Colmar mag dan pas de derde stad zijn van de Elzas – na Straatsburg en Mulhouse – haar historische centrum behoort tot het Unesco-werelderfgoed en het kleine stadje bracht de bekende beeldhouwer Auguste Bartholdi voort, aan wie New York zijn Vrijheidsbeeld te danken heeft.

Colmar mag dan pas de derde stad zijn van de Elzas – na Straatsburg en Mulhouse – haar historische centrum behoort tot het Unesco-werelderfgoed en het kleine stadje bracht de bekende beeldhouwer Auguste Bartholdi voort, aan wie New York zijn Vrijheidsbeeld te danken heeft.

Colmar verkent u best te voet. De beschermde binnenstad bestaat grotendeels uit kleurrijke 16de tot 18de eeuwse met houten balken gestutte huizen, omgeven door kleine straatjes en steegjes. Zoals het vaak gaat met dit soort pittoreske stadjes, is de toeristische exploitatie navenant. Maar laat dat de pret niet bederven.

Een goed vertrekpunt is het Musée Unterlinden, een oorspronkelijk 13de eeuws klooster waar het retabel van Issenheim te zien is. Via de rue d’Eau komt u bij het Maison des Têtes, een embleem van de Duitse renaissance dat zijn naam dankt aan de 111 hoofden en maskers die de gevel sieren. De voormalige wijnbeurs herbergt nu een hotel-restaurant.

Vlakbij ligt de Place des Dominicains, in de schaduw van de gotische Dominicanerkerk. Al heeft de kerk een concurrent. Op een steenworp daarvandaan torent de Saint-Martinkathedraal boven de stad uit, een meesterwerk van de gothiek. Voor u de Place de la Cathédrale verlaat, werpt u best ook even een blik op het Maison Adolph, gebouwd in 1350 en daarmee een van de oudste huizen in Colmar.

Andere blikvangers in het historische centrum zijn het voormalige douanegebouw Koïfhus (1480) en het Maison Pfister (1537), dat een perfecte synthese vormt van middeleeuwen en renaissance.

Goede restaurants en een groenten- en fruitmarkt vindt u bij de Quai de la Poissonnerie in Petite Venise, de meest romantische stadswijk die, zoals de naam doet vermoeden, vele kleine kanaaltjes telt. Opvallend in Colmar: de patisserieën lijken er mekaar te verdringen. De bakkers kunnen er dan ook uitpakken met streekspecialiteiten als de Bretzel en de Kougelhopf.

En dan tot slot nog dit: niet schrikken als u door de straten kuierend plots Manneken Pis ziet. Brussel schonk een exacte kopie aan Colmar en het ventje staat te pronken in de rue des Augustins. Al moet hij het hier met minder aandacht stellen dan zijn tweelingbroer in de Brusselse Stoofstraat.

Ann Heylens in Plus Magazine

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content