Grijze mantels, dystopische robots en véél tepels: dit viel er te zien op de modeweken in Milaan en Parijs

De show van Dries Van Noten © Getty Images

Plotseling heeft spektakel afgedaan. En moeten kleren komende winter weer gewoon draagbaar zijn, zagen onze verslaggevers op de pas afgelopen modeweken van Milaan en Parijs.

Het kan verkeren, ook in de mode. In oktober transporteerde Balenciaga pers, buyers en influencers in limousines naar een gigantische, met modder gevulde loods op de luchthaven van Le Bourget. Enkele weken later nam het label opnieuw een duik in de modder, dit keer letterlijk, met twee controversiële reclamecampagnes. De crisiscommunicatie van Balenciaga was onhandig. De redelijk waanzinnige massahysterie die volgde, leidde tot het grootste modeschandaal sinds de dronken, antisemitische scheldtirade van John Galliano en, daaropvolgend, diens ontslag bij Dior.

Mode kan voor mij niet langer gezien worden als entertainment. Het gaat om de kunst van het kleren maken.

Demna, artistiek directeur van Balenciaga

Balenciaga werd bijna gecanceld, de verkoopcijfers stuikten in elkaar, en daardoor werd de show van afgelopen zondag een waagstuk. Een oefening in terughoudendheid, de show van de laatste kans, voor het Franse luxehuis, en nog meer voor artistiek directeur Demna. De ‘vijand’ lag op de loer voor de kleinste vergissing. Het was een zaak van zwemmen of verdrinken.

“Mode kan voor mij niet langer gezien worden als entertainment”, schreef Demna in een brief aan de gasten op zijn show, in een streng beveiligde, geheel met toile beklede ondergrondse zaal van het Carrousel du Louvre. En hij voegde eraan toe dat hij mode voortaan ziet “als de kunst van het kleren maken.”

Daarmee bevestigde hij wat ons eerder in Milaan en Parijs was opgevallen. Dat het in de mode opnieuw over kleren mocht gaan. Dat spektakel niet altijd nodig was. “We proberen dit keer niet het internet te breken”, zei Daniel Roseberry van Schiaparelli, die tijdens de coutureweek begin februari nog opschudding had veroorzaakt met zijn perfect nagemaakte koppen van wilde dieren. Nu, voor zijn catwalkdebuut tijdens de reguliere modeweek, hield de Amerikaanse ontwerper het bedaard.

De schoonheid van simpel

“Mijn collectie gaat over kleine details, over kleren die je zelf herstelt, zelfs als ze bijna uit elkaar vallen, bijvoorbeeld met wat gouddraad, gewoon omdat je ze zo graag draagt”, zei Dries Van Noten backstage na zijn show in een zaal van het tentoonstellingspark van Porte de Versailles, waar tezelfdertijd het Salon de l’agriculture liep. Bij Van Noten zagen we celebs noch runderen. Wel onszelf, gereflecteerd, net als de door de tribunes kronkelende catwalk, in een gigantische spiegel.

Dit seizoen wou ik niet alleen glamour waarderen, maar ook de schoonheid van simpele kledingstukken benadrukken.

Miuccia Prada

“Er woedt al een jaar een oorlog,” observeerde Rick Owens de tijdgeest, “en we hebben gezien hoe inspirerend waardigheid kan zijn in het oog van agressie. Misschien vragen tijden als deze om respect, formaliteit en ernst, met mooie momenten als herinnering aan wat er op het spel staat.” Owens liet zijn modellen over stalen constructieplatformen lopen, ongeveer een meter hoog, in een zaal van het Palais de Tokyo. Je moest er letterlijk naar opkijken. Owens liet zich inspireren door Luxor, waar hij sinds een aantal jaar zijn winters doorbrengt.

Ook Miuccia Prada was in een ernstige bui. “Dit seizoen wou ik niet alleen glamour waarderen, maar ook de schoonheid van simpele kledingstukken benadrukken”, sprak Miuccia Prada na de show van Prada in Milaan, in een zaal die door Mark Colle met honderden witte lelies was versierd. “Dat is op dit moment belangrijk.”

