Kloosters op de plaats waar Jezus gedoopt werd na vijftig jaar hermetische sluiting binnenkort weer toegankelijk

© AFP

Qasr al-Yahud, dat letterlijk ‘kasteel van de Joden’ betekent, is een zeer belangrijke plaats voor Christenen. Het is voor hen de derde belangrijkste heilige site, na de Heilige Grafkerk in Jeruzalem die werd gebouwd op de plek waar Jezus werd gekruisigd en de Geboortekerk, opgericht op de plaats waar Jezus werd geboren.

De geschiedenis van het oudste klooster gaat al terug tot het jaar 400. Vanaf de jaren dertig van de twintigste eeuw lieten christelijke geloofsgemeenschappen uit allerlei delen van de wereld er een eigen klooster bouwen: een Rooms-Katholiek, een Grieks-Orthodox, een Franciscaans, een Russisch-Orthodox, een Koptisch, een Syrisch en een Ethiopisch klooster.

De site op de Westelijke Jordaanoever vlakbij de oude stad Jericho trok tot de jaren zestig hordes pelgrims, toeristen en mensen die op dezelfde plaats gedoopt wilden worden als Christus zelf. Maar na de Zesdaagse Oorlog tussen Israël aan de ene kant en Egypte, Syrië en Jordanië aan de andere kant, kwam daar abrupt een einde aan. De hele site Qasr al-Yahud werd één groot mijnenveld doordat de Israel Defense Forces er zo’n vierduizend mijnen plaatsten. De Jordaan vormde de grens tussen Israël en Jordanië en de Israëli’s waren bang voor Arabische infiltranten.

Pauselijk bezoek

Toen Paus Johannes Paulus II in 2000 de voor de christenen heilige plaats zou gaan bezoeken, maakten de Israëli’s een smalle strook tussen het Grieks-Orthodoxe klooster gewijd aan Johannes de Doper en de rivier de Jordaan mijnenvrij. Daaromheen bleven de dodelijke wapens liggen. Toeristen die de site nu bezoeken, kunnen enkel via die smalle strook, aan weerszijden afgezet door prikkeldraad, naar de rivier wandelen. Ze mogen absoluut niet van de route afwijken omdat ze dan op een mijn kunnen stappen.

In 2011 sloten Israël en Jordanië een vredesakkoord. Aan de Jordaanse kant van de rivier werden de mijnen in 2012 al allemaal weggehaald. De site kreeg daarop meteen een plaats op de lijst van werelderfgoederen van Unesco. Maar op de Westelijke Jordaanoever is pas recentelijk met de ontmijning begonnen.

Het klinkt ook eenvoudiger dan het in werkelijkheid is. Het weghalen van de mijnen is niet alleen levensgevaarlijk, maar ook enorm duur en arbeidsintensief. Bovendien zijn de mijnen instabiel doordat ze al jaren in een woestijngebied liggen met extreem hoge temperaturen.

Daar komt ook nog eens de uiterst ingewikkelde en precaire situatie bij. Qasr al-Yahud ligt immers in Palestijns gebied, maar wordt beheerd door de Israel Nature and Parks Authority. Het is een klein wonder dat er nu überhaupt mijnen onklaar gemaakt worden. Dat is te danken aan de internationale mijnenopruimingsorganisatie HALO, die bekend werd doordat ze de Britse prinses Diana door een mijnenveld in Angola liet lopen. Deze organisatie heeft een bemiddelende rol gespeeld tussen de twee partijen. Zowel voor de Israëli’s als voor de Palestijnen is het immers voordelig wanneer toeristen toe gaan stromen. Het project is daardoor een teken van hoop voor beide kanten.

De eerste twee kloosters – het Franciscaanse en Ethiopische – zijn nu mijnenvrij gemaakt en fotografen mochten er alvast een kijkje komen nemen. Uit de halfgevulde fles wijn op de tafel, een handdoek aan de muur, een krant met een artikel over Moshe Dajan en een opgeslagen kalender blijkt dat de bewoners in de haast vertrokken zijn. De tijd is in 1967 volledig stil blijven staan.

Vanaf eind 2019 zal iedereen weer welkom zijn in om dit in religieus en historisch opzicht uitzonderlijk interessante gebied met eigen ogen te komen bekijken.

Lees ook: De 30 mooiste kloosters

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content