Nissim Israël, de man achter het kledingmerk Olivier Strelli, houdt van pure lijnen en oprechte mensen.

Welk boek ligt er op je nachtkastje?

Momenteel geen. Ik ben net terug uit vakantie en ik heb een lege geest. Ik wil even genieten van de mooie beelden in mijn hoofd.

Wat is je favoriete vakantiebestemming?

Voor een echte vakantie waarin je niets doet: St.-Tropez.

Hoe ziet een perfecte dag eruit?

Voor mij is elke dag perfect. Ik ben een gelukkig man.

Welke mensen bewonder je?

Verschillende mensen om verschillende redenen. Maar altijd mensen die graag doen wat ze doen. Oprechte mensen ook.

Zijn er modeontwerpers waar je naar opkijkt?

Jean Paul Gaultier, Christian Lacroix,… Het zijn hardwerkende, originele en perfectionistische mensen. Hun interesses reiken verder dan commerciële successen. Ik bewonderde ook Gianni Versace.

Wat is je favoriete boetiek?

Behalve de mijne? In Londen Joseph, in Parijs Colette, in New York Barneys.

Ben je een verzamelaar?

Neen. Ik ben niet bewust op zoek naar objecten, ik vind ze toevallig.

Heb je veel boeken?

Nogal wat fotoboeken, ik hou enorm van beelden.

Voor welke stijl heb je een zwak?

Art deco. Het is een stijl met pure lijnen, eenvoudig en zonder overbodige accessoires.

Wat beschouw je als je meest extravagante aankoop?

Een klein beeldje gemaakt door een leerlinge van Rodin. Naar dit stuk heb ik wel gezocht.

Wat is jouw dierbaarste bezit?

Dat is niet materieel. Het is de liefde die mijn vrouw voor mij heeft.

Aan welk materieel object ben je gehecht?

Aan mijn Mini. Het was mijn eerste wagen en ik ben het merk trouw gebleven. Zo’n wagentje zorgt ervoor dat je met de voeten op de grond blijft. In het verkeer word ik met de Mini anders behandeld dan wanneer ik met de Range Rover rijd.

Waar zit je thuis het liefst?

In die blauwe fauteuil in de hoek van de woonkamer, vlak bij de telefoon.

Waar ontvang je vrienden?

Thuis, maar we doen dat op een ongewone manier. We hebben een grote hall, nemen daar het aperitief en rollen daarna de gedekte eettafel tot daar. Dat vind ik beter dan je te moeten verplaatsen.

Naar welke Brusselse restaurants ga je graag?

Naar het Italiaans restaurant Ciao en het visrestaurant La Marie Joseph. Als het zeer chic mag zijn: naar L’Ecailler du Palais Royal.

Wat is je favoriet recept?

Ik hou van eerlijke gerechten met ingrediënten van het seizoen. Ik vind er niets aan om exotische dingen te eten in het midden van de winter.

Heb je een lievelingsdrankje?

Water.

Wat is de mooiste herinnering uit je loopbaan?

Mijn eerste defilé, in het Astoria Hotel. Het moet in 1980 geweest zijn. Toen het licht aanging en de eerste modellen op scène kwamen, nam mijn vrouw m’n hand vast en kneep erin.

Heb je door je job veel beroemdheden ontmoet?

Ja, en het doet wel iets dat deze mensen me kennen. Koningin Paola, Joan Collins, om er enkele te noemen. En natuurlijk Mick Jagger (de Rolling Stones dragen op hun toernee Strelli-kleren, nvdr.).

Wat vind je het mooiste moment van de dag?

Het moment dat ik ’s ochtends op kantoor aankom en het moment dat ik er ’s avonds vertrek.

Trui Moerkerke / Foto’s Catherine Lambermont