Wat moet je zien?

In Chennai liggen niet zo heel veel bezienswaardigheden. En bovendien liggen de meeste nogal ver uit elkaar. Voor de meeste bezoekers is Chennai dan ook gewoon een handig vertrekpunt. Ze blijven er één of twee dagen en trekken daarna naar het platteland. Om hun reis uiteindelijk bijvoorbeeld in Kerala te eindigen, van waaruit ze het vliegtuig terug nemen.

In het noorden van Chennai ligt het door de Britten gebouwde Fort Saint George. Het oorspronkelijke fort was klaar in 1653, al werd het regelmatig gerenoveerd en uitgebreid. Nu wordt het fort gebruikt door het bestuur van de deelstaat Tamil Nadu en is er een museum over de periode van de Britse Oost-Indische Compagnie. Ook de oudste bewaard gebleven Engelse kerk op Indiase bodem, Saint Mary’s Church, ligt binnen de muren van het fort. Al is de kerk zelf, met haar muren van een meter dik, ook bestand tegen kanonskogels.

Rondom het fort ligt George Town, het voormalige Chennapatnam. Dit oude stadsdeel vol kleine straatjes en koloniale gebouwen dankt zijn naam aan een bezoek van de latere Britse koning George V. Tegenwoordig zijn er veel groothandelaars gevestigd. Ook het Hooggerechtshof uit 1892 ligt in George Town. Op het gerechtsgebouw van Londen na is het het grootste justitiehuis ter wereld. Door het gebruik van de rode zandsteen en de decoratieve koepels, kenmerkend voor de Indo-Saraceense stijl, vormt het gebouw een herkenningspunt in de stad.

Ten noordwesten ligt Praksam Road. Vroeger heette die straat Popham’s Broadway, naar de achttiende-eeuwse stadsontwikkelaar Stephen Popham, en vormde ze de voornaamste handelsstraat.

Dravidische architectuur

Een andere oude wijk van Chennai is Mylapore. Zijn naam dankt de wijk aan het feit dat het vroeger een bos met pauwen was. Nu ligt de wijk in het centrum van de stad en herbergt ze een massa eetkraampjes. Ook de Kapaleeshwarar-tempel, een klassiek voorbeeld van Dravidische architectuur, ligt in Mylapore. De Hindoetempel is gewijd aan de god Shiva en zijn vrouw Parvati. De oudste delen van de tempel zouden meer dan tweeduizend jaar oud zijn. Voor Hindoes is het dan ook één van de meest heilige plaatsen in Zuid-India. Tijdens de zestiende eeuw kreeg de tempel zijn 37 meter hoge gopuram, de kleurrijke toren met mythologische verhalen van de goden.

Ook vinden er vaak elke maand festivals plaats, kan je in de tempel gratis trouwen en kan je allerlei gunsten zoals vruchtbaarheid afdwingen. Een verschil met andere tempels is dat de ingang hier niet naar het oosten, maar naar het westen georiënteerd is. Reden daarvoor is dat de zee in het oosten ligt. Wel gelijklopend met andere Hindoetempels is de tempel van de negen planeten. Het is de bedoeling dat je er negen rondjes rondom wandelt. En om de tempel te betreden moet je zoals steeds ook je schoenen uit doen. De bedoeling is dat je zo energie van de planeten krijgt. Een bijkomend effect is dat je je meteen een stuk meer verbonden voelt met de lokale bevolking.

Soms wordt beweerd dat de Kapaleeshwarar-tempel oorspronkelijk op de site van de San Thomé-kerk stond. Deze kerk zou, na Compostella en Rome, de derde basiliek ter wereld zijn. Het verhaal gaat dat de ongelovige Thomas per ongeluk om het leven was gebracht door een jager op het nabijgelegen strand Marina Beach. Daarop werd rond zijn lichaam een kerk gebouwd. Nu komen de christenen van Chennai er samen. De glasramen van de kerk vertellen het verhaal van de heilige. En ook België is vertegenwoordigd in deze kerk, de kandelaars zijn Belgisch fabricaat.

Het nabijgelegen Marina Beach ligt tussen de tombe van de heilige Thomas en het Fort St George. Met zijn dertien kilometer lengte claimen de inwoners van Chennai dat ze het tweede grootste strand ter wereld, na Miami Beach in Florida, hebben. Tijdens de weekends trekt dit artificiële strand dan ook heel wat volk. Al kan je er niet zwemmen. Langs het strand wonen heel wat vissers in sloppenwijken. Die zijn tijdens de tsunami helemaal verwoest. Al zijn er uiteindelijk maar een zeventigtal mensen omgekomen.

Bloeiende filmindustrie

In de buurt van het strand ligt ook Vivekananda Illam. In dit voormalige ijspakhuis, dat genoemd is naar de beroemde Indiase filosoof, is nu een museum gevestigd. In dit ‘cakevormige’ gebouw kan je allerlei objecten uit en over zijn leven bewonderen. De herinnering aan de Tamil-dichter en heilige Thiruvalluvar wordt dan weer levend gehouden in Valluvar Kottam. Dit bouwwerk uit 1976 geldt als hét symbool van de Tamil-cultuur.

Een ander museum in het centrum van de stad, meer bepaald in de wijk Egmore, is het Government Museum. Het staat bekend als één van de beste musea van India en combineert antropologie, geologie, archeologie, schilderkunst en moderne kunst. In datzelfde Egmore ligt tenslotte de Saint Andrews Church. Deze kerk ten noordoosten van het station van Egmore werd gebouwd voor de Schotse werknemers van de Oost-Indische Compagnie. Deze ronde kerk, met indrukwekkende koepel en ondersteund door zestien Korinthische zuilen, is beter bekend als ‘The Kirk’.

In het zuiden van de stad staat het modernste planetarium van India. In het Birla-planetarium kan je alles leren over het heelal, het zonnestelsel en reizen naar de maan. Voor de grootste reptielenverzameling van het land moet je dan weer naar het Nationaal Park van Guindy. Naast slangen en krokodillen vind je er ook herten en apen.

Toeristen die geïnteresseerd zijn in de artistieke cultuur van Zuid-India moeten zeker een bezoekje brengen aan een van de talrijke filmstudio’s in Chennai of aan Kalakshetra. Daar leren jongeren de kneepjes van de traditionele Zuid-Indiase muziek en dans.

Meer info

Bezienswaardigheden

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content