting en binnenzwembad. Tweepersoonskamer vanaf € 125. Tel.: +33(0)4 92 54 48 04.

Eten in Les Terrasses, een nieuw restaurant gelegen op meer dan 2100 meter hoogte met een fantastisch uitzicht. Tel.: +33 (0)4 92 55 45 17.

Evenement: Ontdek elke donderdagavond van februari en maart de geschiedenis van het station tijdens een avondlijk licht- en geluidspektakel.

Het skidorp als architecturaal en cultureel erfgoed

Drie vragen aan Philippe Ganion, architect bij de dienst stedenbouw en ruimtelijke planning van de departementen Savoie en Haute-Savoie.

Wat was, voor de komst van het skiën, de functie van de bergdorpen?

Philippe Ganion: In de bergen, meer bepaald in de grensstreken, zie je dorpen met uiteenlopende invloeden. Dorpen als Lanslebourg in de Maurienne hebben een grote kerk die werd gebouwd om de aanwezigheid van het katholicisme in de verf te zetten. Rond die gebouwen ontstonden vaak de dorpen. De landbouw was een van de belangrijkste activiteiten, zoals in Chamonix. Ook plaatsen met een kuuroord, zoals Aix-les-Bains, waren uitermate geschikt voor de ontwikkeling van wintersporten. In Annecy werd in de jaren 30 al een kabelbaan aangelegd, dus was het evident dat de skisport daar ook kon van profiteren.

Welke kwaliteiten van de traditionele dorpen proberen de moderne skistations over te nemen?

Ganion: In Valmorel, met zijn compact stratenplan en nauwe steegjes, zie je dat men de charme van de skidorpen probeert te imiteren. Daarnaast is de keuze van de gebruikte materialen belangrijk. Het is ook interessant om te zien dat de vorm van de skichalet voortaan ook terugkomt in het dal. Bepaalde verkavelingen, zoals die in de Haute-Vallée de l’Arve, zijn helemaal in die stijl opgetrokken. Ook bedrijven beginnen stilletjesaan een eigen architectuur te hanteren voor hun panden die in de bergen gelegen zijn.

Hoe moet men dit architecturaal en cultureel erfgoed beschermen?

Ganion: De gemeenten beseffen dat hun aantrekkingskracht te danken is aan het oude karakter van het dorp en sommige zetten erfgoedbescherming hoog op de agenda, zoals Sainte-Foy-Tarentaise. Valloire, dat een beschermde kerk heeft, is onderworpen aan een beschermingsplicht. Andere gemeenten, zoals Val-d’Isère, verplichten om bij nieuwbouw of renovatie leisteen te gebruiken voor de daken. Vandaag is men ook bezig met de integratie in het landschap, maar die criteria zijn soms moeilijk te hanteren voor de woningen zelf, omdat de kosten wel eens uit de pan zouden kunnen rijzen. De bescherming van het erfgoed is in elk geval verzekerd dankzij nauw overleg tussen de gemeentelijke instanties en de betrokken overheidsdiensten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content