De Italiaanse Veneto geeft zijn geheimen langzaam prijs. Villa Sandi is er zo één: een Palladiaans landhuis met een eindeloze wijnkelder. Ook schoenen zijn niet veraf, in deze streek van ondernemers en ambachtslui.

Wim Denolf / foto’s Jan Verlinde

Je zou er zo voorbijrijden: Villa Sandi, verscholen achter bomen langs een onopvallende weg door Crocetta del Montello, in het hart van de Italiaanse Veneto. Het dorp ligt ten noorden van Treviso en de Golf van Venetië, maar toeristen komen hier zelden. Terwijl Venetië of Toscane levende ansichtkaarten zijn, lijkt de Veneto meer op een veredelde A12. Met 4,3 miljoen inwoners is dit niet alleen van Italiës meest dichtbevolkte regio’s, maar ook een van de rijkste. Het groene, heuvelachtige landschap is bezaaid met kleine en middelgrote ondernemingen, vooral landbouw- en textielbedrijven en schoenenfabrieken. De knowhow van de lokale ambachtslui wordt wereldwijd erkend, want made in Italy betekent vaak gewoon made in Veneto.

De regio heeft heel wat schoonheid te bieden, al is die vaak verborgen. Denk maar aan de talloze villa’s en andere bouwwerken van Andrea Palladio, een renaissance-architect die niet beschroomd was om landhuizen aan te kleden als een tempel. Zuilen, frontons, lijstwerk, beeldhouwkunst: classicisme à gogo, zeg maar.

Palladio bepaalde niet alleen de aanblik van de naburige stad Vicenza, maar van de ganse streek, want vele jongere tijdgenoten traden in zijn voetsporen.

Ook vele lekkernijen vonden hier hun oorsprong: truffels, tiramisu en grappa, maar ook prosecco, een droge, bruisende of schuimende witte wijn met DOC-erkenning uit de streek rond Treviso. Op de Strada dei Vini, dwars door de Veneto, kun je van de ene cantina naar de andere wandelen. De vele wijngaarden op de steile heuvelrug van de Colli Asolani telen immers ook merlot, cabernet, pinot grigio en chardonnay.

De Villa Sandi in Crocetta del Montello verenigt het beste van beide werelden: het 17de-eeuwse landhuis is een toonbeeld van Palladiaanse architectuur, maar ook de thuishaven van de wijnbouwersfamilie Moretti-Polegato. Die produceert al generaties lang prestigieuze wijnlabels als Villa Sandi en Opere Trevigiane. Terwijl Mario Moretti-Polegato zaakvoerder is van het schoenenmerk Geox (zie kader), verzorgt broer Giancarlo de wijnteelt. Zijn portefeuille omvat twintig wijnen: niet alleen de allerbeste prosecco, de zogenaamde cartizze waarvan de familie de grootste producent is, maar ook pinot nero en chardonnay.

Dat de familie zich hier midden jaren ’80 vestigde, is geen toeval: rond Villa Sandi liggen uitgestrekte wijngaarden op een uiterst vruchtbare bodem. De wijnen worden er traditioneel geteeld, op halflange stokken in lange evenwijdige rijen, en gebotteld volgens de metodo classico. Er is echter ook een andere reden: de ondergrondse galerijen van de villa, samen drie kilometer lang, zorgen tijdens het rijpingsproces voor de optimale lichtsterkte, vochtigheidsgraad en temperatuur. Terwijl vele anderen daarbij gebruikmaken van vaten of tanks, gebeurt het rijpen in Villa Sandi in de fles zelf. In de halfduistere gangen liggen dan ook duizenden flessen onder dikke lagen stof te wachten. Het krijt op de bordjes voor de flessentorens vermeldt onder meer Vaticaanstad, maar ook Silvio Berlusconi, de presidente consiglio.

Begin 20ste eeuw gaat het snel: rond 1912 wordt de villa het zomerverblijf van de Hongaarse markies Cassis, maar de Eerste Wereldoorlog volgt gauw. Het luxueuze privé-domein wordt een uitvalsbasis van het Italiaanse leger, dat van hieruit de Oostenrijkers afweert. Amper 25 jaar later herbergt het dan het Duitse leger, dat in de vlucht zijn Moto Guzzi-motorfietsen achterlaat. De historische GTS 500– en Airone 250-modellen worden later teruggevonden en gerestaureerd door de familie Moretti-Polegato en behoren inmiddels tot het ietwat stoffige meubilair van de Villa Sandi.

