‘Eens de meter overhelt naar besparen op creativiteit wordt het gevaarlijk’

Murielle Scherre legt uit waarom ze precies een deel van de productie van haar lingeriecollecties naar het buitenland moet verhuizen. “Mijn doel is nog steeds om een uniek product te maken van hoge kwaliteit aan een logische prijs.”

Gisteren kondigde de Belgische lingerie-ontwerpster Murielle Scherre aan dat ze een deel van de productie van haar label la fille d’O naar het buitenland moet verhuizen. Het is de zoveelste aanwijzing dat het niet evident is om als Belgische ontwerper rendabel te blijven. Denken we maar aan Christophe Coppens en Walter Van Beirendonck.

Murielle wil daarom actie ondernemen voor het te laat is en heeft besloten om een deel van de productie naar het buitenland te verhuizen. “Een aantal maanden terug besprak ik met mijn financiële adviesgever de toekomstmogelijkheden van la fille d’O en lagen er enkele opties op tafel: commerciëler gaan ontwerpen, meer verkoopspunten scoren – zonder garantie op goede service of een vertrouwensband met de retailers zelf – of besparen op personeel en materiaal. Kortom: alle ingrediënten voor de cake zouden moeten sneuvelen voor het behoud van de bakkerij. We zaten op een punt dat 44% van de kosten niet werden doorgerekend aan de klant. Dat is een kwestie van aftellen tot je de boeken moet sluiten.”

‘China komt niet in aanmerking’

Over de exacte locatie van de buitenlandse productie is er nog geen zekerheid. “Polen is een optie, maar dat ligt nog niet helemaal vast. In mijn zoektocht naar een buitenlandse partner, speur ik naar hetzelfde niveau van ambacht en gelijke normen. Ik wil eerst de ateliers daar bezoeken. Zien of alles ok is. Ik wil een verhaal blijven brengen van superieure en eerlijke producten, niet meedoen aan de wet van de sterkste of de goedkoopste. China komt niet in aanmerking. De opvolging van de productie met de buitenlandse partner zal verlopen in samenwerking met ons huidig atelier Celesta.”

Trouw blijven aan lokale grondstoffen

Murielle benadrukt dat dit geen radicale aanpassing betekent voor het lingerielabel. Zo blijft de ontwikkeling van nieuwe modellen en de capsulecollecties zoals ‘Clap Hands And We Bring You Magic’ in België. Ook de ontwerpen, de patronen en eerste samples worden door Murielle zelf gemaakt in Gent. “Het gaat eigenlijk enkel om de basic collectie ‘Needs’, die in productie reeds beproefd en finaal goedgekeurd is, die naar het buitenland gaat”, aldus Scherre.

De ontwerpster blijft vasthouden aan de lokale leveranciers waar ze al jaren beroep op doet. “Mijn stoffen haal ik bij Liebaert in Deinze, waar ze niet alleen verdeeld maar ook gemaakt worden. Het verwerken en graderen gebeurt in Wevelgem. De confectie in Kemmel.”

Ze heeft gekozen voor deze oplossing om niet te moeten inboeten aan kwaliteit en creativiteit. “De finesse van lingerie is aartsmoeilijk, waardoor de inbreng van de stiksters onontbeerlijk is voor het maken van een goed product. Hun jarenlange ervaring is goud waard voor me en maakt ons product superieur.”

“Het komt erop neer dat mijn doel steeds is om een uniek product te maken van hoge kwaliteit en dat aan een logische prijs. ‘Bend or break’, dat lukte tot nu toe, maar nu de meter overhelt naar besparen op creativiteit wordt het gevaarlijk.” (RDM)