Anna Luyten Freelance journaliste

Hij slijt zijn dagen op filmsets, in televisiestudio’s of in de opera. Altijd op de achtergrond, maar dikwijls met de stille hoop toch herkend te worden. ?Ik denk dat ik wel vijf seconden in beeld geweest ben.?

Anna Luyten Foto’s Lieve Blancquaert

Een filmset bij het Centraal Station van Brussel. Proximus neemt een promotieclipje op. Een jongen, een Ć©cht fotomodel, loopt samen met twee mannen en een vrouw, Ć©chte acteurs, de straat over. Daarachter een groep van een dertigtal mensen, de figuranten, Ć©chte mensen. Sommigen zijn al van zes uur ’s ochtends op, hebben de trein genomen om om zeven uur op de set te zijn. Om vijf uur’s namiddags lopen ze nog steeds massa te wezen. Tussen hen en de Ć©chte ambtenaren die naar huis gaan lijkt geen noemenswaardig verschil. Alleen moeten zij steeds opnieuw dezelfde passen doen. ?Een goede figurant moet kunnen gehoorzamen en weten dat zijn of haar plaats op de achtergrond is?, zegt Kim De Schacht (28). Kimmeke noemen de figuranten haar. Ze is hun casting-director en op de set assistente figuratie. Ze zitten allemaal in haar bestand, ?met foto en al?. In Kims bestand zitten zo’n 2000 kandidaat-figuranten. Zowel voor de opnames van televisieseries als voor reclamefilmpjes. Ook filmregisseurs zoeken bij haar de figuranten : Het verdriet van BelgiĆ«, Manneken Pis, Alles moet weg… ?Ik begrijp zelf niet hoe al die mensen die willen figureren de weg naar mij vinden. Vaak via via. Ze sturen een foto op en enkele persoonlijke gegevens. Zo komen ze in het bestand. Daar zitten nu de meest diverse mensen in : mannen en vrouwen die stempelen, studenten, mensen met sociale problemen, mensen met een handicap die gewaardeerd willen worden, bedienden, ambtenaren, gepensioneerden, huisvrouwen, een hartchirurg, een directeur van een ministerie. Het is een hele mix. Heel vaak zijn het mensen die in hun jeugd graag theater gestudeerd hadden maar dat door omstandigheden niet konden. Maar je hebt er ook velen die het figureren zien als een middel om onder de mensen te komen, die nood hebben aan sociaal contact. Sommigen doen het ook om met hun lievelingsacteur in contact te kunnen komen. Die gaan na de opnames handtekeningen vragen, al proberen we dat zoveel mogelijk te vermijden. En er zijn er natuurlijk heel wat die denken dat ze via de weg van de figurant bekend gaan worden. Hoewel ik altijd zeg : ‘Hoop er niet te veel op. ‘ Maar wat hun beweegreden ook is, bijna allemaal willen ze door het figureren uit de dagelijkse sleur geraken.

Er is natuurlijk heel wat concurrentie tussen de figuranten. Sommigen smeken om een rolletje. Heel vaak word ik opgebeld met de vraag of ik geen rol voor hen heb. Soms weten ze eerder dan ik dat er een nieuwe televisieserie gaat beginnen en dat er waarschijnlijk figuranten zullen gezocht worden.? Rijk worden ze van al dat figureren niet. ?Voor een televisie- of filmopname van een hele dag krijgen ze soms niets, hoogstens 1000 frank, en als ze een beetje tekst hebben misschien 2500 frank. In reclamefilmpjes worden figuranten soms iets meer betaald : 2000 tot 5000 frank per dag, maar voor dat laatste bedrag moet je al heel typerend zijn.?

DĆ© grote figurantendroom is zoveel mogelijk in beeld te komen. Ze kijken met argusogen naar de films en tv-series waarin ze meespelen. Soms kan dat ontmoedigend zijn. Kim : ?Gisteren nog kreeg ik telefoon van iemand die een hele dag op de set had gestaan en me opbelde met de trieste mededeling : ‘Kim, ge ziet alleen maar een stukje van mijn linkerarm in die film. ‘ Tja, zoiets hoor je te weten als figurant. Toch moet je hem of haar het gevoel geven dat hij of zij een onmisbaar element is in het geheel. Ik heb geen familie, ik ga nooit uit. Mijn figuranten zijn mijn ooms en tantes, broers en zussen. Ik vind dat ze meer gewaardeerd moeten worden. Zij moeten ook een bemoedigend woordje krijgen, een bedankje. Te vaak worden ze beschouwd als een noodzakelijk kwaad. Ik wil ze verzorgen. Ik tracht op iedere set mijn mensen te motiveren en roep hen toe : ‘Jullie doen het goed, schitterend. ‘?