Perfectie is duur

Prada en co-artistiek directeur Raf Simons vertaalden onder meer oude dienstmeiduniformen naar de eenentwintigste eeuw. Maria Grazia Chiuri peilde voor Dior in de Franse jaren vijftig naar inspiratie. “Non, je ne regrette rien” zong Edith Piaf op de soundtrack. Het is ook een goed moment voor het oude huis Hermès, en voor een merk als Bottega Veneta, waar Matthieu Blazy elk seizoen grote schreden vooruit neemt, of Max Mara, altijd al wars van trends, en precies daardoor net heel trendy. De wintermode neigt naar sober, discreet, elegant. Tijdloos, eerder dan klassiek.

Tailoring is troef, met een vernieuwde focus op het middel, lange silhouetten en een scherpe schouderlijn.

Alles is ook ‘reassuringly expensive’, zoals dat heet. Perfecte kleren die (bijna) niemand zich kan veroorloven: het is ook een vorm van duurzaamheid. Maar wie minder cynisch is, of een fors kledingbudget heeft, of zich gewoon wil laten inspireren om in tweedehandswinkels naar mooie alternatieven te zoeken, biedt de wintermode dus een veelvoud aan prachtige stukken. Tailoring is troef, met een vernieuwde focus op het middel, lange silhouetten, een scherpe schouderlijn.

De shows van Y/Project en Courrèges waren, elk op hun eigen manier, adembenemend. Glenn Martens betovert de kids met zijn werk voor Diesel, en richt zich met het Franse label op een meer gesofisticeerd publiek; bijzonder mooie avondjurken, heuphoge laarzen, en uitmuntende juwelen ontworpen door Stephanie D’Heygere.

Y/Project (c) Getty Images

Bij Courrèges liepen de modellen starend naar hun iPhones over de in mist gehulde catwalk, soms met ronde spiegels geïntegreerd in hun minimale, hedendaagse outfits, waarin het licht van de spotlampen werd gereflecteerd. Ook hier waren de accessoires van D’Heygere. Het was de beste collectie tot nog toe voor de Belgische artistiek directeur, Nicolas Di Felice.

De kleren van de kids

De hang naar eyeballs, clicks en hype, zoals de met schuim gespoten, viraal gegane jurk van Bella Hadid bij Coperni vorig seizoen, was dit keer minder prangend. Dat heeft te maken met de cyclische aard van mode, waarbij elke trend wordt afgewisseld door zijn tegendeel, maar misschien ook met de wrange nasmaak van de shows van Balenciaga en Ye, vorig seizoen, en een groeiend besef dat imago ook niet alles is: mode mag dan wel entertainment zijn, als het spektakel de kleren overtroeft, verkoop je uiteindelijk alleen opgeklopte lucht.

Mode mag dan wel entertainment zijn, als het spektakel de kleren overtroeft, verkoop je uiteindelijk alleen opgeklopte lucht.

Er waren, vanzelfsprekend, uitzonderingen. De ontwerpers van Coperni lieten dit keer topmodel Rianne van Rompaey omringen door vier dystopische robotten. Eliot Hemil liet, om onduidelijke redenen, een brandende man over de catwalk stormen. Nina Ricci introduceerde ontwerper Harris Reed. Het label, dat voor zijn zakencijfer vooral afhangt van parfums, kiest resoluut voor ‘celebrity dressing’, met weinig subtiele carnavaleske outfits waarin alleen een Harry Styles gezien wil worden. Een modecollectie die niet dient om kleren te verkopen, maar louter als marketingoperatie om de verkoop van L’Air du Temps en andere geuren uit de portefeuille te boosten.

Eliot Hemil stuurde een brandende man de catwalk op. (c) Getty Images

Maar we hadden het dus over echte, draagbare kleren. Jean Touitou maakt die al dertig jaar voor zijn label A.P.C. Tijdens de modeweek raakte bekend dat hij het bedrijf had verkocht aan een investeringsfonds. De pandemie had het label bijna genekt. Touitou blijft wel aan boord. Hij gaf, zoals wel vaker, een speech vlak voor zijn show, voorafgegaan door enkele flarden uit Material Girl van Madonna.

Voor dat defilé, in het krappe hoofdkwartier van rue Madame, met rechtstaand publiek, lijfde hij de klasgenootjes in van zijn zestienjarige dochter. Iedereen die wou, mocht meelopen. In de coole, typisch Parijse streetwear van het merk. Terwijl de luxemerken theoretiseerden over draagbare kleren, waren dit écht draagbare kleren, gedragen door échte, enthousiaste kids. Het was het mooiste moment van de modeweek, tien minuten die ons weer wat meer hoop gaven voor de toekomst.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content