Nederlanders bezorgen Antwerps toerisme voorzichtig herstel
De toeristische sector in de stad Antwerpen heeft zich in 2021 voorzichtig hersteld van het rampjaar 2020, vooral dankzij de vele (Nederlandse) bezoekers in het najaar. De stijgende trend zet zich ook dit voorjaar door, aldus de stad.
Vooral het verblijfstoerisme kon betere cijfers voorleggen, al werd het niveau van voor de coronacrisis zeker nog niet bereikt. Er werden over het hele jaar 1,1 miljoen overnachtingen geregistreerd, oftewel 27 procent meer dan in 2020. Het aantal dagjestoeristen bleef stabiel ten opzichte van 2020, met in totaal 6,8 miljoen bezoekers. In het najaar was er wel een piek waarbij december, mede door de extra week kerstvakantie en een grote toeloop van Nederlandse toeristen, voor het hoogste aantal dagjestoeristen zorgde. In januari van dit jaar werden voor het eerst weer cijfers gehaald die vergelijkbaar zijn met 2019.
Maar liefst 73,2 procent van de buitenlandse dagjestoeristen in Antwerpen is afkomstig uit Nederland, terwijl dat bij de overnachtende toeristen ‘slechts’ over 42,1 procent gaat. ‘De Nederlanders hebben de weg terug naar ’t stad al gevonden, en we werken momenteel aan leuke campagnes om ook onze andere buren opnieuw zo snel mogelijk terug naar Antwerpen te krijgen’, reageert schepen van Toerisme Koen Kennis (N-VA).
Het museumbezoek in Antwerpen steeg met 22,2 procent ten opzichte van 2020 en de monumentale kerken kregen 46 procent meer bezoekers over de vloer. Vooral het MAS, het Middelheimmuseum, het Rubenshuis en de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal deden het goed.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier