Christelijk erfgoed Nagorno-Karabach loopt gevaar

Ghazanchetsots

De oorlog in Nagorno-Karabach is voorbij. Maar de rijke architectonische erfenis, waaronder veel vroegchristelijke monumenten, loopt gevaar, zegt onderzoeker Christina Maranci.

De zes weken durende oorlog in Nagorno-Karabach, een bergachtig gebied in de zuidelijke Kausasus, eindigde op 9 november na bemiddeling door Rusland, wat leidde tot een vredesdeal tussen Armenië en Azerbeidzjan.

Onder die overeenkomst gingen diverse etnische Armeense provincies in Nagorno-Karabach, die de Armeniërs Artsakh noemen, naar Azerbeidzjan.

Het is het laatste hoofdstuk in een conflict dat al minstens een eeuw teruggaat. In 1921 bepaalde de Sovjet Unie dat Nagorno-Karabach onderdeel van Azerbeidzjan was, ondanks de etnische Armeense meerderheid. Sinds die tijd kende het gebied massale demonstraties, mislukte internationale akkoorden en een wrede oorlog tussen 1992 en 1994.

.
.© Getty Images

De conflicten veroorzaakten menselijke tragedies. Alleen al tijdens de gevechten in 2020 kwamen naar schatting vijfduizend militairen om. Meer dan honderdduizend mensen raakten ontheemd . Hoewel de oorlog voorbij is, loopt de rijke architectonische erfenis in de regio nog steeds gevaar.

Erfgoedorganisaties maken zich er zorgen over dat de talloze historische Armeense kerken, kloosters en grafstenen in de regio schade oplopen of verwoest worden, nu ze niet meer in Armeense handen zijn.

Schade aan historische kerken

De oorlog heeft veel Armeense monumenten al beschadigd. Afgelopen herfst werd de oude stad Tigranakert, gesticht in de eerste eeuw voor Christus door de Armeense koning Tigranes de Grote, bestookt door Azerbeidzjan.

Ghazanchetsots
Ghazanchetsots© Getty Images

Ook werd de historische Kathedraal van de Heilige Verlosser (Ghazanchetsots) in Shusa beschadigd, een van de grootste Armeense kathedralen in de wereld. Shusha, door de Armeniërs Sushi genoemd, is de culturele hoofdstad van Karabach.

Nadat Azerbeidzjaanse militairen de stad hadden overgenomen, verschenen online beelden van de negentiende-eeuwse Armeense kathedraal, beklad met graffiti. Een andere negentiende-eeuwse kerk in de buurt, bekend als de Kanach Zham en gewijd aan Johannes de Doper, leek ook te zijn beschadigd.

De Armeense monumenten van Nagorno-Karabach zijn onderdeel van een bredere architectonische traditie van Armeense kunst en architectuur die ik bestudeer. In de afgelopen twintig jaar heb ik onderzoek gedaan en veldwerk verricht in de historische regio’s van Armenië, inclusief Nagorno-Karabach.

Middeleeuws erfgoed

Nagorno-Karabach vormt een opmerkelijk hoofdstuk in de Armeense kunstgeschiedenis vanwege zijn verleden en aparte visuele en religieuze karakter.

Het klooster van Amaras, in het zuidoosten, werd gesticht in de vierde eeuw, toen Armenië het eerste land werd dat het christendom tot nationale religie uitriep. Het is de begraafplaats van Sint-Grigoris, kleinzoon van Gregorius de Verlichter, de patroonheilige en stichter van de Armeens-Apostolische Kerk. Op het terrein kwam ook de eerste school die het Armeens schrift gebruikte.

Amaras klooster
Amaras klooster© Getty Images

Het ommuurde complex huisvest een grote basiliek. Daaronder bevindt zich de vijfde-eeuwse graftombe van Grigoris, een van de oudste overgebleven Armeens-christelijke grafmonumenten.

Uit recent archeologisch onderzoek is gebleken dat deze tombe toegankelijk is vanuit het oosten – wat vrij ongebruikelijk is in de traditionele kerkarchitectuur. Wetenschappers leggen een verband met de Heilige Grafkerk in Jeruzalem, de plaats van de kruisiging en de graftombe van Jezus.

Kruisen

Veel andere kerken in Nagorno-Karabach dateren van later, van de dertiende tot de achttiende eeuw, en hebben bewerkte kruisstenen in de muren die chatsjkars worden genoemd. Chatsjkars bevatten vaak inscripties in het Armeens, met de naam van schenker en de gezinsleden.

In een kerk in Tachyaghaya is een prachtige lappendeken van chatsjkars te vinden in verschillende maten en vormen. In het zuiden, bij Handaberd, bevindt zich een chatsjkar die vermoedelijk dateert uit de twaalfde of dertiende eeuw, met een zeldzame afbeelding van de maagd Maria die het kind Christus voedt.

De kerk van Tzitzernavank, in het westen, is een buitengewoon voorbeeld van een intacte, vroegchristelijke basiliek. Hij dateert uit de vijfde of zesde eeuw. Een galerij boven het heiligdom heeft een ongebruikelijk ontwerp voor een kerkgebouw. Het is niet duidelijk waarom kerkbezoekers boven het heiligste deel van de kerk mochten staan.

Tzitzernavank
Tzitzernavank© Vahag851, Wikicommons

Tzitzernavank levert ook bewijs van de continue Armeense aanwezigheid in de vroegmoderne periode. Een inscriptie op de kerk van voor de tiende eeuw, vraagt Christus om ‘de gebeden te gedenken van uw dienaar, de onwaardige Grigor, voor zijn geliefde broeder Azat.’ Een andere inscriptie, uit 1613, zegt ‘Door Gods wil…was de vestingmuur gerepareerd door de hand van Prins Haikaz…’

Met namen van ouders, kinderen en andere individuen, vormen deze inscripties – en de monumenten waarop ze te vinden zijn – een geschiedenisboek van de regio.

Rijk verleden, onzekere toekomst

In Nagorno-Karabach zijn diverse architectonische tradities te vinden. Er zijn prehistorische grotten en petroglyfen, of rotstekeningen, en ook middeleeuwse en modern-islamitische tombes en moskeeën, bruggen, forten en paleizen. Daarin reflecteren de gelaagde en diverse gemeenschappen in de regio.

Chatsjkars
Chatsjkars© Wikicommons

Maar erfgoedorganisaties, musea, wetenschappers, journalisten en kerkleiders maken zich grote zorgen over het lot van de vele Armeens-christelijke monumenten, die de Armeense bevolking representeren – en precies daarom gevaar lopen.

Wetenschappers vrezen dat de monumenten hetzelfde lot wacht als de Armeense plaatsen dichtbij de Azerbeidzjaanse enclave Nachitsjevan, waar militairen duizenden chatsjkars vernielden tussen 1997 en 2007.

Het digitaal archiveren van de Armeense monumenten in Nagorno-Karabach is cruciaal om de toestand waarin ze verkeerden direct na de oorlog vast te leggen. Als ze verwoest worden, zijn ze voor eeuwig verdwenen. Dat zou een tragische verarming van het werelderfgoed betekenen.

Christina Maranci is deskundige Armeense kunst en Architectuur aan de Tufts University in Massachusetts.Deze opinie verscheen oorspronkelijk bij IPS-partner The Conversation.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content