Een sprankelende Riesling of een fruitige Spätburgunder ? Of wilde u altijd al eens in een bad vol wijn dobberen ? Dichtbij en vol verrassingen, Naheland is Duitsland voor levensgenieters.

Toeval bestaat niet : als we de Duitse grens overbollen, klinkt het zonnige Haus am See van Peter Fox uit de autoboxen, in Vlaanderen zowat de eerste teutoonse radiohit sinds Autobahn van Kraftwerk. Of de 99 Luftballons van Nena. Der Anton aus Tirol tel ik voor het gemak even niet mee. Hoelang is het eigenlijk al geleden dat ik nog in Duitsland was ? Zoals zoveel Belgen denk ik bij het woord vakantie toch meer richting Frankrijk, Italië of Spanje. Maar de Nahelandbrochures doen het beste vermoeden : lekkere wijn, dito gastronomie, kuuroorden die helemaal mee zijn met de wellnesstrend en wat ik voordien niet wist : een bodem rijk aan edelstenen. Diamanten mogen dan a girl’s best friend zijn, ook voor een paar oorringen uit barnsteen of bergkristal wil ik best een ommetje maken.

Bovendien is Naheland, grofweg het gebied in Rijnland-Palts tussen Trier, Mainz, Saarbrücken en Kaiserslautern, lekker dichtbij, ideaal voor een lang weekend of een ontspannend midweekverblijf. Beschut door de Hunsrück en het Soonwald geniet het Nahedal van een microklimaat dat het tot een van de zonnigste en regenarmste gebieden van Duitsland maakt. Geen wonder dat de Romeinen hier 2000 jaar geleden al aan wijnbouw deden.

Bizarre glooiingen in het landschap, oeroude rode rotsen, beboste leisteenhellingen naast intens groen weiland en wijngaarden omzoomd met rozenstruiken : het sterk afwisselende landschap verraadt dat hier miljoenen jaren geleden heftige natuurkrachten aan het werk waren. De spaarzame bebouwing geeft een gevoel van ruimte en rust. ” Die Welt hinter mir wird langsam klein“, zingt Peter Fox en zo is het maar net.

In bed met Fritz

Help, er zit een beer in mijn bed. Bij nader inzien blijkt ‘Fritz’ er een van de aaibare soort te zijn, een attentie van het management van hotel BollAnt’s im Park in Bad Sobernheim. Een echt familiebedrijf waarvan de geschiedenis teruggaat tot 1907, toen de overgrootvader van de huidige bedrijfsleiders Jan en Janine Bolland na een zware ziekte in Sobernheim een Kurhaus opende waar de gasten op strozakken of op de leembodem in zogenaamde licht-en-lucht-hutten overnachtten. Dat paste in een ietwat spartaanse therapie die voorts een vleesarme keuken, koude baden en veel beweging in de openlucht voorschreef. Het Kurhaus doorstond oorlogen en overstromingen en evolueerde tot een luxueus wellnesshotel, waarvan de gebouwen in uiteenlopende stijlen een beschermd monument vormen in een eveneens beschermd park. Her en der zijn er priëlen en knusse zithoekjes met sofa’s en schommelbanken, waar bij regenachtig weer onzichtbare handen de mooie kussens tijdig weghalen en bij de eerste zonnestralen weer installeren. Een mooi staaltje van profes-sioneel management. Overal kuieren gasten in badjas, vroege vogels doen hier in het dauwfrisse gras energiek aan ochtendgymnastiek. Logeren doen we in het iets hoger gelegen Landhaus, vlak bij het bos en ver weg van alle rumoer. De kamers zijn aantrekkelijk en vagelijk mediterraan ingericht, met veel aandacht voor mooie stoffen, lampen en keramiek. Had ik het al over het ontbijt ? Een regelrechte verrukking is het, met voor de liefhebbers gerookte zalm en champagne, maar daar ben ik zo vroeg in de ochtend nog niet aan toe. Er een paar dagen tussenuit knijpen om jezelf eens goed in de watten te laten leggen is niet louter de wensdroom van een rijper publiek. Het valt mij op hoeveel jonge koppels hier tijdens een doodgewone werkweek in juni logeren. Schnuppertage heet dat in mooi Duits en dat zegt precies wat het is. Op naar de spa, die door Nicole Anton, een tante van de Bollands, gerund wordt. Vandaar dus BollAnt’s im Park, een samentrekking van de twee namen. Je kunt hier terecht voor allerlei behandelingen waaronder de traditionele Felkekuur met koele, uitgegraven modder, maar dé specialiteit van het huis is de vinotherapie. Fotografe Diane wordt aan een Traubenkernpeeling onderworpen, die haar huid rozig en zacht als een babyvelletje maakt. Daarna wrijft een zwijgzaam maar vriendelijk jongmens met handen als kolenschoppen mijn dorstig vel in met een mengeling van shea butter en druivenpitolie, waarna ik in rubber gewikkeld een half uurtje au bain-marie op een verzonken waterbed mag sudderen. Nicht der Tage erinnert man sich, man erinnert sich der Augenblicke, heet het in de Raum der Stille en Fritz spreekt het niet tegen.

