Vintage in de kleerkast: de jacht op bisnummers

Marie GrĂ©goire (30) © Athos Burez

Waarom zoveel moois weggooien en waarom zoveel geld uitgeven? Dat zijn de vaakst gehoorde redenen om op zoek te gaan naar vintage of tweedehands. Drie doorgewinterde schattenjagers geven hun trucs prijs. We voegen er een adressenlijst aan toe.

Marie Grégoire (30)

Grafisch designer

‘Ik koop bijna al mijn kleren tweedehands. Dat is een heel bewuste keuze. Ik wil niet blind consumeren, maar duurzame keuzes maken. Ik koop liever Ă©Ă©n mooi, doordacht stuk van een ontwerper dan drie van een straatketen. Ik koop ze tweedehands op rommelmarkten, in kringloopwinkels en online. Mijn beste aankoop was een paar instappers van Ann Demeulemeester op een rommelmarkt op de Dageraadplaats. Twintig euro heb ik ervoor betaald. Omdat ze zo goed zitten, kocht ik achteraf nog een paar online, voor vijftig euro.

Online koop ik vooral op tweedehands.be. Soms alleen voor mezelf, soms om opnieuw te verkopen. Ik ga op zoek naar merken die minder bekend zijn bij het grote publiek, zoals Jil Sander en Sofie D’Hoore. Dan moet je al niet eindeloos scrollen. Ik kijk ook altijd wat de verkoper nog in de aanbieding heeft en doe een bod op het hele pakket. Dan is de prijs per stuk beter en kan ik het achteraf misschien nog doorverkopen. Als er staat ‘prijs overeen te komen’, kun je vaak goede deals sluiten. Zo heb ik eens voor geen geld een lot met tien stuks van Sofie D’Hoore gekocht.

Vintage in de kleerkast: de jacht op bisnummers
© Athos Burez

Als ik kleren opnieuw wil verkopen, breng ik ze meestal binnen bij een tweedehands-winkel. De helft van de opbrengst gaat dan naar hen, maar daar probeer ik vooraf rekening mee te houden. Hoe recenter je stuk, hoe meer je eraan overhoudt. De dingen die ze niet aannemen, verkoop ik door op rommelmarkten. Soms verkoop ik ook maanden niets. Tijdens de zomer zijn er meer markten, daarbuiten breng ik vaker dingen binnen bij Rosier41 of Jutka & Riska in Antwerpen. Het is een leuk extraatje, maar ik hang er financieel niet van af.

Als je voor de minder bekende merken gaat, kom je niet zo vaak fakes tegen. Ik check altijd de afwerking, de labels en de kwaliteit van de stof. Het merk van de rits kan bijvoorbeeld namaak al ontmaskeren. Er zijn veel websites die uitleggen waarop je moet letten om de echtheid te garanderen. En je kunt natuurlijk altijd in de winkel gaan kijken naar de real thing. Ik heb zelf nog maar Ă©Ă©n keer namaak gekocht: een baguette van Fendi. Mijn tasje had geen naad in het midden, wat de echte wel heeft. Ik heb hem teruggestuurd en mijn geld teruggekregen.

Ik steek best veel tijd in het zoeken naar de juiste stukken. Je moet veel geduld hebben en geregeld gaan kijken. Toch voelt dat niet zo aan, het is een hobby die aansluit bij een passie. Ik vind het leuk om samen met mijn mama te snuffelen op rommelmarkten. Die kick bij een goede vondst, daar doe ik het voor.’


Maurice Verhelle (26)

Verkoper bij Louis in Antwerpen en dj

‘Ik koop en verkoop al sinds mijn zeventiende. In het begin was dat vooral streetwear: gehypete merken als Supreme of limited edition sneakers. Waarom? Vraag en aanbod. Er was een markt voor luxestreetwear, maar mensen wisten niet hoe ze eraan moesten raken. Nu kun je alles online kopen. Toen moest je mensen kennen en dagen in de rij staan, wat ik ook heb gedaan. Toen de eerste Yeezy-sneakers van Kanye West op de markt kwamen, heb ik twee dagen voor de deur van de winkel gekampeerd. Ik had zelf niets met die schoenen, maar ik voelde instinctief aan dat ze een hype zouden worden. Ze kostten toen ongeveer 200 euro en ik heb ze doorverkocht voor 1400 euro. Ik heb nooit meer winst gemaakt dan met die Yeezy’s. Ik werkte toen al en heb er speciaal vakantie voor genomen, omdat ik wist dat ik meer zou verdienen door in die rij te gaan staan dan door te gaan werken.