De acteurs krijgen die dag warm eten op de set. De figuranten zitten een eindje verder in een leeg lokaal hun boterhammen op te eten. Het gaat er gemoedelijk aan toe. Franstaligen en Nederlandstaligen zitten er samen. De meesten kennen elkaar al langer, van op andere sets. Een hechte familie. ?Figureren is wachten, wachten en nog eens wachten. Dus praten we veel met elkaar. Over de kinderen, over boeken die we lezen, over het leven.? Waar ze de tijd vandaan halen om vandaag een deel van de massa te spelen ? Een hoofdlaborant van een ziekenhuis : ?Ik doe veel weekend- en wachtdiensten. Zo kan ik al mijn recuperatie-uren opvullen met figureren.? Een bediende : ?Ik gebruik al mijn vakantiedagen voor het figureren.? Een gepensioneerd koppel : ?Wij hebben tijd zat. Figureren is onze hobby en we leren er heel Belgiƫ door kennen. Mijn man en ik doen het altijd samen. We komen met de wagen en maken er een uitstapje van. We zijn op alle mooiste plekjes van het land geweest.?

Of het hun leven veranderd heeft ? ?Ik kijk nu anders naar films. Ik kijk vooral naar de figuranten en niet zoveel meer naar de acteurs. Dan zeggen mijn man en ik wel eens tegen elkaar : ‘Die mijnheer is er ook weer bij. ‘ Iemand die nooit gefigureerd heeft, kijkt niet naar de acteurs op de achtergrond.? Hoewel de buren en de familieleden die weten dat ze figureren wĆ©l nauwkeurig toekijken of tante of buurman op tv komt.

?Soms krijg je al eens een compliment van iemand die je gezien heeft in een of andere serie of film. Je krijgt wat meer respect. Ze vragen ook dikwijls om handtekeningen van de acteurs voor hen te verzamelen. Alsof mensen geloven dat je door te figureren tot de filmwereld van de grote sterren bent gaan horen. Terwijl je altijd in het achterkamertje blijft zitten. Je moet niet te veel tralala verkopen en de grote acteur uithangen. Je moet gewoon doen wat van je verwacht wordt. Je weet dat je niets moet zeggen en maar moet luisteren.?

We hebben die maandag nog lang aan het reclamefilmpje van Proximus gewerkt. Zijn de volgende dag nog eens teruggeweest voor de opnames in de Sint-Hubertusgalerij. Maar je zal waarschijnlijk wel niets van ons te zien krijgen, want de hoofdrol werd gespeeld door een heel mooi fotomodel dat speciaal uit Londen was gekomen.? Het echtpaar Landuyt (64 en 68), thuis, enkele dagen na de opnames voor Proximus in Brussel. Morgen moeten ze een hele dag naar Oostende om een koppel op een bankje te spelen. ?Het is ons lang leven?, zeggen ze. Ze tonen hun album met foto’s van bekende acteurs. Ze speelden mee in Le maĆ®tre de musique. ?In l’oeuvre au noir waren we knecht en meid. We hebben onszelf dadelijk herkend in de cinema. We waren met de lakens bezig. Ik denk dat we wel vijf seconden in beeld zijn geweest.? Ze houden nauwkeurig een archiefje bij. Zo staat er op een briefje bij de video : ?Marleen : 1 u 14′ 31” tot 1 u 15′ en 1 u 23′ 35” tot 1 u 23′ 50”? Dat heeft Julien Landuyt zo opgeschreven. In gewone taal wil dat zeggen dat ze enkele honderdsten van een seconde in beeld zijn geweest. Ze nemen alles op op de video en knippen de stukjes eruit waarin ze in beeld komen. ?Al die stukjes aan elkaar na jaren dienst heeft ons nu 1 uur en 3 kwartier video opgeleverd.? Simonne Landuyt haar glansrol is die in de tv-serie Marleen. Ze laten de fragmenten nog eens zien. ?Ik speel een vrouw langs de weg. Ik moet schrikken omdat er een ongeval gebeurt. Even later zie je me nog eens in beeld. Weer met een bang gezicht.? Ze zetten het beeld even stil. ?Ze hebben me toen echt van dichtbij gefilmd. Toen was ik echt herkenbaar.? De glansrol van mijnheer Landuyt was zijn rol als minister Van der Poorten in de RTBF-serie Jours de guerre.