Ze zijn het werk van Orazio Marinali, een 17de-eeuwse beeldhouwer uit het naburige Vicenza. Hij ontwierp ook de baroksculpturen in het park en de tuin. Die laatste oogt met vier geometrische vlakken en een centrale fontein opvallend sober. Dat is uiteraard het opzet: de tuin lijkt groter en gaat op in het omringende landschap. “In het landhuis ben ik weg van de wereld”, zegt Mario Moretti-Polegato, wiens broer de bijgebouwen bewoont. “Er is geen drukte of lawaai en in tegenstelling tot de buitenwereld is het domein overzichtelijk en geordend. Het bedrijf lijkt soms een luchthaven, waar allerlei mensen elkaar kruisen en de dingen altijd snel moeten gaan. De villa daarentegen is een eiland van rust, dat uitnodigt tot reflectie.”

Ook in de villa zelf worden de kleine dimensies als het ware uitvergroot. Zo loopt rond de centrale inkomhal, ter hoogte van de gastenkamers, een galerij met balustrade. Ze geeft de ruimte bovendien een feestelijk karakter, want de Venetianen waren eertijds dol op kamerorkesten en danspartijen. Ook de familie Moretti-Polegato organiseert er regelmatig evenementen en familiebijeenkomsten.

Twee salons en twee eetkamers – één in elke hoek – vervolledigen de benedenverdieping. Het meest in het oog springende element zijn de prachtige, zij het loodzware Venetiaanse lusters in geblazen glas. Het exemplaar in de centrale hal weegt maar liefst tweehonderd kilogram. Voorts bestaat het interieur hoofdzakelijk uit antieke meubelen met een laagje goudverf, werk van lokale ambachtslui, en ook originele wandtapijten. Zoals een geslaagde restauratie past, streeft dus ook het interieur naar authenticiteit. De familie werd voor haar inspanningen beloond door het Italiaanse Ministerie van Cultuur dat het landhuis tot het nationale erfgoed rekent. “We zijn geen avonturiers of pioniers”, zegt Polegato. “Zeker, we zitten in de zakenwereld, maar we zijn een gerespecteerde familie die de zaken rustig en logisch aanpakt.” Waarna hij ons in het koetshuis trots twee knalgele Lamborghini’s toont en de trofeeën die hij heeft neergeschoten op jachtpartijen in Roemenië en Canada. In de Veneto zeggen zulke details meer dan een eerste blik.

Waartoe zweetvoeten kunnen leiden

De familie Moretti-Polegato voert niet alleen wijn uit, maar ook schoenen. Mario Moretti-Polegato (50) is immers de oprichter van Geox, met een jaarlijkse productie van haast zes miljoen paar schoenen en ruim vijfduizend werknemers een van ’s lands grootste schoenenlabels. Zijn handelsmerk is een geperforeerde rubberen zool die intern een waterdicht membraan van kunststof bevat. Microscopische kanalen voeren transpiratie en nare geurtjes af, zonder dat je het risico loopt natte voeten te krijgen.

Polegato, een typische Noord-Italiaanse ondernemer die graag zelf het woord voert, was aanvankelijk landbouwingenieur en behartigde de wijnteelt. Tot hij de Geox-technologie uitvond: “In het begin was het gewoon tijdverdrijf, ik wilde geen schoenen maken. Ik werd echter geplaagd door zweetvoeten en allergieën en zocht een oplossing voor dat vervelende probleem. Tot dan sneed ik met een mes gaten in mijn gympen, maar dat was uiteraard niet ideaal. Eind jaren ’80 leidde mijn zoektocht naar het Amerikaanse ruimtevaartmuseum in Houston en intelligente materialen die wel het zweet afvoeren, maar toch waterdicht zijn. Met de hulp van de lokale universiteit heb ik dan het membraan ontwikkeld, maar geen enkele Italiaanse fabrikant was bereid om het meteen te gebruiken. Uiteindelijk heb ik een team bij elkaar gezocht en hebben we het zelf maar gedaan.” Geox past het systeem zowel toe in sportschoenen als klassieke en modieuze modellen, zowel voor vrouwen als mannen en kinderen. Zich specialiseren is volgens Polegato niet nodig, zolang het leder en de savoir-faire maar Italiaans zijn.

Het label, dat pas in ’90 ontstond, zette vorig jaar ruim tweehonderd miljoen euro om in vijftig landen. Voor die steile opmars heeft de Italiaan een eenvoudige verklaring: “Geox is een echt lifestyleproduct, omdat het een algemeen probleem oplost. De voetzolen leveren tachtig procent van alle transpiratievocht. De bovenzijde van de schoen laat dat zweet nauwelijks los, zodat nare geuren ontstaan, de voet opwarmt en er een onhygiënische situatie ontstaat. Daar hebben we allemaal mee te maken, of je nu een atleet bent, bejaard of een Taliban-strijder.”

Villa Sandi, Via Erizzo 112, 31035 Crocetta del Montello (Treviso, Italië), tel. +39-0423-665 033, bezoek op afspraak. Info: tel. 02-527 33 14 (Villa Sandi), tel. 03-231 64 20 (Geox).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content