Agnès Emery, de architecte achter het mysterieuze Brusselse decoratiehuis Noir d’Ivoire, woont in een donker huis met een prachtig kleurenpalet.

Heb je een voorkeur voor een bepaalde kleur?

Nee, maar in mijn huis zijn veel wanden groen geverfd, omdat ik middenin de stad woon en het groen mis van het platteland waar ik vroeger woonde.

Welke stijlperiode ligt je na aan het hart?

Ik bewonder veel stijlen, maar ik heb een bijzondere belangstelling voor de vorige eeuw die zo verguisd werd en toch erg boeiend is.

Hou je van alles uit de negentiende eeuw?

Zeker niet. Van de muziek uit die tijd moet ik niets weten. Ik pik er enkele dingen uit, een kunstenaar als William Morris, de Arts and Crafts-beweging en de neogotiek.

Waarom?

Omdat ze mysterieus zijn en de bourgeois cultuur van de negentiende eeuw overstijgen.

Hou je van moderne architectuur?

Ik hou van de eerste jaren van het modernisme, tot ongeveer 1920, daarna werd het saaier. Maar er zijn natuurlijk uitzonderingen, zoals de Italiaanse ontwerper Fornasetti.

Welk boek heeft voor jou een bijzondere betekenis?

Twee boeken hebben mijn leven veranderd: Grammaire de l’Ornement van Owen Jones en L’Encyclopédie de l’Ornement van Racinet.

Bewonder je enkel kunstboeken?

Zeker niet. Wat de literatuur betreft, betekent het boek Eloge de l’Ombre van Tanizaki Junichiro zeer veel voor mij. Hij stoort zich aan kunstlicht en bewondert de schaduw, dat is prachtig.

Verkies je de duisternis boven het licht?

Ik hou van natuurlijk licht, dus ook van schaduw. Ik vind het niet leuk om overal geconfronteerd te worden met kunstlicht.

Luister je naar muziek terwijl je werkt?

Ik zoek liever de stilte op. We worden overladen met muziek. Leegte en stilte gaan samen, en het is heerlijk om met jezelf alleen te zijn.

Reis je veel?

Meestal ga ik naar Marokko, waar ik een verblijf heb in de medina van Marrakech.

Is dat je lievelingsland?

Ik hou ook van andere landen, maar Marokko fascineert me omdat het land erin slaagt om het traditionele leven te verzoenen met de moderne cultuur. Ambachtslui werken er traditioneel, maar met de draagbare telefoon binnen handbereik.

Welk object karakteriseert jou het best?

De tegel. Ik ben begonnen met het ontwerpen van vloer- en wandtegels. In mijn tegels ontdek je wat ik belangrijk vind: kleuren, ornamenten én ambachtelijkheid.

Je hebt blijkbaar ook iets met textiel, want je huis ligt ermee vol.

Ik word meer en meer geboeid door stoffen, liefst met borduurwerk. Ik ben niet bang van versieringen. Ik ben niet zoals moderne architecten die ooit de dood van het ornament hebben gepredikt.

Heb je liever artisanale objecten dan industriële?

Artisanale, zeker wel. Ze dragen de sporen van de mens. Onvolmaaktheden, bijvoorbeeld. De industrie streeft naar perfectie, wat resulteert in koele, dode objecten.

Word je enkel door cultuur geïnspireerd?

De natuur is de basis van alles. Alle vormen vinden daarin hun oorsprong. Al mijn ontwerpen geef ik namen als coquillage of feuille.

Welk is je lievelingsdier?

Dat spreekt toch voor zich? Kijk naar mijn portret…

Piet Swimberghe / foto’s Catherine Lambermont en Odille Botti

Agnès Emery heeft een zwak voor kleurrijke tegels (2) en stoffen met borduurwerk, liefst rijkelijk versierd (3 en 4). Het boek Grammaire de l’Ornement veranderde haar leven (5). En met katten voelt ze zich verwant.

Piet Swimberghe / foto’s Catherine Lambermont en Odille Botti