Ze houden alles zorgvuldig bij. Niet alleen de gegevens over zichzelf, maar ook over de acteurs in de series waarin ze figureren. In een schriftje staan alle namen van de acteurs en de rollen die ze spelen in series als Familie, Thuis, De kotmadam, Wittekerke. Het was mevrouw Landuyt die de droom waarmaakte. ?Mijn man is altijd een filmmaniak geweest. We hebben jaren hard gewerkt. Hij als metaalarbeider, ik als naaister in een atelier. Toen we met pensioen gingen, zag ik in de krant dat ze figuranten vroegen voor een serie op de RTBF. Ik ben ’s morgens vroeg al naar de lokalen van de BRTN in Gent gelopen, want ik wilde de eerste zijn. Ik had gedacht dat er een massa volk zou staan, maar ik was alleen. Ik heb mijn foto gegeven en een fiche ingevuld. Mijn man wilde niet meekomen, maar ik heb hem later toch kunnen overtuigen. De familie zegde wel : ‘Nu gaan jullie zeker met een chique Mercedes rijden door al die films. ‘ Maar veel verdienen we er niet mee. Dikwijls is het gratis. We zijn al blij dat we alles van achter de schermen kunnen meemaken. Door die films zijn we in de mooiste kastelen van BelgiĆ« geweest. We hebben met grote acteurs op de set gestaan. Dat kan toch ook niet iedereen zeggen.? En dan, even later, wat weifelend : ?Vroeger ging ik aan iedereen handtekeningen vragen. Dat doe ik nu niet meer. Niet alle acteurs stellen dat op prijs.? Een echte Bekende Vlaming of filmster zouden ze nu niet zo direct willen worden. ?Ik heb ooit meegedaan met de Droomfabriek, waarbij ik in een griezelfilm moest meespelen. De volgende dagen heb ik het te veel moeten horen : ‘Dat is die mevrouw die dat mes in die meneer stak. ‘ Zelfs de pastoor had het gezien en kwam me vragen hoe ik daar terechtgekomen was. Neen. Bekend zijn is niet makkelijk, denk ik.?

Sommige figuranten willen verder geraken dan alleen maar de achtergrond, en willen niets liever dan bekend worden. Bruno Covemaecker is zo iemand. Hij is 26. Hij werkt als landbouwmecanicien in het bedrijf van zijn ouders. ?Het is begonnen met de dorpsprocessie?, zegt hij. De processie in Elverdinge, in een uithoek van West-Vlaanderen. ?Ze hadden iemand nodig die de verloren zoon speelde. Mijn leraars hadden mijn naam opgegeven. Pas op, het was de grootste gesproken rol. Declamerend liep ik door de straten van Elverdinge. De mensen stonden langs de kant van de weg toe te kijken.? Hij doet het nog eens over. Met de nodige intonatie. ?Vader, ik heb u verdriet aangedaan…? Iedereen in Elverdinge vond hem een goed acteur. Het begon hem duidelijk te worden. Hij wilde acteur worden, een groot acteur. ?Toen heb ik me bij een castingbureau aangemeld. Ik wilde figureren in films en op televisie. Je kan beeldvulling zijn, meer mag je als figurant niet doen. Ik wou vooral zien hoe zo’n film wordt gemaakt. Het is een welkome afwisseling voor mij. Je werkt met mensen, niet met werktuigen.? Hij speelde onder andere mee in She good fighter. En in Moeder waarom leven wij ?. ?Ik was een deel van de massa die luisterde naar een toespraak. In de cinema kijk ik altijd goed toe of ik zichtbaar ben. Mijn glansrol had ik in Midnightflight. In die film moest ik als politieagent een van de hoofdacteurs fouilleren en vragen ‘What are you doing here ? ‘ Maar in de film zelf hoor je dat zinnetje niet. Je ziet alleen mijn lippen bewegen.

Nu wil ik hogerop. Eerst zal ik in Vlaanderen proberen een mooie rol te krijgen. Het liefst in een film. Als ik een goed curriculum vitae heb, ga ik naar Los Angeles. Ik moet nog wel wat aan mijn taal werken. Ik ben afkomstig van de Westhoek, en dat kan je goed horen als ik acteer. Ik volg nu lessen dictie en dramatische expressie aan de academie van Ieper. Overdag werk ik bij mijn ouders in de zaak, zij hebben een reinigingsdienst. ’s Avonds leg ik me toe op mijn acteercarriĆØre. Mijn vader laat me begaan. Hij ziet dat het geen bevlieging is. Sommige mensen in het dorp lachen ermee. Anderen vragen wel eens : ‘Wanneer zien we u nog eens in een film ? ‘ Dikwijls denk ik : ik ben op de verkeerde plaats geboren. Het zou al veel makkelijker zijn moest ik in een stad wonen.

Ik ben al een keer in L.A. geweest. Ik wilde er heel graag acteur Mickey Rourke ontmoeten, een van mijn grote favorieten. Rourke is van nul begonnen, hij groeide op in een pleeggezin, hij werd altijd gepest. Met heel veel wilskracht heeft hij de top bereikt. Voor zo’n man heb ik bewondering. Iemand gaf me in L.A. het adres van de bokszaal van Rourke. Ik heb een week in zijn bokszaal getraind en zelfs een T-shirt van hem gekregen. Volgend jaar ga ik zeker terug naar L.A. Ik wil er een vriendschappelijke match met Mickey spelen en eens uitpluizen of men daar geen werk heeft voor mij. Er worden toch ook mensen met een Europees accent gevraagd ? Je moet iets ondernemen. Lijdzaam toezien helpt je ook niet verder. No guts, no glory.?

Hoe hij zich voelt als hij zijn figurantenrol moet spelen ? ?Ik kan soms enorm veel zenuwen hebben. Zeker als je voelt dat ze je in close-up nemen. De nacht voordien slaap je niet. Ik herinner me de eerste keer dat ik figureerde, het was in de film De gesloten kamer. Je weet zelden op voorhand wat je zal moeten doen. Ik moest een politieagent spelen. Ik probeerde me zoveel mogelijk in te leven in de rol. Op weg naar huis heb ik de hele tijd zitten piekeren of ik het wel goed gedaan had. Of het wel spontaan en natuurlijk genoeg zou overkomen. Later zag ik dat ik nog geen halve minuut in beeld kwam.?

V anessa D’Hooghe (22) : ?Mijn ouders zitten in de zakenwereld. Ik wilde al van kleinsaf acteren. Ik moest van mijn vader eerst een diploma halen. Van zodra ik aan de European University afgestudeerd was in internationale economie, ben ik naar L.A. gegaan. Samen met mijn moeder heb ik er vorig jaar drie maanden gewoond. Ik wilde er lessen volgen en actrice worden. Maar ik was er niet zo gelukkig. Het is een harde stad. Ik had geen werkvergunning, en kon er niet langer blijven. Ik heb er wel wat fotosessies gedaan en gefigureerd in plaatselijke series. EĆ©n keer in Baywatch, als een meisje op het strand. Maar ook daarvoor moest ik een werkvergunning hebben. Ik ben terug naar Vlaanderen gekomen. Groots beginnen gaat nooit, je moet je eerst tevredenstellen met kleine rolletjes. Ik heb me ingeschreven bij castingbureaus. Zo figureer ik voor Wittekerke. Door te figureren, doe je heel wat camera-ervaring op. Het liefst doe ik toch wel edel-figuratie : Dan kom je al iets langer in beeld. Laatst heb ik nog eens meegespeeld in een clipje voor de VTM-serie Wat nu weer. Met zo’n clip kom je iedere dag op tv en je weet maar nooit.

Tussen de jonge meisjes heerst er een harde concurrentie. Maar als je ergens voor kiest, moet je je er ook volledig kunnen achterzetten. Bij castings zit je soms met honderden te popelen voor een klein rolletje. Soms voel ik de andere meisjes wel eens denken van ‘Aha, die is hier ook weer. ‘ Ik denk dan : ‘Ik ga het hier hebben. ‘ Je moet zo wel overkomen, je moet veel durven.

Je uiterlijk speelt natuurlijk een enorm belangrijke rol. Zeker in Los Angeles. Hier in Vlaanderen is de concurrentie iets minder. Maar je merkt dat de producers vooral een type zoeken.? Welk type zij dan is ? ?Ik ben vrij normaal denk ik, maar ik kom bij mannen wel aantrekkelijk over. Sommigen beschouwen me als een dom blondje, iemand waarmee ze kunnen flirten. Maar ik ben ernstig, ook op werkgebied. Ik wil alles doen voor mijn carriĆØre. Laat uitgaan zit er niet bij. Ik rook niet, ik drink niet. Ik let op mijn lichaam.

