Wintour excuseert zich voor interview met Asma-al-Assad

© Reuters

Toen de Syrische opstand uitbrak, beschreef Vogue de presidentsvrouw als “de roos van de woestijn”.

In maart van vorig jaar bracht Vogue een lovend artikel uit over de Syrische presidentsvrouw Asma-al-Assad, de “roos van de woestijn”. Net voordat de Syrische opstand in alle hevigheid losbarstte had het Amerikaanse modemagazine het interview niet slechter kunnen timen. Meer dan een jaar later vindt Anna Wintour het eindelijk aangewezen zich te excuseren voor de wel zeer misplaatste editie van Vogue. Het Amerikaanse modemagazine kreeg terecht af te rekenen met een hoop kritiek toen het vleiende artikel over Asma-al-Assad gepubliceerd werd. Terwijl de gruwelijke gebeurtenissen in Syrië over menig Westers beeldscherm rolden, beschreef Vogue de Syrische ‘first lady’ als “de meest frisse en magnetische van alle presidentsvrouwen”. Dat voornamelijk omwille van haar onberispelijke stijl. Hoewel Vogue de publicatie aanvankelijk nog verdedigde, zagen ze zich verplicht het interview enkele dagen later van de website te halen.

Amerikaans PR-bedrijf werkt aan positief imago van de Assads
Intussen is Anna Wintour tot bezinning gekomen. Dat gefluisterd wordt dat de hoofdredactrice van de Amerikaanse Vogue politieke ambities heeft, zou daar wel iets mee te maken kunnen hebben. Feit is in elk geval dat ze de acties van het Syrische regime streng veroordeelt in de krant ‘The New York Times’. “Zoals velen op dat moment hadden we de hoop dat het regime van Assad zich zou openstellen voor een meer progressieve samenleving”, legt Wintour uit.

“Na het interview, toen de verschrikkelijke gebeurtenissen van het afgelopen anderhalf jaar zich ontvouwden, werd duidelijk dat de prioriteiten en waarden van het regime volledig in strijd waren met die van Vogue. De escalerende gruwelijkheden in Syrië zijn gewetenloos en we betreuren de acties van het regime van Assad op de sterkst mogelijke manier.”

Toch zat er meer achter het interview dan Wintour wil toegeven. Opnieuw volgens ‘The New York Times’ zou het PR-bedrijf Brown Lloyd James Vogue met de Assads in contact gebracht hebben. Opdat de Syrische presidentiële familie op een positieve manier geportretteerd zou worden in de Westerse media, streek de firma uit Washington maandelijks 3.993 euro op. De firma uit Washington bracht het Amerikaanse modemagazine in contact met Asma-al-Assad met het gewenste positieve portret van de Syrische presidentsvrouw als resultaat.

“Asma-al-Assad was extreem slank en erg goed gekleed”

Joan Juliet Buck, de journaliste achter het interview, vertelde aan de Amerikaanse radiopresentatrice Melissa Block dat ze zich erg ongemakkelijk voelde bij het artikel. “Ik had niet in de buurt van de Assads mogen komen”, zei ze in een radiogesprek met de Amerikaanse publieke radio (NPR). Tijdens het interview legt ze ook uit waarom Vogue het een goed idee vond een interview met Asma-al-Assad te publiceren.

“Ik denk dat Vogue altijd op de uitkijk is naar knappe presidentsvrouwen, omdat ze de perfecte combinatie tussen macht, schoonheid en elegantie incorporeren”, vertelde Buck. “Daar draait Vogue om. En hier was een vrouw die nog nooit een interview had gegeven, die extreem slank en erg goedgekleed was. Daarom was ze gekwalificeerd om in Vogue te verschijnen. Vogue trachtte al een tijdje om de presidentsvrouw voor een interview te strikken.”

Bij het interview plaatste Vogue een foto van het presidentskoppel al spelende met hun twee kinderen. Buck beweert echter dat de kinderen die ze zag tijdens het interview niet dezelfde zijn als diegenen op de foto. Vraag is dus of Vogue zich al dan niet niet bewust was van dit feit of ze de foto desalniettemin bij het interview plaatsten, goed wetende dat het niet om de kinderen van Assad ging.(JK)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content