Wereldbollenwinkel

© SENNE VAN DER VEN

Ik lees een stuk met de intrigerende titel: Waarom vrouwen betere seks hebben onder het socialisme. Een jonge vrouw zegt dat ze niet begrijpt hoe ik er ooit van gedroomd heb de wereld te kunnen verbeteren. Ik zeg dat ik niet begrijp dat zij daar nooit van gedroomd heeft. Ze lacht en zegt: “Alles wat vanzelf komt, gaat toch vanzelf weer over.”

De ene dag voel ik mij gloednieuw, de andere alsof ik ergens ter hoogte van het krijttijdperk ben geboren. Door het raam staar ik naar grijsaards in de straat die zich op trottinetten verplaatsen. Ik wantrouw hippe vervoermiddelen benut door volk van middelbare leeftijd.

Overdag graven nutsbedrijven diepe putten langs de gevel en bereiden een toekomst voor van glasvezel. ’s Nachts droom ik van putten in de tuin van het huis waar ik als kind gewoond heb. Langs een koker van graniet kijk ik in het hart van de wereld, waar het donker is en het vuur niet laait dat vader mij beloofde. Een poëtische ziel post op Instagram: ‘Alles wat warmte geeft, is aan het uitdoven.’

Met mijn dochters speel ik Monopoly, de Gentse editie, want dat is de plek waar wij wonen. Het is leuk om het Patershol en de Veldstraat te kunnen kopen, terwijl de Sint-Annakerk verpatst wordt aan de commercie in het echte leven. Ik ontvang twintig euro omdat ik een rondleiding in het Huis van Alijn heb gegeven. Helaas bouwen mijn sluwe dochters overal huizen, zodat ik roemloos in het zand bijt. Als kind al kwam ik erachter niet veel te moeten verwachten van het getik van de dobbelstenen. Geluk in het spel is niet mijn business. Zelfs bij de lotto zitten mijn cijfers er altijd zo naast dat ze mij in het gezicht uitlachen. Ze lijken te zeggen: “Hoop er niet op, jongen. Gij zult in het zweet uws aanschijns de kost verdienen.”

Ik wantrouw hippe vervoermiddelen benut door volk van middelbare leeftijd

Toch speel ik voor de eerste keer mee met EuroMillions, ondanks mijn weerzin tegen de simpele duif die in de reclame schandalig rijk wordt maar nog altijd goesting in een stukske chocolat heeft. Mijn verliezende getallen zijn 01, 13, 18, 25, 34 en 42. Op het biljet staat te lezen: ‘Niet bewaren in de nabijheid van een warmtebron. Niet blootstellen aan zonlicht.’ De kans op grof geld dient in het lommer bewaard te worden.

“Wat zou jij doen als je de lotto won?”, wilde onlangs iemand van mij weten. Ik dacht even na en stond vervolgens met mijn mond vol tanden. Het enige wat in mij opkwam, was de wereldbollenwinkel waar ik op weg naar school passeer met mijn dochter. Ze hebben er grote en kleine, blauwe en zilveren, matte en glanzende wereldbollen. Het lijkt me geweldig die samen in één kamer te zetten bij de gloed van hun eigen binnenste.

Verstrekkender verlangens kon ik niet meteen uit mijn mouw schudden. Ik dacht aan Mia van Gorki. Ik vroeg mij af of bescheidenheid van dromen een zegen is of een beperking. Wat kan een mens met geld aanvangen als hij al havermoutpap heeft, winnende kinderen en een kat die haar poot naar het toetsenbord uitstrekt?

Bij de trekking is er één winnaar met 190 miljoen en vier met 5.227.531,10 euro. Ik hou van cijfers na de komma.

Naar het schijnt zijn we allemaal de eersten van talloos veel miljoenen.

jean-paul.mulders@knack.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content