Soms word ik gevraagd als de dubbelgangster van Pamela Anderson. Ik wil niet echt op haar lijken, maar als het mijn carriĆØre bevordert, is dat goed. Ik dien als Pamela voor clipjes en bedrijfsfeesten. Laatst heb ik het nog gedaan voor een computerbedrijf. Ik stond in badpak op een set en de mannen mochten met mij op de jetski’s een foto laten nemen. Ik beschouw zo’n job als kijkobject niet als iets slechts. Het is tof dat ze je zo’n rol aanbieden. Dat is trouwens prettiger dan figureren in Wittekerke. In die series val je als figurant niet op. Je moet er maar wat zitten. Als je figureert, sta je altijd op de achtergrond. Op dat feestje werd de rest achtergrond en ik de attractie. Dan weet ik toch wat ik echt wil. Ik voelde me erg zelfverzekerd toen. Dan presteer ik ook beter. Zulke jobs krijg je alleen door te blijven figureren. Je moet contacten leggen en zien dat je gezien wordt.? Op het bijzettafeltje liggen tijdschriften als TV Familie en Dag allemaal. ?Mijn moeder koopt ze. Ik weet niet hoe ik me zal voelen als er in die blaadjes ooit een artikel over mij zal staan. Ik denk dat het een goede promotie is. Iedereen hoopt toch verder te geraken in het leven.?

De Vlaamse Opera. Die avond gaat in Gent de opera TannhƤuser van Wagner in premiĆØre. De zaal zit afgeladen vol. In het figurantenkamertje maken de meisjes zich klaar. Eentje heeft die week examens en wilde haar cursus nog eens doornemen voor de opvoering. Veel studenten zitten er samen, maar ook ex-danseressen. Ze moeten in deze opvoering niet veel doen, zeggen ze. Even later lopen ze met een lichtje heen en weer over het podium. De zorgvuldig geschminkte gezichtjes zijn nauwelijks herkenbaar. En toch doen ze het graag. Een van de figuranten is Erik Van Mossevelde (40). Hij figureert al jaren in de opera. ?Uit liefde voor de muziek?, zegt hij. ?Ik combineer het figureren met een volledige baan. Ik pas mijn werk aan het repetitieschema van de opera aan. Als figurant een opera instuderen, neemt ongeveer een maand in beslag. Naar de premiĆØre toe repeteren we soms drie dagen per week. Je treedt natuurlijk nooit echt in het voetlicht, maar toch maak je deel uit van dat grote geheel. Soms hebben we heel weinig te doen, zoals vandaag. Bij andere voorstellingen verschijnen we dan veel meer op de planken. Soms krijgen we dansen aangeleerd en spelen we gevechtsscĆØnes, waarvoor we speciale gevechtsklassen krijgen. We spelen vaak mee met het koor en af en toe met de solisten. Meezingen doen we echt nooit, dat is alleen toegestaan aan de professionele zangers. Af en toe kan het zijn dat we een tekst meelippen. De tekst wordt dan zorgvuldig ingestudeerd, maar het is ons verboden klank te produceren.?

Christiane Aarts (60) figureert sinds ’89 bij de Vlaamse Opera. ?Ik zag toevallig in de krant dat de opera figuranten voor Don Carlos zocht. Ik zat toen in een moeilijke periode. Mijn moeder was net overleden. Ik was geestelijk uitgeput en had behoefte aan wat tijd voor mezelf. Ik heb me die dag aangemeld. Ik had vroeger pianolessen gevolgd en heb altijd een passie gehad voor muziek. Ik wilde graag in de opera zijn. Het is die sfeer. Als ik er binnenkom, vallen alle zorgen van mij af. Na een aantal voorstellingen leer je de zangers kennen. Het gebeurt wel dat iemand van de figuranten handtekeningen aan de zangers vraagt. Ik doe het zelf niet meer. Wat ik al mooi vind, is dat je samen met hen op de scĆØne staat en dat je hun menselijke kanten kan zien.

Omdat ik overdag vrij ben, doe ik ook vervanging van de zangers voor de belichting. Eigenlijk is dat saai, maar ik doe het graag. Je moet gewoon op de scĆØne staan, maar intussen hebben wij een vast groepje en kunnen we tijdens het belichten over van alles en nog wat babbelen. Vaak staan we recepten uit te wisselen.

Veel figuranten in de opera willen echt op de planken staan. Voor mij is dat van minder belang. Hoewel. Je hoort er wel meer bij. Je krijgt ook het applaus te horen. Dat is een leuke bijkomstigheid. Soms word je schitterend gekleed en geschminkt. De meeste figuranten zetten zich graag in grote gala. Je voelt wel dat sommigen graag op de voorgrond treden. Soms zijn er figuranten die zitten te wringen en je opzijduwen opdat zij vooraan in de rij zouden staan. Geen mens in de zaal die dat ziet natuurlijk.?

Erik Van Mossevelde (midden) : Meezingen doen we echt nooit in de opera. Dat is alleen voor de professionele zangers. Af en toe kan het zijn dat we een tekst meelippen, zorgvuldig oplettend dat er geen klank uit onze mond komt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content