La Roche-Posay viert zijn dertigste verjaardag zonder toeters en bellen, maar met twee innovatieve crèmes. Speciaal voor de gevoelige huid. Meer en meer Europese vrouwen hebben klachten over een tere huid. Die kriebelt, trekt en vervelt. La Roche-Posay speelt in op die problemen. Het merk wordt niet alleen aanbevolen door dermatologen, het biedt ook verzorging op maat, aangepast aan het huidtype en aan de stadia van irritatie.

Dit najaar komen er twee nieuwigheden. Cicaplast is bestemd voor vrouwen die dermatologische ingrepen (hebben) ondergaan : laserbehandelingen om pigmentvlekjes of schoonheidsvlekjes te verwijderen, elektrocoagulatie om rode vlekken te verwijderen of peelings. Die ingrepen irriteren en hebben een invloed op de natuurlijke huidbarrière. Om het helingsproces te versnellen en de kwaliteit van de heling te verbeteren bevat Cicaplast madecassoside, een molecule die de synthese van collageenvezels stimuleert en de opperhuid herstelt, evenals een mineralencocktail (koper, zink en mangaan) die de productie van nieuwe cellen versnelt. En om het gebruik veilig en aangenaam te maken, heeft het product een onzichtbare en gladde textuur die niet kleverig aanvoelt en waterbestendig is.

De tweede nieuwkomer is een antirimpelcrème. Volgens de laboratoria van La Roche-Posay is huidveroudering vooral een kwestie van verlies van huidmaterie. Het is dus de bedoeling dit verlies te compenseren door huidweefsel te reconstrueren. Dat proces heeft veel gemeen met helingsmechanismen, zodat Redermic ook een beroep doet op madecassoside. Door de synthese van collageen te stimuleren vult die molecule de rimpels op van binnenuit. Ze wordt daarbij geholpen door zuivere vitamine C (5 procent) én door hyaluronzuur, het nec plus ultra op het gebied van hydratering, dat het vochtgehalte van de huid de hele dag lang op peil houdt. Dit verzorgingsproduct bestaat in twee versies : voor een droge huid en voor een normale tot gemengde huid. Het wordt aangebracht op het gezicht, de hals en het decolleté.

De weldaden van het water van La Roche-Posay (op 50 km van Poitiers) zijn al bekend van in de negentiende eeuw. Het water wordt gebruikt voor het behandelen van huidaandoeningen, zoals eczeem, psoriasis, de gevolgen van brandwonden of helingsproblemen. In 1913 werd La Roche-Posay door de Académie de Médecine officieel uitgeroepen tot thermaal kuuroord. Tegenwoordig komen er tot tienduizend kuurgasten per jaar. Vanaf 1928 werd een gamma van tien verzorgingsproducten gecreëerd, bedoeld om de effecten van de waterkuur thuis te kunnen verlengen. Maar het echte verhaal van La Roche-Posay begint in 1975. Toen kocht een apotheker uit Le Havre het bedrijf. Hij richtte een onderzoekslab op, breidde het aantal producten uit én engageerde een ploeg medisch afgevaardigden die de producten gingen voorstellen bij dermatologen. De producten kwamen ter sprake op dermatologiecongressen en het merk ging internationaal.

Na de dood van de apotheker werd La Roche-Posay in 1989 overgenomen door L’Oréal. Toch blijft het een atypisch merk binnen de groep en behoudt het zijn originele identiteit. Elk nieuw product wordt, voor het op de markt komt, voorgesteld aan dermatologen en zijn doeltreffendheid wordt bewezen door klinische studies. La Roche-Posay voert geen reclame, maar verspreidt via apothekers een groot aantal staaltjes. Het is belangrijk dat de patiënt het product kan uitproberen, honderd procent tolerantie bestaat immers niet. Alle producten bevatten thermaal water (sommige zelfs tot 45 procent). Het water is lichtjes gemineraliseerd en bevat selenium, dat helende en kalmerende eigenschappen heeft.

Barbara Witkowska