Luxemerken ontdekken Mongolië

Louis Vuitton opende zopas een boetiek in Mongolië. En het is lang niet het enige merk.

Ver van de economische crisis in de VS of Japan exploreert de luxe-industrie nieuwe oorden. Mongolië, Oekraïne of Azerbeidjan, ze klinken weinig glamoureus, maar enkele bekende topmerken beschouwen ze als veelbelovend. Zo opende Louis Vuitton zopas een winkel in Ulaanbaatar, de hoofdstad van Mongolië.
Mongolië is een arme staat in het noorden van Azië met nog geen 3 miljoen inwoners, maar dankzij de vele minerale bodemrijkdommen heeft het een enorm potentieel. “Het land maakt sinds 2000 een echte economische omwenteling door”, zegt Yves Carcell, voorzitter van Louis Vuitton, naar aanleiding van de opening. “In Mongolië en Kazachstan levert de energiesector flinke winsten op. Er is dus inderdaad een elite die over de mogelijkheid beschikt om zich luxeproducten aan te schaffen”, bevestigt Antoine Belge, financieel analyst bij HSBC, aan het Franse persagentschap AFP.

In Ulaanbaatar wonen ongeveer 1 miljoen mensen, een derde van de bevolking van het land. “Na enkele dagen kunnen we al zeggen dat de winkel er goed draait en we zullen er waarschijnlijk de omzet realiseren van een middelgrote Chinese stad”, aldus Carcelle. “Wij blijven trouwens onze grenzen verleggen. Het verlangen naar luxe is universeel. Dus we moeten klanten over de hele wereld zoeken”.

Het Franse luxemerk is trouwens niet het enige dat Mongolië heeft ontdekt. Ook Ermenegildo Zegna en Hugo Boss openden er al een boetiek. En zowel Burberry als Armani zouden Mongoolse plannen smeden.

Maar een groot deel van de Mongolen blijft arm en dus zag Vuitton zich ook genoodzaakt aan liefdadigheid te doen. Zo schonk het naar aanleiding van de opening van de boetiek 6300 leerboeken aan zevenhonderd scholen.

Ann Heylens.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content