Dineren doe je in BollAnt’s in Passione Rossa, waar sterrenchef Renato Manzi aan het fornuis staat en dat onlangs door American Express werd uitgeroepen tot Duitslands meest geliefde restaurant. In de meer bescheiden bistro Hermannshof kun je buiten eten. Ook daar smaakt een visje in een luchtig garnalenschuim voortreffelijk.

De aarde geneest

Vulkanisme en bodembewegingen deden in het Naheland miljoenen jaren geleden rare dingen met de ondergrond. Tussen Bad Kreuznach en Bad Münster ligt het mooie beschaduwde Salinental, rijk aan mineraalhoudende zoutbronnen. Een fietsroute langs het riviertje Nahe voert je voorbij imposante rotspartijen en de curieuze Gradierwerke, wanden van Schwarztorn-twijgen waar zoutrijk water doorheen gestuwd wordt dat ter plekke verdampt, zodat de omgeving één groot openluchtinhalatorium is. Verdraaid als het niet waar is, het lijkt wel alsof je door een frisse zeenevel fietst. Een ander curiosum is de Radonschacht in Bad Kreuznach, waar het natuurlijke edelgas zich in kloven verzameld heeft. De lucht in de schacht is in hoge mate stof- en allergeenarm ; al meer dan honderd jaar kunnen patiënten met ademhalingsproblemen hier terecht voor radoninhalatiekuren. Het stadje evolueerde de laatste jaren tot een modern kuuroord, met onder andere een prachtig thermencomplex. Ook historisch is het interessant : een blikvanger zijn de drie vakwerkhuisjes op de Nahebrücke die van 1480 dateren. Vlakbij is de Pauluskirche, waar in 1843 Karl Marx trouwde met Jenny von Westphalen. Wie zoals ik dacht dat Doktor Faust een puur fictief personage is, wordt hier uit de waan geholpen : de alchimist Johann Georg Sabellicus Faust arriveerde in 1507 in het stadje, waar hij een tijdlang les zou geven. Het huis waar hij verbleef, staat nog altijd in de zogenaamde Neustadt, vlakbij de schilderachtige wijk Klein-Venedig. In tegenstelling tot Bad Kreuznach is het vlakbij gelegen Bad Münster nog een echt nostalgisch kuurstadje met een houten Kurhaus dat zo uit Der Zauberberg lijkt te komen.

Te lekker om uit te spuwen

Toegegeven, ik ben geen groot wijnkenner. Maar een des te groter wijnliefhebber. En in Naheland valt er veel lekkers te proeven : de bewogen bodemgeschiedenis maakt dat er in goed 4000 ha wijngaarden veel verschillende grondsoorten te vinden zijn : leem, kwartsiet, verweerde leisteen, purpersteen. Milde temperaturen en veel zon creëren een uitstekend klimaat voor druivensoorten als Riesling, Silvaner, Müller-Thurgau, Burgunder, Kerner en Scheurebe. Nogal wat wijngaarden bevinden zich op steile hellingen. Om de bewerking en het oogsten te vergemakkelijken, werden met van generatie op generatie overgeleverde technieken terrassen aangelegd met platte stenen uit de omgeving. Zij zorgen ervoor dat het overdag opgeslagen zonlicht ’s nachts langzaam vrijgegeven wordt, wat al te grote afkoeling voorkomt.

