Het heeft me al dikwijls verwonderd dat het begrip feminisme nog altijd weerstand oproept. Over een gelijke behandeling van vrouwen en mannen zijn we het toch eens ? Opvallend is dat vooral jonge vrouwen niet willen gezegd hebben dat ze een feministe zijn. “Ik ben geen feministe,” zeggen ze dan, “maar…” Waarop ze een feministisch standpunt verkondigen. Plak daar die vermaledijde term echter niet op.

Hoe onterecht ook, het archetype uit de tweede feministische golf – de kwade vrouw die haar beha verbrandde en liefst ook wat mannen had opgestookt – lijkt wel in ons collectief geheugen gegrift en kleurt nog sommige discussies.

Maar misschien is er beterschap op komst. Er wordt opnieuw over feminisme gediscussieerd. Groen kamerlid en universiteitsprofessor Eva Brems pleitte vorige maand in De Standaard voor een nieuw feminisme. Ze heeft een genuanceerd discours, met aandacht voor vrouwen en mannen, maar is tegelijk duidelijk : genderquota voor topfuncties zijn nodig want, redeneert ze, minder stereotiepe denkwijzen kun je maar in de praktijk omzetten vanuit een machtsfunctie. Dat zij het ‘glazen plafond’ doorbroken heeft, is voor haar geen reden om te zeggen dat er geen hindernissen bestaan. Een verfrissend geluid, want dat is eveneens een moeilijkheid voor het hedendaagse feminisme : vaak ontkennen vrouwen in topfuncties dat er ook maar enig probleem is. “Kijk naar mij, ik ben er toch geraakt”, is de redenering.

Ook de 39ste Vrouwendag (op 11 november in Brussel) buigt zich dit jaar over het thema. Een denkdag over de toekomst ervan. “Die reflectie is nodig”, zegt Sofie De Graeve van het Vrouwen Overleg Komitee. “We hebben veel gerealiseerd, maar er is nog werk aan de winkel.” De Graeve vat het even samen : de zorgkloof – vrouwen besteden nog altijd meer tijd dan mannen aan huishouden en kinderen – en de loonkloof zijn nog niet gedicht, en in de politiek en topfuncties is er nog geen fiftyfiftyverdeling. Sofie De Graeve heeft een verklaring voor het feit dat jonge vrouwen moeite hebben met een feministisch etiket. “We slepen nog altijd een extreem imago mee. Bovendien hebben we veel bereikt en vrouwen willen geen slachtofferrol. Komt daar nog bij dat ze pas ongelijkheid ondervinden als ze kinderen hebben.”

Op de denkdag volgende week zal het onder meer gaan over het belang van de vrouwenbeweging voor de samenleving, en of dat kan rijmen met een blits imago.

Qua ‘blitsigheid’ krijgt het Vrouwen Overleg Komitee dit jaar onverwacht steun uit onverdachte hoek. Ter gelegenheid van Vrouwendag wordt Studio Brussel immers een hele dag Studio Brusselle. Met alleen vrouwelijke presentatoren en alleen muziek van vrouwelijke bands. Wife is Music is de slogan van Studio Brusselle, en ze organiseren een Top Wijftig en richtten het gelegenheidsgroepje Elle7 op met, wat had u gedacht, zeven vrouwen.

“Elk jaar vragen we ons op de redactie af wat we op Vrouwendag gaan doen”, aldus StuBruproducer Elke Jacobs. “We besteedden er in een paar kleine items al aandacht aan, maar beseften ineens dat er toch wel veel sterke vrouwen bij StuBru werken. Dan is zo’n dag het moment om dat eens te benadrukken.” Er werd gebrainstormd door het hele team – mannen en vrouwen – en iedereen was enthousiast, StuBruhoofd Jan Van Biesen op kop. Jacobs, een jonge dertiger, noemt zichzelf complexloos een feministe. “Ah, de misverstanden over het thema vertrekken vaak vanuit clichés. Maar als je verder praat, dan is natuurlijk iedereen voor gelijke rechten.”

Niet dat Studio Brusselle voor het grote debat gaat. “Het wordt een groot muziekfeest. Ons statement is : een hele dag sterke vrouwenstemmen en goede muziek van vrouwen.”

Een stevig statement, als u het ons vraagt, en vooral een swingende link naar jonge vrouwen en mannen.

trui.moerkerke@knack.be

Trui Moerkerke

elke jacobs van studio bruselle:”De mis-verstanden over feminisme vertrekken vaak vanuit clichés. Maar als je verder praat, dan is natuurlijk iedereen voor gelijke rechten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content