Vintage in de kleerkast: de jacht op bisnummers
© Athos Burez

Mijn stijl is geëvolueerd van streetwear naar high-end. Van de Antwerpse Zes tot Japanse mode, zoals Yohji Yamamoto, Comme des Garçons en Undercover. De kleren zijn veel interessanter en leunen meer aan bij mijn persoonlijkheid, maar ze zijn ook duurder. Omdat ik een job heb, kan ik nu dingen kopen waar ik als jonge gast alleen maar van droomde. Al wil ik er niet altijd de volle pot voor betalen. Ik ga naar stockverkopen, wacht tot het einde van de solden of koop ze tweedehands. Ik heb elke maand een vast budget dat ik mag spenderen aan kleren. Ik koop bijna elke week iets. Soms is dat iets van vijftig euro, soms iets van vijfhonderd. Als ik geld overheb, neem ik dat mee naar de volgende maand. Ik weet goed wat ik kan uitgeven om de levensstandaard die ik nu heb te onderhouden. Eerst eten, dan kleren. Als ik een rekening niet kan betalen, verkoop ik iets wat ik in mijn kast heb hangen. Online of via Instagram. Mijn volgers vinden mijn stijl leuk, dus aan hen raak ik het snel kwijt.

Online shop ik vooral bij Grailed, een Amerikaanse tweedehandswebsite voor mannenmode en streetwear. Op Europese websites is het aanbod Japanse designers veel kleiner. De gebruikers zijn vooral jongeren, van over de hele wereld. De jeugd is, veel meer dan vroeger, bezig met high-end mode. Ik merk dat ook als verkoper bij Louis. De klanten worden almaar jonger. Een vijftienjarige die een T-shirt van Raf Simons wil en weet dat Demna Gvasalia de ontwerper is van Balenciaga, dat vind ik toch opmerkelijk. Op die leeftijd wilde ik alleen maar skaten.’


Elspeth Jenkins (36)

Freelancejournalist en stylist

‘Ik koop vooral vintage kleding, in alle segmenten: van stukken van 1 euro bij Think Twice tot een trenchcoat van Chanel bij Labellov. Handtassen en schoenen koop ik meestal nieuw, of bij de Prada-outlet in Toscane. Daar heb ik al veel goede vondsten gedaan. Ik ontdekte onlangs het perfecte paar loafers met studs van Miu Miu bij Rosier41 in Antwerpen. Ze dateren van tien seizoenen geleden, maar zijn zo goed als nieuw. Ik wilde ze toen al, maar nieuw kostten ze 700 euro. Ik heb ze nu voor 160 euro gekocht.

Ik shop zowel in vintagewinkels als online: Etsy heeft goede stukken, ik vond er een mooie fluwelen jarendertigjurk, al was die niet goedkoop. Ook op eBay heb ik al schatten gevonden, zoals een wollen cape van Yves Saint Laurent uit de jaren zeventig. Daar betaal je nog 500 euro voor, maar omdat het bijna een museumstuk is, had ik het ervoor over.

Vintage in de kleerkast: de jacht op bisnummers
© Athos Burez

Als je online vintage accessoires wilt kopen, raad ik je aan om enkel bij betrouwbare websites, zoals Vestiaire Collective of Labellov, te kijken. Zij hebben een team dat de echtheid van het stuk controleert. Op eBay of Marktplaats heb je die garantie niet. Voor kleding is dat minder een probleem, tenzij je natuurlijk de gehypete stukken zoekt. Een simpele grijze sweater van Supreme is snel nagemaakt. Er bestaan ook websites die afbeeldingen hebben van alle labels van merken als Burberry en Yves Saint Laurent van de afgelopen decennia. Zo heb ik bijvoorbeeld de echtheid van mijn YSL-cape gecheckt. Het is ook een handige tool om te weten hoe oud je stuk is.

Je vermijdt dat je te veel betaalt door prijzen te vergelijken. Als iemand op eBay een broek veel te duur aanbiedt, kun je dat gewoon laten weten. Er is bijna altijd ruimte om te onderhandelen. Bij Vestiaire Collective bied ik altijd af. Ik mik op 70% van de vraagprijs en als het stuk er al even op staat, wordt dat meestal aanvaard. Het goede aan die website is dat je er als verkoper niet zomaar een prijs op mag plakken. Er is een curator die eerst bepaalt of je vraagprijs realistisch is. Als dat niet het geval is, komt je stuk niet online.

Ik heb nog nooit iets gekocht met het idee er winst op te maken, maar ik zou het beter wel doen. Handtassen van merken als Chanel en Hermès zijn een goede investering. Ze brengen tegenwoordig meer op dan de beurs of vastgoed. Ik vrees echter dat ik niet commercieel genoeg ben. Als ik iets verkoop, is dat meestal aan vrienden via sociale media.

Ik heb in Londen gestudeerd en woonde vlak bij Portobello Road. Elke vrijdagochtend is er een bekende vintagemarkt. Daar is mijn liefde voor bloemenjurken uit de jaren zestig en zeventig ontstaan, denk ik. De Britse ontwerper Ossie Clark heeft fantastische Kate Bush-achtige jurken gemaakt. Ik ben ook een grote fan van Laura Ashley. In de jaren zeventig en tachtig maakte zij mooie tea dresses met de beste bloemenprints. Het is sowieso een goed idee om, als je in het buitenland bent, een kijkje te nemen in een lokale vintageshop. Je vindt er vaak unieke stukken van lokale designers, en je draagt je reis later altijd mee. Als je Belgische mode zoekt, moet je uiteraard in Antwerpen zijn. Maar Parijs is goed voor Chanel en Hermès.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content