Het gepersonaliseerde motorjasje is een vaste waarde in de popcultuur. Modemerk Sisley pakt uit met een tentoonstelling.
Het gepersonaliseerde motorjasje is een vaste waarde in de popcultuur – van Marlon Brando’s leren jasje in The Wild One tot de jasjes van punkmuzikanten – en kunstenaars in de seventies en eighties. Sisley, het Italiaanse modemerk van de groep Benetton, brengt ode aan het icoon en pakt uit met een tentoonstelling van achttien motorjasjes, beschilderd door vooraanstaande kunstenaars.
Het project, met journalist en schrijver Glenn O’Brien als curator, begint tijdens de Modeweek van Milaan met een galatentoonstelling in het Palazzo Bovaro. In oktober reist de tentoonstelling naar het Andy Warhol Museum in Pennsylvania, met het gala voor de vijftiende verjaardag van het museum als hoogtepunt. Begin november worden de jasjes geveild dan ten voordele van het Andy Warholmuseum.
Andy Warhol was zelf een beroemde drager en verzamelaar van motorjasjes, zoals veel muzikanten en kunstenaars in zijn tijd. Ronnie Cutrone, een van de artiesten die meewerken aan de tentoonstelling, liet zijn motorjasje door allerlei beroemde graffitikunstenaars taggen, terwijl Glenn O’Brien, de curator van de tentoonstelling, een motorvest droeg met op de rug een kroon getekend door Jean-Michel Basquiat.
Het museum zal de achttien door Sisley bestelde jasjes samen met jasjes uit Warhols eigen verzameling exposeren. De tentoonstelling kan rekenen op bijdragen van kunstenaars van de oorspronkelijke punk/new-wave beweging, onder wie Stefano Castronovo, Ronnie Cutrone en Jane Dickson, naast belangrijke kunstenaars van de eerste explosie van de graffitikunst, zoals Frederick “Fab Five Freddy” Brathwaite, Lee Quinones en Ouattara Watts. Verscheidene bekende kunstenaars van de jongere generatie met een vergelijkbare instelling doen ook mee: Rita Ackermann, Dan Colen, Brad Kahlhamer, Nate Lowman, Marco Perego en Tom Sachs.
Ann Heylens.