Een prettige plek om wijn te proeven is de nieuwe vinotheek in het Boos von Waldeck’schen Hof in het aardige omwalde stadje Meisenheim. Het voormalige stadspaleis, waarvan de geschiedenis 700 jaar teruggaat, werd met veel smaak gerenoveerd en behoort toe aan de eige-naars van wijndomein Klostermühle in Odernheim. We krijgen er een rondleiding van een echte prinses. Jenny Klöber, Nahewijnprinses 2008-2009, heeft er speciaal haar kroontje voor meegebracht en ja, ze mag gezien worden. Toch was het vooral haar wijnkennis die bij de verkiezing de doorslag gaf, verzekert ze ons. Bij het proeven kan vooral de fruitige Grauburgunder trocken 2008 mij bekoren. Daarvan gaan er alvast een paar flessen mee naar huis.

Een ander bijzonder wijngoed is dat van de innemende Luise von Racknitz op het domein Kloster Disibodenberg. Een begenadigde plek op de samenvloeiing van de Nahe en de Glan, met op een heuvel de ruïne van het benedictijnenklooster waar de geniale Hildegard von Bingen (1098-1179) veertig jaar lang leefde en werkte tot ze elders haar eigen klooster stichtte. De moeder van Luise, gravin von Hohenthal, een kittige dame van 77, loopt kwiek voor ons uit de heuvel op. Wij hijgen haar achterna. Ze heeft gelijk, van de oude middeleeuwse ruïne gaat een weldadige rust uit, geen wonder dat veel mensen hier komen mediteren. Hier schreef Hildegard, die als een heilige vereerd wordt, haar theologische traktaten en medische boeken en componeerde ze liederen. Het scheelde niet veel of de nazi’s maakten de magische ruïne met de grond gelijk en sleepten alle stenen naar Berlijn. “Maar dat ging mooi niet door”, snibt de gravin. Zo hebben we ze graag, de Duitsers.

Van in de middeleeuwen wordt hier onafgebroken wijn verbouwd. In 2003 nam Luise von Racknitz het domein van haar ouders over. Nooit een vrouw ontmoet die met zoveel passie over wijn praat. Voor haar is het een levend product, waarin de tijd en alle invloeden van bodem en klimaat opgeslagen worden. Samen rijden we naar een moeilijk bereikbare uithoek van het domein, waar een archeoloog de oudste wijnstokken van Europa identificeerde. En ja, van die Orléans zou Luise ooit graag wijn maken. In afwachting proeven we de Riesling trocken 2007, op leisteenbodem gekweekt. Hoeft het gezegd dat ook daarvan een paar flessen in de autokoffer verdwijnen ?

Schitterende vondsten

Het is niet het enige dat we mee naar huis nemen, want een ommetje naar het Deutsches Edelsteinmuseum in Idar-Oberstein is snel gemaakt. Pal onder de Felsenkirche (een kerkje in de rotswand) ligt een oude agaatslijperij aangedreven door een waterrad. In het wat oubollige maar charmante museum is een prachtige collectie kristallen en ruwe stenen te zien, alsook edelstenen in geslepen vorm en handwerk van lokale goud- en zilversmeden. En laat het museum nu omringd zijn door tientallen kralen- en juwelenwinkeltjes. Voor het betere werk moet je dan weer bij de broers Stoffel in Stipshausen zijn : Thomas die onder de naam Stoffel design ontwerpt en Jörg die samen met zijn vrouw Claudia als Adam & Stoffel werkt. De broers, allebei internationaal gelauwerd als juwelenontwerpers en designers van siervoorwerpen, hebben hun ateliers gerieflijk in aanpalende huizen ingericht. We vergapen ons aan eigentijdse creaties zoals grote en tegelijk fragiele tubes uit bergkristal, die met een eenvoudig metalen bevestigingssysteem als broche kunnen dienen. Er zijn ook opvallende witgouden ringen met kogelronde kwartsstenen. Prachtig spul, waarnaast onze schatten uit de toeristenwinkeltjes er wat banaal uitzien. Reden te meer om terug te komen, bij voorkeur mét partner.

z

Door Linda Asselbergs – Foto’s Diane Hendrikx

Het Nahedal geniet van een microklimaat dat het tot een van de zonnigste en regenarmste gebieden van Duitsland maakt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content